Vraag 1: Waar komt uw fascinatie voor Israël

advertisement
In maart 2009 verscheen bij Mozaïek de Nederlandse vertaling van Werner Sonne’s roman: Als ik jou vergeet,
Jeruzalem. Naar aanleiding daarvan een interview met we de auteur.
Meneer Sonne, waar komt uw fascinatie voor Israël vandaan?
Jeruzalem is voor drie wereldreligies belangrijk. Het is al duizenden jaren een
legendarische stad. Joodse stammen, Romeinen, Moslims, Kruisvaarders,
Turken, Britten – de stad is al vele malen in andere handen overgegaan. Tot
op de dag van vandaag is het onduidelijk aan wie Jeruzalem toebehoort. En
overal heeft de geschiedenis sporen nagelaten. Voor de Joden is het de
onbetwistbare hoofdstad van Israël, en in 1947/48 vormde Jeruzalem het
toneel voor een hoogst symbolische, heldhaftige strijd voor de toekomst van
de nieuwe Joodse staat. Voor elke auteur een prachtig verhaal, maar voor een
Duitse romanschrijver is het nog veel meer.
Ik ben geboren in 1947, in het Duitsland van na de oorlog, en groeide
op met de lange schaduw van de Holocaust en zijn gevolgen. Daarom heeft Israël, de staat van de
Joden, altijd al een bijzondere betekenis voor me gehad. Of ze het nou leuk vinden of niet,
Duitsers en Israëli’s hebben hun geschiedenis gemeenschappelijk, zij het natuurlijk wel vanuit een
heel ander gezichtspunt. Het was een fascinerende en uitdagende ervaring voor een jonge Duitse
verslaggever om de overlevenden van de donkerste uren in de Duitse geschiedenis te ontmoeten,
en te zien hoe dit kleine landje in het Midden-Oosten worstelt om te overleven en zich te
ontwikkelen tot een echte staat. In 1973 was ik voor het eerst in Israël om verslag te doen van
een van de gevaarlijkste van de vele oorlogen: de Jom Kippoeroorlog. Tijdens mijn verblijf aan de
frontlinies in de Sinaï en de Golanhoogte, leerde ik uit de eerste hand dat veel dingen voor de
Israëli’s niet vanzelfsprekend zijn – vooral hun veiligheid, en daarmee hun bestaan. Maar ik reisde
ook naar de bezette gebieden in Gaza en de Westoever en zag de ellende van de Palestijnen, die
niet konden begrijpen en accepteren – destijds niet en vandaag nog niet – dat hun huizen worden
ingenomen door hele golven Joodse immigranten, die net als zij geloven dat dit hun land is.
Het meest ontroerende moment voor mij had niets met dit alles van doen. Ik durfde
tijdens mijn eerste bezoek geen Duits te spreken en probeerde te verbergen dat ik Duitser was.
Toen ontmoette ik een vrouw uit Leipzig, die me haar tatoeages uit het concentratiekamp liet
zien en tot mijn stomme verbazing ontzettend blij was om een andere Duitser te ontmoeten. Ik
herinnerde haar aan haar vaderland, waaraan ze erg gehecht was en waarnaar ze nog steeds
terugverlangde.
Hebt u wel eens langere tijd in Israël gewoond, en zo ja, heeft dat uw kijk op en uw mening over het huidige
conflict beïnvloed?
Ik heb elf jaar van mijn leven in het buitenland gewoond, en kriskras over de wereld gereisd. Het
grootste deel van die tijd woonde ik in de Verenigde Staten, maar ook in het voormalig Oostblok,
in Polen. Ik heb veel door het Midden-Oosten gereisd en heb, in goede en slechte tijden,
ontelbare keren Israël aangedaan – meer dan dertig keer sinds mijn eerste bezoek 35 jaar geleden.
Ik heb politici van beide zijden pogingen zien doen om vrede te sluiten. En vooral in de
negentiger jaren was er een groeiend begrip onder de Israëli’s dat de Palestijnen ook een eigen
staat nodig hadden. Maar dat ging allemaal verloren na de moord op premier Rabin door een
Jood, door de Intifada, die veel dodelijke slachtoffers heeft geëist, en door een onwillige Yassir
Arafat, die de kans op een vredesakkoord liet schieten.
Gelooft u in een oplossing voor het huidige conflict in Israël?
Ben Goerion heeft ooit gezegd: als je niet in wonderen gelooft, ben je geen realist. Dat is ook
zeker van toepassing op het Midden-Oosten, waar we keer op keer wonderen hebben zien
gebeuren – het vredesakkoord tussen Israël, Egypte en Jordanië, bijvoorbeeld, of het
terugtrekken van de kolonisten uit de Gazastrook. Je moet altijd het onverwachte blijven
verwachten, zelfs bij de huidige Israëlische regering. Het is wel zo dat de pas gehouden
verkiezingen in Israël niet veel hoop geven. Nu het land deze richting is ingeslagen, wordt het
heel moeilijk om tot een oplossing te komen met de Palestijnen. Aan de andere kant is de nieuwe
regering in de Verenigde Staten bereid om zich meer te richten op het conflict in het MiddenOosten en om de dialoog aan te gaan met andere landen in dat gebied, waaronder Iran.
