Woordpakket 2

advertisement
Woordpakket 1
naam______________
groep 4
klas
kist
4a
krant
4c
muts
4e
4b
blik
bloem
breuk
brief
bril
knop
kraan
kreet
kruis
kruk
haast
juist
kast
kust
mest
broers
glans
grens
krans
kwart
broek
broer
bron
brug
bruin
plan
plas
plus
prik
proef
mist
nest
plaats
prent
sport
start
klap
klok
knal
knie
knoop
traag
trap
troon
===
fiets
rits
4f
tent
4d
glas
greep
groen
groep
groet
straat
===
als
bont
heks
kans
koers
lamp
lift
mens
munt
wesp
spreek
straf
strak
straks
streek
stroom
struik
Woordpakket 2
naam ______________
groep 4
straat
helm
4f
fluit
5a-j
vis
6a
6b
spreek
straf
strak
straks
streek
wolf
elf
half
balk
kelk
dwerg
zorg
jurk
park
sterk
feest
fijn
film
fles
flink
vaart
vals
vast
vent
vijf
stroom
struik
volk
welk
halm
helm
kalm
berm
vorm
warm
doorn
kern
fors
fris
fruit
vlag
vlees
vlek
vlieg
vloer
tulp
hulp
erf
slurf
turf
dorp
harp
vloot
vlot
vlug
vraag
vroeg
vuist
Woordpakket 3
naam______________
groep 4
som
worst
zon
7a
school
7b schrift
4g
8a
8b
kraai
kooi
boei
11abc
arts
borst
dienst
dorst
komst
slaap
smaak
soms
soort
stam
zaak
zalf
zalm
zee
zelf
schat
schelp
scherm
scherp
schets
fraai
saai
taai
kunst
liefst
oogst
vorst
winst
steel
stem
stil
stoel
stoet
zelfs
ziel
zwart
zweep
zweet
schijn
schoon
schot
schuin
schuur
hooi
nooit
dooi
mooi
schrift
schrik
schroef
groei
sproei
vloei
stof
stop
storm
stuk
Woordpakket 4
naam______________
groep 4
tong
jaar
9a
sneeuw
nieuw
ruw
12 abc
10 a-d
bank
9b
angst
ingang
kring
langs
slang
sprong
streng
wang
dankbaar
drank
klank
links
pink
daarom
kaars
kaart
klaar
laars
deur
beurs
beurt
kleur
voordeur
snaar
spaarpot
staart
zwaar
heer
voorkeur
oor
daarvoor
kantoor
koorts
alweer
eer
eerst
zeer
uur
oorlog
vooraan
voordeel
buurman
buurt
huur
puur
stuur
vooruit
voorjaar
voorkant
voornaam
geeuw
leeuw
meeuw
sneeuwpop
kieuw
nieuwe
nieuws
opnieuw
duw
schuw
uw
Woordpakket 5
naam______________
groep 4
lucht
reis
13b
saus
de
14a
pech
29a
pauw
13a
ach
lach
pech
toch
zich
achter
bocht
dicht
echt
jacht
eigen
eind
einde
keizer
kleine
klacht
knecht
kracht
macht
nicht
meisje
paleis
sein
plicht
slecht
tocht
uitzicht
vlucht
vocht
vrucht
wacht
zacht
zicht
zucht
au
saus
blauw
flauw
gauw
klauw
nauw
pauw
de
je
te
ze
we
bende
engel
enkel
honger
jongen
kleuter
moeder
ronde
tante
vinger
winkel
woede
Woordpakket 6
naam______________
groep 4
hout
ijs
bezoek
15c
getal
30a
30b
14b touw
15d
Bijbel
blijk
gelijk
gordijn
grijs
ijver
ijzer
kwijt
opzij
partij
pijn
pijp
prijs
rijk
rijtuig
spijt
voorbij
vrij
wijk
hout
jou (van jou)
kou
koude
nou (nu)
oude
ouder
zout
bouw
gebouw
mouw
jouw (jouw
fiets)
touw
trouw
vrouw
bedrag
bedrijf
begin
begrip
beroep
gebruik
gedrag
gehoor
geluk
geloof
beslag
besluit
bestaan
bestek
bestuur
gemeen
genoeg
gerust
gesprek
getal
bewijs
bezoek
gevaar
gevoel
geweer
gezin
Woordpakket 7
naam_________________
groep 4
huisje
slee
boompje
.
.
hond
.
broertje
.
.
daarmee
ermee
fee
mee
nee
boekje
bootje
briefje
dorpje
drankje
armpje
boompje
bloempje
duimpje
filmpje
baard
beeld
bord
brood
dood
ree
slee
snee
grapje
huisje
ijsje
kaarsje
kaartje
kraampje
raampje
riempje
rijmpje
wormpje
gezond
God
hond
maand
paard
kruisje
neefje
pakje
beertje
broertje
diertje
kleurtje
tand
vriend
woord
tree
twee
vee
poosje
potje
zusje
kooitje
kroontje
muurtje
schuurtje
vrouwtje
zoontje
Woordpakket 8
naam______________
groep 4
dokter
hond
.
fietsen
sla
.
.
.
bad (baden)
bed (bedden)
blad
blind
bloed
koud
land
mond
strand
wond
ander
anders
dokter
helder
herder
banden
beelden
bergen
branden
feesten
ha
ja
la
ma
na
blond
boord
brand
breed (brede..)
bruid
zand
zwaard
kasteel
mantel
meester
minder
monster
fietsen
kaarten
kasten
nu
pa
sla
stro
draad (draden)
grond
haard
hand
hoofd
morgen
onder
persoon
vreugde
wonder
lichten
plaatsen
planten
sla enz.: “klinkt de klinker lang, zet ik er ééntje op de gang”
vla
vlo
zo
Woordpakket 9
naam______________
groep 4
jager
apen
hond
.
bakker
.
.
.
armband
geld
goedkoop
hemd
hoed
avond
beter
bodem
boter
dader
apen
beren
broden
dagen
draden
allemaal
appel
bakker
binnen
emmer
iemand
kind
kleed
lied
mand
deken
hamer
jager
kleren
kogel
ogen
platen
sloten
schuren
vragen
jullie
kapper
kassa
lekker
spullen
pond
schuld
stad
veld
vijand
leraar
meter
muziek
neger
olie
vreemd
waard
wild
wind
zaad
regen
slager
tomaat
toneel
water
Woordpakket 10
naam______________
groep 4
jager
ballen
ballen
blokken
bommen
bossen
brillen
bruggen
bussen
sokken
spinnen
steppen
tikken
trappen
.
adem
boven
dame
even
grootvader
haven
hemel
hotel
kamer
koper
lezer
lokaal
mager
motor
najaar
open
overal
tegen
wapen
zadel
jager:
keuken
boeken
sleutels
.
.
buiten
ieder
keuken
moeder
sleutels
spiegels
tafels
tekens
vleugel
vlieger
vroeger
zieke
torens
vingers
vissers
boeken
boeren
fluiten
fouten
hoeden
vogels
wortels
zolders
kleuren
kousen
mouwen
scheuren
schoenen
de klinkerdief
“klinkt de klinker lang,
zet ik er ééntje op de gang”
ballen:
de dubbelzetter
“hoor ik een korte klank,
zet ik er twee* op de bank”
(* =twee dezelfde medeklinkers)
Download