Verwerking excursie 26/27 oktober 2012. Ommetje in Merkelbeek bij het Clemens-domein. Elke student ontwikkelt met een duopartner een activiteit voor een specifieke doelgroep (kleuters, middenbouw of bovenbouw) n.a.v. het bezoek aan Merkelbeek. Namen: Britt Dackus en Maud Pelzers Klas: 1 E Bouw: middenbouw Algemene opdracht: A. Doelstelling: Wat wil je na afloop dat een leerling thuis vertelt wat hij bij jou geleerd heeft? Wij willen dat de leerling een gevoel heeft gecreëerd in de natuur. Dat het kind theorie weet terug te koppelen aan de natuur en zich hier tot verbonden voelt. We willen hierbij voornamelijk werken aan ‘’ hart ‘’ , voor ons gevoel is dit waar het begint: als je je verbonden voelt met de natuur, als je hier een stukje passie voor creëert, is het veel makkelijker en vooral leuker om met de natuur te werken. Aan welke ontwikkeling(en) wil je werken: - hart; affectieve ontwikkeling (emoties, gevoel) - hand; motorische ontwikkeling (handelen, kunnen) - hoofd: cognitieve ontwikkeling (kennen) - Verbindende schakel: sociaal emotionele ontwikkeling? - Andere specifieke ontwikkelingen? Zoals hierboven reeds vermeld willen we vooral werken aan de ontwikkeling ‘’ hart ‘’, dit omdat het naar ons idee belangrijk is dat de kinderen een speciaal gevoel krijgen bij de natuur, zo blijft het bij de kinderen ook hangen. Je ziet vaak dat kinderen tijdens een natuurlesje wel bezig zijn met de natuur en zich deze eigen gaan maken, maar onze bedoeling is dat het bij de kinderen verder gaat dan dat, dat ze zich écht betrokken gaan voelen met de natuur en een stukje passie creëren, maar dit natuurlijk wel op een leuke manier en niet op een saaie en vervelende manier! Want alleen zo gaan kinderen zich ook daadwerkelijk betrokken voelen. B. Hoe wil je deze doelen bereiken? Door de kinderen de natuur zelf te laten verkennen, maar ze hier wel in te begeleiden. Door spontane verkenning gaan de kinderen aan de slag met iets waar ze zelf hun creativiteit op los kunnen laten, ze kunnen hun voorkennis hierbij raadplegen en ervaringen delen. Als ze zelf met de natuur bezig zijn voelen ze zich ook meer betrokken. C. Hoe organiseer je deze activiteit? We hebben ervoor gekozen om spelenderwijs de kinderen kennis te laten maken met de omgeving en de natuur. We hebben een spel gecreëerd waarin ze eerst de natuur gaan verkennen en hier vervolgens gebruik van gaan maken in hun spel. Het is belangrijk om de natuur ‘’ eigen ‘’ te maken en de voordelen die de natuur biedt hierbij te gebruiken. D. Welke ondersteuning heb je hiervoor nodig? (materialen, mensen, vervoer, hulpinstanties) we hebben slechts kaartjes nodig met een ‘’ wapen ‘’ op afgebeeld, de leerkracht om het spel te sturen en vervoer naar de locatie. E. Maak hier een draaiboek voor. Wij zijn voor deze opdracht naar motte de ‘’ Vossenberg ‘’ geweest in Merkelbeek. toen we bij de plaats van bestemming aankwamen viel ons meteen het bord op met het stukje geschiedenis over deze plek. We hebben dit bord aandachtig bekeken en wisten meteen dat we hier gebruik van wilde maken binnen onze opdracht. Het bord vertelde over de geschiedenis van de plek en dat er vroeger op de betreffende plek een ‘’ fort ‘’ gebouwd was. We willen de kinderen hierbij uitleggen waaraan we tegenwoordig zouden kunnen zien waar het fort zich bevond en hoe we dit weten. Zo zijn ze bezig met een stukje geschiedenis over deze plek, zodat ze zich wat meer betrokken gaan voelen tot de locatie. We beginnen de opdracht daarom met een verhaal. Een verhaal over de geschiedenis, over ridders en hoe deze hun fort vroeger beschermde tegen indringers. We willen zo de spanning een beetje opvoeren bij de kinderen en ze betrokken laten voelen. Ook willen we het een stuk realistischer proberen te maken voor de leerlingen. Na het verhaal laten we ze het gebied goed verkennen en moeten ze op zoek gaan naar bijzonderheden die ze binnen dit gebied tegen komen. Vinden ze sporen? Is er nog iets te zien van het fort? Was het fort vroeger tactisch gelegen? Na de verkenning gaan we het spel uitleggen: De groep wordt opgedeeld in 2 groepen: - verdedigers - aanvallers de verdedigers zijn de ridders van het fort en zij moeten hun fort beschermen tegen indringers. De indringers moeten het fort proberen te veroveren door de vlag te stelen. De indringers krijgen allemaal een wapen (een kaartje waarop een wapen afgebeeld staat), MET dit wapen moeten ze een weg naar het fort vinden. Maar onderweg kunnen ze verdedigers tegen komen, die het wapen van de aanvallers af kunnen pakken. Dit doen ze door de aanvallers te tikken. Als een aanvaller getikt is door een verdediger, moet deze zijn wapen inleveren en weer bij de beginpost een nieuw wapen halen. Het spel zal ongeveer 20 minuten duren (dit is na eigen invulling van de leerkracht). Als na 20 minuten de vlag niet veroverd is, dan hebben de verdedigers hun fort goed verdedigd en hebben ze gewonnen! Als de aanvallers de vlag wel binnen de afgesproken tijd hebben veroverd, dan hebben zij gewonnen en zijn ze echte indringers! De leerlingen komen er tijdens het spel achter dat het erg belangrijk is om het gebied te verkennen van te voren. Voor de aanvallers bracht dit het voordeel met zich mee dat ze al een snelle route konden ontdekken na het fort en de verdedigers konden al op zoek gaan naar goede verstop plekken. Als afsluiting willen we aandacht besteden aan de prijsuitreiking: Als de aanvallers winnen krijgen ze de grote sleutel tot het fort en is het fort nu van de indringers ! Als de verdedigers winnen, worden zij geslagen tot echte ridders! Zo zijn de kinderen spelenderwijs bezig geweest met het gebied, met de natuur en niet te vergeten met de geschiedenis van dit mooie natuurgebied.