ARTEVELDEHOGESCHOOL Campus Brusselsepoortstraat, Brusselsepoortstraat 93 – 9000 Gent Bachelor in het ONDERWIJS: LAGER ONDERWIJS Naam student Ineke Van Hoeke Naam mentor Vanessa Smet en Heidi Cool School Heilig Hartschool Sint-Gillis-Dendermonde …DAG Van / / tot Leergroep Klas 6A/6B Aantal lln. OLO3A 39 Handtekening mentor + datum: Minimum 50 min Leergebied(onderdeel) Wereldoriëntatie Lesonderwerp De ruimte: planeten, geschiedenis en leven in de ruimte. Ineke Van Hoeke 1 Leerplandoelen Deelleerplan: Wereldoriëntatie , net: VVKBaO 6.7 Kinderen kunnen op hun niveau uitleggen hoe een aantal distributiesystemen in hun omgeving zorgen voor aanvoer van water, energie.... Dat houdt in dat ze: - op hun niveau uitleggen hoe systemen voor watertoevoer, waterafvoer, riolering, gasdistributie, elektriciteitsdistributie, verwarming ... werken. 6.4 Kinderen zien in dat veel voorwerpen in hun omgeving een aanvulling of verbetering zijn van menselijke functies en maken er functioneel gebruik van. Dat houdt in dat ze: - vaststellen en uiten waarvoor bepaalde instrumenten worden gebruikt. 5.5 Kinderen ontdekken dat groepen van mensen in een land van een ander cultuurgebied op een andere manier samenleven. Dat houdt in dat ze: - aspecten van het dagelijks leven van deze mensen kunnen vergelijken met het eigen leven. 7.27 Kinderen beseffen dat de aarde een element van de kosmos is. - hun bewondering en verwondering tonen voor het onmetelijke van de kosmos, de sterren, voor de verwezenlijking van de ruimtevaart,.. 8.11 Kinderen kunnen de eeuwenband en een tijdsband van de grote perioden in de Europese geschiedenis functioneel gebruiken. Dat houdt in dat ze op de eeuwenban, tijdsband: - een aantal belangrijke economische en sociale samenlevingsvormen, gebeurtenissen, objecten, figuren... kunnen situeren: o.a. historische figuren uit de wetenschappelijke wereld voor zover ze heier voor ons van belang waren. Lesdoelen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. Beginsituatie specifiek voor deze les Opsommen van de planeten in de juiste volgorde. Berekenen van hun leeftijd op de verschillende planeten. Uitleggen wat zwaartekracht is. Berekenen van hun gewicht op de verschillende planeten. Verwoorden wie de eerste man was in de ruimte en wie het eerst op de maan wandelde. Verwoorden wat een spaceshuttle is. Verwoorden van het verschil tussen een spaceshuttle en een raket. Verwoorden waarvoor de afkorting ISS staat. Met eigen woorden uitleggen waarvoor ruimtevaart nuttig is. Uitleggen hoe een toilet werkt in de ruimte. Verwoorden hoe astronauten eten in de ruimte. Situering in het leerproces: herhaling Voorkennis van de klasgroep De leerlingen hebben al veel voorkennis. Ze kennen de planeten en kunnen de planeten in chronologische volgorde opsommen. Ze weten wat een spaceshuttle is. Ze weten wat een ruimtestation is. Kunnen de werking van het toilet in de ruimte uitleggen. Infrastructuur Er is een projector en internet aanwezig. Leerling-specifieke gegevens ... Bronnen Schooltv: zonnestelsel, geraadpleegd op 16 april ’15 via http://www.schooltv.nl/no_cache/video/crid/20100402_zonnestelsel01/ Schooltv:dwergplaneet, geraadpleegd op 16 april ’15 via http://www.schooltv.nl/video/pluto-geen-echte-planeet/#q=dwergplaneet Uitgeprint op 20/07/2017 Ineke Van Hoeke 2 LESSCENARIO 1. Instap: het filmpje planeten bekijken. 5’ 1 http://www.schooltv.nl/no_cache/video/crid/20100402_zonnestelsel01/ Verloop: Eerst is James aan het woord. Daarna bekijken we klassikaal het filmpje van de 8 planeten. Instructie: “Kijk nu allemaal aandachtig naar het filmpje.” 2. Klassikaal: het zonnestelsel met de 8 planeten onderzoeken 10’ 1 Werkbundel, filmpje http://www.schooltv.nl/video/pluto-geen-echte-planeet/#q=dwergplaneet Verloop: Ik geef klassikale uitleg over het zonnestelsel en de 8 planeten. Doceren/instructies/richtvragen: “Het zonnestelsel is eigenlijk een deel van het melkwegstelsel. Het zonnestelsel ontstond zo’n 4,6 miljard jaar geleden uit een wolk stof en gas. Waarschijnlijk ontplofte er een ster in de buurt en daaruit ontstond het stelsel. In het zonnestelsel ligt de zon centraal. De zon is geen planeet maar een grote ster. Rond de zon liggen 8 planeten.” “Welke planeten bestaan er allemaal?” (Mercurius, Venus, de Aarde en Mars, Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus) “Julie zien de planeten staan in de juiste volgorde. Bekijk eens goed de volgorde. Om de volgorde van de planeten te onthouden hebben ik een truckje. Je hoeft enkel de zin ‘maak van acht meter Japanse stof uw naam’ neem telkens de eerste letter van elk woord