NIEUWSBRIEF CNV ONDERWIJS PASSEND ONDERWIJS SPECIAL OOP JUNI 2014 Special Eigen wijs, wijzer, wijst 1 augustus 2014: Een mijlpaal in het kader van passend onderwijs? IN DIT NUMMER Ja en nee. Als je het afzet tegen de werkvloer onvoldoende de weg die in het onderwijs al betrokken zijn. DE VERENIGING gelopen is om de slogan ‘Elk kind Een mijlpaal in het kader van passend onderwijs? 2-meting: onbeantwoorde vragen telt!’ te realiseren, dan mag het Met jullie stuurgroep OOP antwoord positief zijn. Nee, als je bespraken we de resultaten en kijkt naar het meetpunt dat de kwamen tot de conclusie dat CNV overheid in het vooruitzicht stelt Onderwijs door moet gaan met als realisatiedatum: passend het ondersteunen van leden, onderwijs wordt geacht in 2020 onder andere door het aanreiken volledig ingevoerd te zijn. van een specifieke nieuwsbrief. PRAKTIJK CNV Onderwijs gaat voor de Een nieuwsbrief met algemene Praktijkvoorbeelden over en door jouw achterban Oproep AV extra handen in de klas invoering van dit nieuwe stelsel. informatie maar vooral ook met Maar wel ‘Stap voor stap’. Onder specifieke voorbeelden uit de die titel presenteerde de praktijk. BELEID Belangrijke vragen stuurgroep Passend Onderwijs november 2013 de uitkomsten Lees verder. van een onderzoek onder 2267 LEES VERDER Halfmaandelijks overzicht leden. Daaruit bleek, helaas opnieuw, dat de professionals op 2-meting Onbeantwoorde vragen? Heet van de naald presenteert werkvloer. Die vragen vormen de stuurgroep Passend tevens een indicatie voor wat Onderwijs hier de eerste CNV Onderwijs na de zomer indrukken uit een kort vakantie aan activiteiten moet onderzoek onder alle werkende ondernemen om leden te leden van CNV Onderwijs. De ondersteunen. stuurgroep vermoedt dat er nog wel onbeantwoorde vragen leven rond de realisatie van Lees verder. passend onderwijs op de 1 NIEUWSBRIEF CNV ONDERWIJS PASSEND ONDERWIJS SPECIAL OOP JUNI 2014 DE WERKVLOER AAN HET WOORD Jullie worden op je wenken bediend. De AV van 4 juni drong aan op het kritisch blijven monitoren van de invoering van passend onderwijs. Bekijk de eerste resultaten van de 2meting. Maar vergeet niet de mooie praktijkverhalen over jouw eigen achterban te lezen! VERDEROP IN DEZE NIEUWSBRIEF: Wie meldt in een volgende nieuwsbrief iets over zijn of haar ervaringen met passend onderwijs? Mail je bijdrage naar: [email protected] Stuurgroep Passend Onderwijs: AnneMarie Bruurmijn Frank Bulthuis (eindredactie) Han Kooreman Katalin de Kleuver Lena de Man Karen Mommers Vervolg Onbeantwoorde vragen? Welke vragen hebben OOP-ers nog over Passend Onderwijs? 121 leden reageerden al direct in de eerste week van het korte onderzoek dat de stuurgroep uitgezet heeft. Hoe zij als onderwijsondersteuners scoorden op de verschillende vragen, daarover kan pas na nadere analyse van de totale reacties iets gezegd worden. Nu alvast het algemene beeld. Het zijn vooral leden uit het basisonderwijs die in de eerste week reageerden. Waar willen zij zicht op hebben? Ruim 60 % vinkte de volgende optie aan: de concrete mogelijkheden tot ondersteuning die van buiten de school moet komen als het leerproces tussen de professional en de leerling stagneert. En wat hebben leden minimaal nodig om passend onderwijs te realiseren? Hoge scores voor ‘meer handen in de klas om te kunnen differentiëren’ (bijna 60 %). Maar ook ‘een heldere teamafspraak over de grenzen van wat we als school aankunnen’ (ruim 50%) en ‘maatwerkbegeleiding zodat ik niet handelingsverlegen ben in het omgaan met verschillen in de groep’ (ruim 40%) staat op het wensenlijstje van de leden. Wat weerhoudt leden er nog van om aan de slag te gaan met passend onderwijs? Professionele ‘twijfel of de verwachtingen om alle leerlingen goed onderwijs te bieden wel waar gemaakt kunnen worden’ springt in de reacties eruit: bijna 60%. En tenslotte: CNV Onderwijs kan deze leden het beste ondersteunen door vooral te focussen op ‘het kritisch volgen van de invoering in het schooljaar 2014-2015 en waar nodig aan de bel trekken’. Bij 80% van de respondenten ziet daarin de meerwaarde van hun vakbond en vakvereniging. 