[holte] de holte (vrouwelijk) = la cavité de bijholte de borstholte de buikholte de elleboogholte de gewrichtsholte de hersenholte de heupholte de kaakholte de keelholte de knieholte de maagholte de mondholte de neusholte de okselholte de oogholte de schedelholte de tandholte de voorhoofdsholte de wervelholte < de borst = poitrine < de buik = ventre < de elleboog = coude < het gewricht=articulation < de hersenen = cerveau < de heup = hanche < de kaak = machoire < de keel = gorge < de knie = genou < de maag = estomac < de mond = bouche < de neus = nez < de oksel = aisselle < het oog = oeil < de schedel = crâne < de tand = dent < het voorhoofd = front < de wervel = vertèbre sinus thorax abdomen creux du coude cavité glénoïde, glène fosse crânienne fosse iliaque cavité maxillaire pharynx (pli du) jarret cavité gastrique cavité buccale fosse nasale creux de l’aisselle orbite boîte crânienne alvéole dentaire sinus frontal trou vertébral de sinus de borstkas het abdomen de schedelholte de farynx de oogkas de hersenholte