Universiteit Hasselt - Centrum voor Milieukunde Milieubiologie Fytoremediatie De interesse voor het gebruik van planten voor de sanering van bodems en ondiep grondwater verontreinigd met zowel zware metalen als organische contaminanten is enorm gegroeid. Gebaseerd op vele jaren fundamenteel onderzoek en kennis van de natuurlijke capaciteiten van planten om metalen en andere toxische contaminanten op te nemen uit vervuilde grond of water werd fytoremediatie naar voor geschoven als een alternatieve saneringstechnologie. Fytoremediatie kan gedefinieerd worden als het gebruik van planten voor het verwijderen, afbreken of vastleggen van schadelijke stoffen uit bodems of water. In meerdere gevallen van fytoremediatie is de plant in feite niet de ‘exclusieve hoofdrolspeler’. Zeer dikwijls is er een erg belangrijke rol weggelegd voor plantgeassocieerde bacteriën en mycorrhizen. De voornaamste functie van planten is dan ‘beperkt’ tot het verbeteren van de groeicondities voor micro-organismen. Verschillende vormen van fytoremediatie worden onderscheiden naargelang de ‘functie’ die de planten vervullen in het remediatieproces. Fytostabilisatie bestaat erin dat planten, eventueel in combinatie met gepaste bodemadditieven, gebruikt worden om de vervuiling vast te leggen. De voornaamste doelstelling is een verdere verspreiding van de vervuiling te voorkomen. Vooreerst hebben planten via exudaten of via wortelgeassocieerde micro-organismen dikwijls een immobiliserend effect op de in de bodem aanwezige contaminanten. Ook zal een goed gesloten vegetatiedek verdere verspreiding via wind- en watererosie verhinderen en zal de percolatie van contaminanten naar het grondwater drastisch verlagen. Fytoextractie is het gebruik van planten om contaminanten uit de bodem te verwijderen door opname via de wortels van de planten; in vele gevallen kunnen de contaminanten verder getransporteerd en opgeconcentreerd worden naar de bovengrondse delen van de planten. Toepassing van fytoextractie in geval van verontreiniging met metalen kan gebeuren door middel van in de natuur voorkomende hyperaccumulerende planten, of artificieel verbeterde (gemanipuleerde) of geselecteerde valoriseerbare soorten. Het met contaminanten aangerijkt plantenmateriaal kan vervolgens gevaloriseerd worden (voor bijvoorbeeld energieproductie) en uit de restfractie kunnen de metalen gerecupereerd worden. Fytotransformatie bestaat erin dat planten contaminanten opnemen en dat deze in de plant omgezet of afgebroken worden tot niet schadelijke verbindingen. Van fytotransformatie is voornamelijk sprake in geval van organische verontreinigingen. Moleculen worden via de wortels opgenomen en door plantencellen of endofytische micro-organismen ‘getransformeerd’, eventueel zelfs geschikt gemaakt als bouwstenen voor planteigen moleculen. Versterkte biodegradatie in de rhizosfeer: planten scheiden allerlei organische moleculen uit die door micro-organismen als substraat gebruikt worden. Daardoor komen in de ‘rhizosfeer’ (de zone dicht aansluitend bij de wortels) 100 tot 1000 maal meer bacteriën voor dan in onbegroeide bodem. Indien deze micro-organismen de in de bodem aanwezige contaminanten kunnen afbreken kan dit leiden tot een versnelling van de afbraak vergeleken met een niet begroeide bodem . Ook leveren planten humus op die het microbieel leven in de bovenste bodemlaag zal bevorderen. Bomen kunnen grote volumes aan grondwater ‘oppompen’. In het grondwater aanwezige contaminanten kunnen vervolgens door rhizosfeerbacteriën afgebroken of door planten opgenomen en ‘verwerkt’ worden. Wilgen en vooral populieren zijn voor deze toepassing goede soorten. Bron: http://www.uhasselt.be/UH/CMK/CMK_nl-Onderzoek/CMK_nl-OnderzoekOnderzoeksgroepen/Milieubiologie-.html