Orde der artsen - Nationale Raad Bescherming van de goederen van een te beschermen meerderjarige Doc: a097003 Tijdschrift: 97 p. 4 Datum: 20/04/2002 Origine: NR Thema's: Arts (Behandelend-) Consult Getuigschrift Kwetsbare personen Bescherming van de goederen van een te beschermen meerderjarige Naar aanleiding van de behandeling van een dossier met betrekking tot de toepassing van artikel 488bis van het Burgerlijk Wetboek (1) betreffende de bescherming van de goederen van een te beschermen meerderjarige, vraagt een provinciale raad of een arts een persoon waarvan hij niet de behandelaar is mag onderzoeken met het oog op het opstellen van een omstandige geneeskundige verklaring betreffende de gezondheidstoestand van de betrokken persoon en dit louter op aanvraag van een familielid van de patiënt of van een advocaat. Advies van de Nationale Raad : De Nationale Raad acht het deontologisch niet correct een persoon waarvan men niet de behandelaar is, op verzoek van een derde belanghebbende (familielid of advocaat) te onderzoeken met het oog op de aflevering van een omstandige geneeskundige verklaring in het kader van het artikel 488bis van het Burgerlijk Wetboek. Wanneer een arts daartoe wordt verzocht dient hij de verzoeker te verwijzen naar de behandelaar van de betrokkene. Wanneer mocht blijken dat de verzoeker en de behandelaar het niet eens geraken, kan de aangezochte geneesheer zelf contact nemen met de behandelaar met de vraag of zij samen de betrokkene in consult kunnen zien. Wanneer dat onmogelijk blijkt te zijn kan de aangezochte geneesheer een beroep doen op de provinciale raad waarbij de behandelaar ingeschreven is om na te gaan of een compromis haalbaar is. (1) Art. 488bis, §3, BW : "Op straffe van niet-ontvankelijkheid wordt, behoudens in spoedeisende gevallen , een omstandige geneeskundige verklaring bij een verzoekschrift gevoegd, die ten hoogste vijftien dagen oud is, en de gezondheidstoestand van de te beschermen persoon beschrijft. Deze geneeskundige verklaring mag niet worden opgesteld door een geneesheer die een bloed- of aanverwant van de te beschermen persoon of van de verzoeker is, of op enigerlei wijze verbonden is aan de instelling waar de te beschermen persoon zich bevindt."