2 NIEUWSBRIEF CNV ONDERWIJS PASSEND ONDERWIJS SPECIAL OOP JUNI 2014 Benieuwd naar de uitkomsten van het hele onderzoek en de analyse van jullie antwoorden als onderwijsondersteuners? Volg ons via Eigenwijs, wijzer, wijst, een nieuwsbrief voor alle leden. Volgende reguliere aflevering naar verwachting eind juni. Vervolg Een mijlpaal? Het gesprek naar aanleiding van de 1-meting met de vrijwel voltallig stuurgroep OOP concentreerde zich rond de volgende vragen: - Herkennen jullie de beelden die uit de 1-meting naar voren komen? - Wat kunnen we over een weer voor elkaar betekenen in de komende periode? De stuurgroep OOP heeft een achterban in het VO, PO en MBO. Leden zijn werkzaam als administratiemedewerker, conciërge of klassen assistent. De stuurgroep herkent dat de achterban inderdaad niet betrokken is. Veel van hun collega’s kunnen de consequenties niet overzien; er is veel onduidelijkheid bij de oop-ers. Bovendien is de betrokkenheid ook sterk afhankelijk van de vraag of je persoonlijk iets hebt met de doelgroep. De ondersteunende rol kan zeer divers ingevuld worden: van meer handen in de klas tot actieve rol bij gedragsverandering. Wat leeft is een behoefte aan goede taakafbakening: in hoeverre is de conciërge ‘achterwacht’ voor uitgestuurde kinderen en waar stopt het werk van de klassenassistent en zou een RT-er ingeschakeld moeten worden? Het OOP-werk is meer gedifferentieerd dan wat uit de vragenlijst naar boven viel te halen. De stuurgroep merkt zeker dat er te weinig aandacht is voor scholing van het onderwijs ondersteunend personeel. Zo kort voor de invoeringsdatum van passend onderwijs reikt de stuurgroep Passend Onderwijs daarom nog een keer informatie aan op belangrijke vragen en wijzen de weg om informatie te zoeken. Dan kan niemand nog volhouden niet geïnformeerd te zijn. Het veld van passend onderwijs zal, zo is de bedoeling en ook de verwachting, veelkleurig zijn. Een rijke schakering per samenwerkingsverband van reguliere en speciale onderwijsarrangementen. Dan wordt het van groot belang zelf vragen te formuleren over jouw rol in jullie passend onderwijs. Laat echter niet na jouw vragen en jullie regionale antwoorden en zorgen met ons in de toekomst te delen. Wij blijven ons kritisch maar constructief opstellen in deze stelselwijziging. Frank Bulthuis Secretaris Stuurgroep Passend Onderwijs CNV Onderwijs Juni 2014 Naar begin Belangrijke vragen Wat is de achterliggende gedachte achter passend onderwijs? Hoe organiseer je het onderwijs zo dat alle leerlingen, ondanks hun soms grote verschillen, optimaal aan hun trekken komen? Gezamenlijk optrekken zolang het kan, gescheiden als het beter is voor de leerling! Langzamerhand is dat de leidende gedachte geworden in de discussie over regulier en speciaal onderwijs. Denken en handelen in termen van mogelijkheden van leerlingen is een tweede dragende gedachte. Niet het tekort is bepalend voor je omgang met jonge mensen maar hun ontwikkelmogelijkheden. Het behandelplan 3 NIEUWSBRIEF CNV ONDERWIJS PASSEND ONDERWIJS SPECIAL OOP JUNI 2014 (uit het medisch model) wordt vervangen door het werken vanuit het ontwikkelingsperspectief. Daarbij werken school en ouders nauw samen rond de vraag: ‘wat heeft ons kind / deze leerling nodig?’ Wat ging er mis en wat kan beter? Leg die vraag voor aan verschillende mensen in je omgeving en de kans dat je diverse antwoorden krijgt is levensgroot. Is je contactpersoon een ouder met een leerling die zich net even anders ontwikkelt als je zou verwachten? De leerling bloeide op in het praktijkonderwijs nadat vastgesteld was dat hij al jaren overvraagd was. En als je spreekt met een leraar die voor een nieuwe leerling (net verhuisd) een heel dossier moet opbouwen alvorens het kind aan te mogen melden voor onderzoek door een indicatiecommissie (RVC / CiV)? Die had last van bureaucratie, want dat kost dan vaak weer een half jaar tijd. En ondertussen? Passend onderwijs wil inzetten op het voorkomen van verstoringen van het leerproces. Preventie is de richtinggevende gedachte, pleisters plakken (curatie) kan altijd nog. Meer tijd besteden aan het aangepaste onderwijsarrangement, en minder aan het indiceren op grond van landelijke criteria. Geen onnodig toets- en testcircus, handelingsgericht werken dient het directe belang van de leerling. En als we dan ook nog even de verbinding weten te leggen met andere professionals die betrokken worden bij het onderwijs en de opvoeding van kinderen, dan werken we niet meer in hokjes maar integraal. Welke stappen zijn er al gezet? Een andere filosofie over ‘the best fit’ heeft inmiddels geleid tot aanpassingen van diverse onderwijswetten. En de macht van het getal (50.000 onderwijsmensen in Amsterdam Arena), in combinatie met inhoudelijke argumenten, zorgde ervoor dat er niet minder geld beschikbaar is voor goed onderwijs. Besturen van scholen zijn het overleg gestart over de inrichting van nieuwe samenwerkingsverbanden. Wat zij te bieden hebben aan leerlingen met een uiteenlopende ondersteuningsbehoefte is vastgelegd in het Ondersteuningsplan (OP). Dat is hun manier om te zeggen: wij garanderen voor elke leerling een passend onderwijsarrangement, zodat er geen thuiszitters meer zijn. Daarmee voldoen ze aan de zorgplicht.Op schoolniveau is er het SOP: het school-ondersteunings-profiel. Te bezien als een portret van het ‘kunnen’ en ‘willen’ van de school: dit mag een ouder van ons verwachten, daar is onze grens en dit zijn onze ambities. De MR heeft er advies over uit kunnen brengen. Wat vonden zij? Op het moment dat we dit schrijven ligt het OP bij de Inspectie van het Onderwijs. Al op hoogte van het eindoordeel? Welke stappen moeten nog gezet worden? Veel scholen en samenwerkingsverbanden lijken te gaan voor een geleidelijke overgang naar Passend Onderwijs. Veel energie is gaan zitten in het oprichten van de samenwerkingsverbanden. Te weinig tijd was er om de mensen op de werkvloer te betrekken. Schooljaar 2014-2015 zal nodig zijn om een breed draagvlak te ontwikkelen voor het OP en SOP. En de daaraan verbonden discussie zal waarschijnlijk leiden tot aanpassingen van de plannen. Op de werkvloer wordt steeds duidelijker wat de invoering betekent voor de dagelijkse praktijk: welke kennis is voldoende voorhanden en wat moet aangevuld worden, welke complexe vaardigheden kunnen nog wel wat ondersteuning gebruiken? De professionalisering van de man en vrouw op de werkvloer, maar ook de professionalisering van de school als organisatie vormen een elementaire voorwaarde voor een geslaagd invoeringstraject. NIEUWSBRIEF CNV ONDERWIJS PASSEND ONDERWIJS SPECIAL OOP JUNI 2014 Informatie ontvangen of informatie halen? De overheid heeft gezorgd voor een aantal algemene informatiepunten. De belangrijkste daarvan zijn: www.passendonderwijs.nl www.steunpuntpassendonderwijs.nl www.medezeggenschap-passendonderwijs.nl De sectorraden (PO-Raad, VO-Raad, MBO-Raad) hebben ook hun verantwoordelijkheid genomen om specifieke informatie te verstrekken. Jouw vakorganisatie levert regelmatig nieuwsbrieven (Eigenwijs, wijzer, wijst) en over rechtspositionele kwesties kun je terecht bij de afdeling Individuele Belangenbehartiging. Regiobestuurders staan de MR-en bij en de