Bovenbouw Havo VWO Leertaak Hormoonstelsel Menstruele cyclus Vrouwen tussen de 11 en de 45 à 50 jaar (ongeveer) menstrueren elke maand. Het feit dat hun lichaam elke maand opnieuw dezelfde veranderingen ondergaat wordt de menstruele cyclus genoemd. De bedoeling van deze leertaak is, dat je leert welke veranderingen het lichaam van veel vrouwen elke maand ondergaat en dat je leert welke hormonen hierbij betrokken zijn en hoe de invloed van deze hormonen is. Bij deze werkopdracht kun je gebruik maken van de volgende boeken: Atlas van de biologie van Trevor Weston (rebo-productions) Lokaal C020 of C021 Leerboek Synaps. Inleiding tot de biologie van D.G. Mackean. Lokaal C020 of C021 Biodata In afb. I is de menstruatiecyclus schematisch weergegeven. 1. Hoeveel dagen kent deze cyclus? 2. Wat geeft de tekening in het binnenste van de cirkel weer (aangegeven met een pijl). 3. In welke dagen van de cyclus van afb. 1 treedt de menstruatie op? 4. Wat gebeurt er als een vrouw menstrueert? 5. Op welke dag van de cyclus van afb. 1 treedt ovulatie op? 6. Wat gebeurt er als een vrouw ovuleert? 7. Op welke dagen van de cyclus kan een bevruchte eicel zich in de baarmoederwand innestelen? Afb. I is een eenvoudig schema van de menstruatiecyclus. In de meeste schema' s wordt meer informatie gegeven over de processen die plaatsvinden bij de menstruatiecyclus. Een ingewikkelder schema vind je in afb 2. 8. Op welke dagen in de cyclus vindt de menstruatie plaats? 9. Met welke naam wordt de menstruatie in afb. 2 aangeduid? 10. Hoeveel kilogram kan een vrouw in de 2e helft van de cyclus maximaal zwaarder zijn dan in de Ie helft van de cyclus? In het schema van afbeelding 2 worden 4 hormonen genoemd: F.S.H. ; L.H. ; Oestrogenen en Progesteron. 11. Geef van elk van deze hormonen aan door welk orgaan ze geproduceerd worden. Afb 2: 12. Geef van elk van deze hormonen aan op welke organen ze werken en hoe die werking is. 13. Geef van elk van deze hormonen aan op welke dag in de cyclus de concentratie van het hormoon in het bloed van de vrouw het hoogst is. De hormonale regeling van de menstruatiecyclus is schematisch weergegeven in afbeelding 3. De pijlen geven een stimulerende of een remmende invloed aan. Afb 3 14. Geef in de cirkels in de pijlen de invloed als volgt weer: + de productie (ontwikkeling) wordt gestimuleerd - de productie (ontwikkeling) wordt geremd Een vrouw heeft in haar agenda aangegeven dat ze menstrueerde op 10, 11, 12 en 13 januari. Haar menstruatie is zeer regelmatig namelijk elke 4 weken. 15. Wanneer begint haar volgend menstruatie (waarschijnlijk)? 16. Wanneer vindt waarschijnlijk de ovulatie plaats? 17. De vrouw wil erg graag zwanger worden. Op welke dagen is de kans het grootst dat geslachtsgemeenschap leidt tot zwangerschap? 18. Stel dat de eicel inderdaad wordt bevrucht. Op welke dag 9ongeveer) vindt dan innesteling van het embryo in het baarmoederslijmvlies plaats? 19. In welke maand en op welke datum wordt het kind waarschijnlijk geboren?