in de zin en je weet de volgorde van de planeten. De 4 planeten die het dichtst bij de zon liggen zijn rotsachtige planeten. Welke planeten liggen het dichts bij de zon?” (Mercurius, Venus, de Aarde en Mars.) “De andere 4 planeten liggen verder van de zon en zijn veel groter, veel groter dan de Aarde. Ze zijn wel lichter omdat ze bestaan uit waterstof en helium, dus uit gassen. Weet er iemand de namen van deze 4 planeten?” (Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus.) “Ook hebben we dwergplaneten. Wie weet wat een dwergplaneet is?” ( de leerlingen reageren) “We gaan eens het volgende filmpje bekijken. Dan zal het vlug duidelijk worden waarom deze planten dwergplaneten heten.” “Ok, vertel eens! Welke planeet is een dwergplaneet?” (Pluto) Uitgeprint op 20/07/2017 Ineke Van Hoeke 3 “Waarom is Pluto een dwergplaneet?” ( - De baan is langwerpig en gaat door Neptunus. – Het is een ijzige planeet en ze is kleiner dan de aarde. Pluto is niet meer speciaal omdat ze er meer ijzige objecten in het heelal aanwezig zijn. Pluto is te klein om planeet genoemd te worden) ‘Neem jullie werkbundel, we vullen de vragen/oefeningen in.’ 3. Hoe oud ben jij op een andere planeet? 10’ 2 Werkbundel + rekenmachine http://www.encyclopediainteractica.com/ Verloop: Ik geef klassikale uitleg over de aantrekkingskracht van de zon op de andere planeten en het gevolg ervan. De leerlingen bereken hun leeftijd op een andere planeet en vertellen waarom ze ouder of jonger zijn op een andere planeet. Doceren/instructies/richtvragen: De zon heeft een aantrekkingskracht. Een sterke zwaartekracht, want ze trekt alles in het zonnestelsel naar zich toe. Maar de planeten vallen niet op de zon : de snelheid - waarmee ze rond de zon draaien - is gelukkig groot genoeg is om er niet naar toe getrokken te worden. “Alle planeten draaien in een vaste baan om de zon. Maar ze draaien niet allemaal even snel. Hoe verder de planeet van de zon is verwijderd, hoe langer de omwenteling om de zon duurt. Dat zien jullie hier op het bord. (zie link)” “Mercurius heeft bijvoorbeeld maar 88 dagen nodig om rond de zon te draaien. Een jaartje is daar dus sneller om. Je zou er dus sneller oud worden, want het duurt daar maar 88 dagen voor je opnieuw verjaart.” “Hoeveel dagen heeft de aarde nodig voor een omwenteling rond de zon?”(365 of 366 dagen in een schrikkeljaar) “Neem jullie werkbundel en een rekenmachine en bereken eens hou oud je zou zijn op de andere planeten.” “Wat valt jullie op?” (Bij de 4 planeten het dichts bij de zon ben je ouder dan op aarde, bij de ander 4 planeten ben je jonger.) “Hoe komt dat?” ( De 4 planten die het dichts tegen de zon staan doen er minder lang over om rond de zon te draaien dan de andere 4 planeten.) 4. Hoeveel zou ik wegen op een andere planeet? 10’ 3,4 Werkbundel + rekenmachine http://www.encyclopediainteractica.com/ Verloop: Ik geef klassikale uitleg over de zwaartekracht en het gevolg ervan. De leerlingen komen ook te weten waarom de maan rond de aarde draait. De leerlingen bereken hun gewicht op een andere planeet. Doceren/instructies/richtvragen: “Ook planeten hebben een aantrekkingskracht. Wij worden door de aarde aangetrokken, zodat we er niet zouden afvallen. De kracht die de aarde daarvoor heeft, noemen we de zwaartekracht.” Uitgeprint op 20/07/2017 Ineke Van Hoeke 4 “ De aarde trekt ook een belangrijke rotsblok uit de ruimte aan, namelijk de maan. Maar de maan heeft ook haar eigen willetje. Doordat ze voldoende snel rond de aarde draait, kan ze op een veilige afstand blijven. Dat zien jullie ook hier op het bord.” “En zo heeft elke planeet z’n eigen zwaartekracht. De zwaartekracht is echter niet op alle planeten even groot. Hoe harder de planeet aan je trekt, hoe groter de zwaartekracht, hoe meer je op die planeet zal wegen. 5. Klassikaal: de geschiedenis van de ruimtevaart. 5’ 5,6 Werkbundel, foto's Verloop Ik vertel over de geschiedenis van de ruimtevaart. Ik toon hierbij enkele foto's. De leerlingen vullen de werkboek verder aan. 6. Klassikaal : spaceshuttle en ISS bespreken. 5’ 7,8 Werkbundel, foto's Verloop Ik vertel over de spaceshuttle en ISS, ik toon hierbij enkele foto's. De leerlingen vullen de werkbundel aan. 7. Per 4 : leven en werken in de ruimte. 10’ 9,10,11 Werkbundel, teksten per 4, filmpje https://www.youtube.com/watch?t=107&v=lNsEU34DbHA Verloop We bekijken eerst een filmpje over het nut van ruimtevaart. We vullend de vraag in. De leerlingen lezen per 4 de twee teksten over toilet en eten in de ruimte en vullen hun werkbundel verder aan. Evaluatie Uitgeprint op 20/07/2017 Ineke Van Hoeke 5