Onderwijsacademie verzorgt onder andere coaching. Er is een macht aan informatie beschikbaar, misschien wel te veel om te behappen. De stuurgroep Passend Onderwijs reikt met MyPOP je een eenvoudig instrument aan om vast te stellen wat je weet en niet weet, waar je trots op bent en waar je mee aan de slag zou willen. Een Persoonlijk Ontwikkelingsperspectief van jou als Professional kan een slimme manier zijn om gericht informatie te halen. Ga naar: https://www.cnvo.nl/campagnes/passend-onderwijs-2014 Praktijkvoorbeelden over en door jouw achterban. Groep in school groepen Bron: Passend Onderwijs Almere Groep In School staat voor onderwijs op maat in een reguliere school dichtbij huis. Dat is de kern van het ‘Groep in school model’ waarmee passend onderwijs wordt geboden aan kinderen die een extra steuntje in de rug nodig hebben. Het unieke van het model is dat de kinderen voor wie het bedoeld is niet naar een school voor speciaal onderwijs hoeven. Bij het Groep in school model gaat de leerling naar een reguliere basisschool, maar krijgt hij/zij onderwijs in een speciale groep. In deze groep zitten 12 tot 15 leerlingen met een soortgelijke handicap of stoornis. Er is een speciale leerkracht en een klassenassistent (waar nodig een logopedist). De inrichting van het lokaal is aangepast. De leerlingen in de speciale groep integreren zoveel mogelijk met de andere leerlingen en de onderwijsactiviteiten binnen de school. Vanuit Passend Onderwijs Almere begeleidt een ambulant begeleider de groepsleerkracht en de klassenassistent van de school. Naar begin Waar blijft het OOP in de klas? Bron: CNVO Ondersteuners, Marlinde Bredewout (stuurgroep OOP) (23-3-2014) Voor veel OOP-ers is ‘passend onderwijs’ nog een vaag begrip. Veel informatie is voor leerkrachten en als je vraagt: “Hoe moet ik de invulling van mijn baan binnen het passend onderwijs zien?” wordt deze vraag niet of nauwelijks beantwoord. 5 NIEUWSBRIEF CNV ONDERWIJS PASSEND ONDERWIJS SPECIAL OOP JUNI 2014 Op dit moment worden veel OOP-ers geconfronteerd met ontslag vanwege bezuinigingen. Een collega uit het SBO merkt terecht op “Eerst moeten ze ons ontslaan, waarna de leerkrachten met hun handen in het haar komen te zitten, vanwege de diverse problematiek die door het passend onderwijs, in de al dan niet te grote klas, voorkomt.” Allerlei vragen rijzen op bij de OOP-ers: Is de OOP-er nog wel nodig in een klas van 25 leerlingen zoals CNVO dat voor ogen heeft? Waar kiest het managementteam voor op grond van financiën en onderwijskundig beleid? Is er erkenning voor de noodzakelijkheid en waardering voor het werk van de OOP-ers in de klas onder de leidinggevenden? Wordt er echt geluisterd naar de leerkrachten die zeggen niet zonder een OOP-er te kunnen? Krijgt de OOP-er ook scholing op maat met betrekking tot het passend onderwijs? Doet hij/zij mee met de teamscholingen? Zorgen Wat mij, als lid van de stuurgroep OOP bij CNVO, zorgen baat is dat de OOP-er straks mogelijk taken gaat doen die niet in hun taakbeschrijving staat. Gaat de OOP-er straks RT-taken uitvoeren? Nu hoor ik al in de praktijk: “Als je ‘nee’ zegt tegen taken die niet in de functiebeschrijvingen staat, betekent dat ontslag.” In de functiegerichte gesprekken tijdens de landelijke OOP-dag waren de antwoorden op de vraag ‘Hoe moet ik de invulling van mijn baan binnen het passend onderwijs zien?’ tekenend. Een paar antwoorden waren: • ‘Ik heb straks geen baan meer.’ • ‘De rugzakleerlingen die ik nu begeleid, hebben straks geen rugzak meer. Wat moet ik dan doen?’ • ‘Ik word misschien wel door de hele school ingezet en moet dingen doen die niet in mijn functiebeschrijving staat. Pilot-ervaring van Jerieke Het is niet overal zo zorgelijk. De OOP-er die in cluster 2 werkt, ziet haar functie niet wegvallen. Er zijn al pilots gestart waarbij de OOP-er zijn functie kan blijven behouden en ingezet wordt op het mediumarrangement. Dit betekent dat de OOP-er in dienst blijft van de cluster 2 school maar werkt op de basisschool. Zo werkt Jerieke vanuit Kentalis nu 2,5 dag op de Harmpje Visserschool (bao) op Urk. Zij vertelt: “Ik heb het er erg naar mijn zin, maar het heeft wel veel tijd nodig gehad én nog, om je binnen een bestaand team te vormen. Ik heb wel het gevoel dat ik pas binnen het team op Urk. Wel merk ik dat ik meer afstand heb van Kentalis. Toch blijf ik wel bij de verplichte studiedagen komen en dat wordt ook van mij verwacht. Ik check ook (bijna) elke dag mijn Kentalis-mail en hierdoor blijf ik op de hoogte. Er is hier wel aandacht voor om de binding met Kentalis te behouden, binnen de pilot-stuurgroep. Men wil niet dat de om de expertise die we vanuit cluster 2 meenemen naar de basisschool, verslonsd word. Dat zou jammer zijn en dat wil men ook niet. Maar het is wel lastig. Je kunt niet op 2 plekken tegelijkertijd zijn...Op de cluster 2 school sta je midden in de expertise. Men praat over de problematiek en krijgt tijdens vergadering meer kennis over de kenmerkende problematiek binnen cluster 2. Dat is op de basisschool wel anders. We merken dat het lastig voor de groepsleerkracht is om de leerlingen met een Taal OntwikkelingsStoornis (TOS) voldoende aandacht te geven, als wij er van Kentalis eens niet zijn, bijv. door een studiedag. Er zijn wel zaken waar je nu zelf scherper/alerter op moet zijn, denk bijv. aan declaraties, aanmelden van cursussen. Binnen je cluster2 team gaat dat vanzelf, men praat erover met elkaar, dat is nu niet zo. Ik heb wel het gevoel dat als ik het aangeef dat er naar mij geluisterd/begrepen wordt, dat is fijn.” Taken van Jerieke Ook Jerieke herkent dat je soms taken moet doen die niet meteen binnen je functieomschrijving passen: “Ik zal heus wel eens iets doen wat meer een taak is van een onderwijsassistent/leraarondersteuner, maar in het algemeen is dat niet het geval. Zo heb ik al een paar keer een ochtend/middag alleen voor de groep gestaan, in verband met een overleg tussen de expertise leerkracht van Kentalis en de groepsleerkracht. Dit wordt wel in overleg gedaan met mij. Ik zie het als iets noodzakelijks wat past binnen de pilot.” NIEUWSBRIEF CNV ONDERWIJS PASSEND ONDERWIJS SPECIAL OOP JUNI 2014 Jerieke vertelt wat zij dagelijks doet. “Ik werk in twee groepen van elk 20 kinderen, waarvan 4 à 5 TOSleerlingen. Ik hop van de ene groep naar de andere groep. Tijd voor pauze is er bijna niet, want om er precies voor te zorgen dat ‘onze’ leerlingen de juiste hoeveelheid aandacht/begeleiding krijgen, zowel binnen als buiten de groep is soms een heel gepuzzel. Ik ben nu veel binnen én soms ook buiten de groep bezig met kleine groepjes van 3 à 4 kinderen te begeleiden. Ik geef (verlengde) instructie die vooraf door de groepsleerkracht en/of expertise leerkracht aan mij is doorgegeven. De hele dag door begeleid ik groepjes kinderen waar altijd wel een TOS leerling bij zit, denk aan; knutselen, voorlezen, spelletjes, huishoek, computer , zandtafel etc...” Toekomstmuziek? Als de pilot slaagt, kan Jerieke misschien wel blijven: “Ik ben daar niet zo bang voor, ik zie het wel goed komen, het is prachtig om te zien hoe ‘onze’ leerlingen zich optrekken aan reguliere leerlingen, daar leren zij nog het meest van denk ik! Ik vind het erg leuk en uitdagend, ik had dit niet willen missen: het samen met je pilotteam vormgeven van passend onderwijs aan TOS-leerlingen op een reguliere school. Die uitdaging moet je wel zien zitten.” Alhoewel het hier en daar duidelijker wordt, blijft een grote groep mensen vrezen voor hun baan. Neem Jeriekes voorbeeld in gedachten en sta open voor de verandering en ga zelf opzoek naar nieuwe mogelijkheden. De toekomst is onzeker maar misschien moeten we (ik ook!) wel omdenken. Denken in mogelijkheden….. Extra handen Bron: Zorg Primair (..