Gelooft u dat het Israël-Palestina conflict voorkomen had kunnen worden? Zo ja, hoe?
Nee, dat geloof ik niet. Gegeven de context waarin de staat Israël in 1948 is opgericht, denk ik
niet dat het conflict voorkomen had kunnen worden. De kern van het conflict is heel eenvoudig:
twee volken, de Arabieren en de Joden, beweren dat een klein stukje land van hen is, om
religieuze en historische redenen. 750.000 Palestijnen hebben destijds hun huis verloren, en
650.000 Joden zijn dat gebied binnengetrokken en hebben hun nieuwe staat opgericht in de
ruïnes van 400 voormalig Arabische steden en dorpen, en tot op de dag van vandaag blijft het
vluchtelingenprobleem onopgelost. De Arabische staten rondom Israël wilden destijds de Joden
terugdrijven in de zee, zodat de Palestijnen binnen een paar weken naar hun huizen hadden
kunnen terugkeren. De Joden verdedigden hun aanspraak op de nieuwe staat, gebaseerd op het
delingsplan van de VN uit 1947, waarbij het mandaatgebied Palestina in twee delen werd
gesplitst, met Jeruzalem onder internationaal gezag. Als de Arabieren het plan destijds hadden
geaccepteerd, was er zestig jaar geleden al een Palestijnse staat gerealiseerd. Maar op dat punt in
de geschiedenis bleek de tijd daar nog niet rijp voor te zijn.
Wat hoopt u met uw nieuwe boek te bereiken? En in welke zin is het nieuw?
Als ervaren journalist ben ik een man van feiten, dat moet ook. Als romanschrijver heb ik te
maken met een extra uitdaging: ik wil niet alleen de hersenen van mijn lezers bereiken, maar ook
hun hart. Met deze roman – mijn vijfde – wil ik mijn publiek onderhouden, maar hen ook wat
kennis bijbrengen. Het verhaal is fictie, maar de historische context is echt. Ik wil in het boek
geen partij kiezen, maar laten zien dat er aan beide zijden daders en slachtoffers waren, helden en
boeven, dat er aan beide zijden massamoorden plaatsvonden, oorlogsmisdaden gepleegd werden,
en mensen moesten lijden. In het boek wil ik de wortels van het conflict laten zien, ik wil beide
zijden aan het woord laten, en de strijd om Jeruzalem een menselijk gezicht geven. En ondanks
alle ellende wil ik met dit boek een sprankje hoop bieden. Het verhaal gaat onder andere over het
Hadassa Ziekenhuis in Jeruzalem, dat is opgericht door de vrouwelijke Zionistische organisatie
Hadassa in de Verenigde Staten. Het ziekenhuis werkt met strikte richtlijnen: alle patiënten
worden behandeld, ongeacht hun ras, afkomst of godsdienst, en er werken zowel Joodse als
Arabische artsen en verpleegsters – destijds al en nu nog. De ervaring in het Hadassa Ziekenhuis
toont aan dat een vreedzaam samenleven mogelijk is – zelfs in het Midden-Oosten.
Wat vindt u van de boeken van Leon Uris?
Leon Uris is een geweldige, bedreven schrijver die de strijd rondom het ontstaan van de staat
Israël tot in detail heeft beschreven, voornamelijk vanuit een Joods perspectief. Zijn bekendste
boek vertelt het verhaal van het vluchtelingenschip ‘Exodus’ als een doorslaggevende
overwinning van het Joodse ondergrondse leger Hagana om Joden Palestina binnen te
smokkelen, destijds Brits mandaatgebied, waarbij de Britse blokkade werd gebroken. Helaas stelt
dit boek de historische feiten helemaal verkeerd voor. De ‘Exodus’ slaagde er niet in om de 4.500
Joodse vluchtelingen veilig aan land te brengen. Het schip werd onderschept door Britse
oorlogsschepen, en na een vreselijk gevecht werden alle Joden, op een paar doden en gewonden
na, teruggebracht naar een kamp in Duitsland waar ze vandaan gekomen waren.
Werner Sonne
4 mei 1947
Riedenburg, Duitsland
Opgeleid tot redacteur en verslaggever voor de Duitse krant Köllner Stadt-Anzeiger
Buitenlandcorrespondent voor de Duitse publieke omroep ARD
Presentator van een ARD-talkshow
Co-auteur (met Mort Eduhin) van Es war einmal in Deutschland, Allahs Rache, Tödliche Ehre (romans)
Auteur van Wenn ich Dich vergesse (2008) (roman)
Download