-..-2014) Extra hulp wordt het liefst gegeven met behulp van extra handen in de klas. Vaak kan dit door rugzakgelden gerealiseerd worden. Carla Duin is één van die ‘extra handen’, zij is onderwijsassistent op de Radboudschool in Heiloo. Eigenlijk is Carla in deze functie gerold als ‘hulpmoeder’ binnen de school. Ze schoolde zichzelf verder tot gediplomeerd onderwijsassistente en nu is ze zelfs met de pabo begonnen. Carla begeleidt diverse leerlingen binnen de school. Daarbij wordt gestreefd naar het clusteren van leerlingen om uitzonderingsposities te voorkomen. Carla: “De intern begeleider en remedial teacher hebben geen tijd voor deze vorm van begeleiding, maar dankzij mijn inzet kunnen deze kinderen wel blijven.” Carla begeleidt onder meer een meisje in groep 6 met het syndroom van Willams, een aangeboren chromosoomafwijking waarmee kinderen normaal gesproken op het speciaal onderwijs terechtkomen. Door de uren van verschillende rugzakleerlingen te combineren is Carla al vanaf groep 3 dagelijks als tweede volwassene in de klas van dit meisje te vinden. Carla ziet hierin diverse pluspunten: de kinderen worden ín de klas begeleid, de klas is heel sociaal en gewend aan verschillen tussen leerlingen. Samenvattend vindt Carla: “Dankzij deze constructie kunnen kinderen met een beperking gewoon op het regulier onderwijs terecht en leren wij allemaal van en met elkaar.” Carla is trots: “Normaal gesproken zou dit meisje naar het speciaal onderwijs gaan en zich mogelijk maar moeizaam ontwikkelen. Nu presteert ze boven verwachting en doet ze veel mee met de klas. Wel heeft ze een eigen leerlijn voor spelling, maar daarin draaien ook andere kinderen mee.” Hoe het in de toekomst gaat met de begeleiding is nog onduidelijk voor Carla. Naar begin Oproep AV extra handen in de klas. Tijdens de AV van 4 juni 2014 benutte Marlinde Brederwoud, lid van de stuurgroep OOP, bij de bespreking van eerdere genomen besluiten de gelegenheid om het volgende onder de aandacht van de 150 aanwezigen te brengen. 7 NIEUWSBRIEF CNV ONDERWIJS PASSEND ONDERWIJS SPECIAL OOP JUNI 2014 "Op 9 april 2014 las ik in de krant dat minister Asscher 11 miljoen euro gaat investeren voor een banenplan. Voor het basisonderwijs hebben werkgevers en vakbonden een dezelfde bedrag neergelegd. Met het geld voor het basisonderwijs kunnen 840 jonge werkloze leerkrachten extra instromen. Prachtig, maar nu komt het: als klassenassistent. Ik vond dit nogal opvallend omdat ik in de vorige AV mijn zorgen hierover geuit had (zie pagina 34 van het AV-boekje). Is dit de manier om extra handen in de klas te krijgen? Het baadt mij zorgen dat het probleem van de leerkrachten zal verschuiven naar de OOP. Daarom roep ik de schoolleiders op om goed te kijken, welk personeel je, op welke plek neer gezet. Een leerkracht op een leerkrachten plek en een klassenassistent op een OOP-er plek." De stuurgroep Passend Onderwijs benieuwd naar de reactie van schoolleiders en de effecten van dit banenplan in de praktijk. Naar begin Lees verder Halfmaandelijks overzicht toegankelijk via MijnCNVO (herhaling) Deze nieuwsbrief wordt samengesteld op basis van een halfmaandelijks overzicht dat op verzoek van de Stuurgroep Passend Onderwijs wordt samengesteld. Niet alle berichten kunnen geplaatst worden. Voor geïnteresseerden zijn de overzichten toegankelijk via ‘MijnCNVO’. Als je onder ‘Vul je gegevens aan’ ook het vinkje bij ‘passend onderwijs’ aan hebt staan, dan krijg je onder ‘Verenigingsnieuws’ toegang tot de betreffende overzichten. NIEUWSBRIEF CNV ONDERWIJS PASSEND ONDERWIJS SPECIAL OOP JUNI 2014 9