MELKSLANG Na-aap slang De melkslang heeft mooie, opvallende kleuren. Met zijn rode, zwarte en witte ringen zie je hem zeker niet over het hoofd. En dat is nou precies de bedoeling! DIERENPASPOORT MELKSLANG LATIJNSE NAAM: LEEFGEBIED: VOEDSEL: LEEFTIJD: LENGTE: AANTAL EIEREN: Lampropeltis triangulum campbelli Noord-, Midden- en Zuid- Amerika knaagdieren, vogels en andere slangen tot 20 jaar oud tot ongeveer 1 meter 5 tot 25 per worp HOE ZIE IK ER UIT? Er bestaan een heleboel soorten slangen. Veel van deze slangen hebben een goede schutkleur. Ze zijn bruin of groen en vallen dus niet op in hun natuurlijke omgeving. De melkslang is een geval apart. Deze opvallende verschijning heeft felgekleurde rode, witte en zwarte banden! Na-apen De melkslang heeft niet voor niets opvallende kleuren. Hij lijkt zo namelijk precies op zijn uiterst giftige familielid: de koraalslang. Dit is een zeer giftige slangensoort die met zijn felgekleurde lijf laat zien dat vijanden moeten oppassen. Hoewel de melkslang ook deze kleuren heeft, is hij helemaal niet giftig. Hij doet alleen alsof! Zo voorkomt de melkslang dat hij wordt opgegeten door andere dieren. Melkende slang? Zijn naam dankt de melkslang aan een volksgeloof. Het verhaal gaat dat de slang zich om de achterpoot van een koe wikkelt en zo bij de uier kan komen. Op die manier kan hij de koe ‘melken’. Het is een mooi verhaal, maar het is niet waar. De melkslang leeft wel graag in de buurt van koeien, omdat in hun stallen vaak muizen te vinden zijn. Ruiken met je tong Slangen steken met grote regelmaat hun gevorkte tong uit de bek. Dat wordt ‘tongelen’ genoemd. Met hun gevorkte tong halen slangen geursporen uit de lucht. Als een slang zijn tong in zijn bek terugtrekt, duwt hij de gevorkte punt in de twee openingen van het orgaan van Jacobson. Dit orgaan onderzoekt de geurdeeltjes zodat de slang kan bepalen of er bijvoorbeeld een prooi in de buurt is. Slangen ruiken dus eigenlijk met hun tong! De meeste slangen zien niet zo goed. Ze zien voorwerpen pas als ze bewegen of heel dichtbij komen. Sommige slangen, zoals pythons, hebben speciale groeven langs hun lippen waarmee ze warmte kunnen waarnemen. Met die warmtezintuigen kan een slang zelfs in het donker een prooi vinden. Slangen hebben geen oren en geen trommelvliezen. Wel kunnen ze via de grond trillingen opvangen. Uit deze trillingen leidt de slang bijvoorbeeld af of een prooi groot of klein is. WAAR WOON IK? De melkslang leeft in het noorden, midden en het zuiden van Amerika. Het liefst verstopt hij zich op een zanderige bodem tussen en onder rotsblokken en in dichte begroeiingen. Warm of koud De melkslang is een koudbloedig dier. Hij kan de temperatuur van zijn lichaam niet op één temperatuur houden. De melkslang is net zo warm of koud als zijn omgeving. Als hij actief wil worden, zoekt hij de warmte van de zon op. Als de melkslang af wil koelen, gaat hij in de schaduw liggen. WAT EET IK? De melkslang is een echte vleeseter. Hij eet kleine knaagdieren, vogels en zelfs andere slangen! Om die reden wordt hij ook weleens koningsslang genoemd. Wurgslang of gifslang De melkslang is een wurgslang. Als zijn prooi dichtbij is, slaat hij snel toe. Hij pakt de prooi met zijn bek vast en wikkelt zich zo snel mogelijk om de prooi heen, voordat het dier kan bijten of krabben. Door de wurggreep van de slang kan de prooi niet meer ademen en sterft hij door verstikking. De melkslang slikt zijn prooi meestal met de kop naar voren in. Zo zitten pootjes niet in de weg en kan hij de prooi makkelijk doorslikken. Vervellen Als de huid van de melkslang te krap wordt, trekt hij die als een soort jasje uit. Voordat de vervelling begint, maakt de slang een vloeistof onder zijn huid aan. Die weekt de opperhuid los van zijn lichaam. Het lijf en de ogen van de slang worden dof en krijgen een melkachtige kleur. Na een paar dagen is de huid losgeweekt en doordat het vel zo strak zit, lijkt het net of de slang zijn kleuren weer terug heeft. Toch gaat het echte vervellen nu pas beginnen. De slang zoekt een voorwerp waar hij zijn neus over kan schuren. Door deze beweging scheurt het vel op zijn kop los en kan de slang langzaam uit zijn oude vel kruipen. De huid die overblijft zit binnenstebuiten. De slang heeft nu weer een glanzende huid met diepe kleuren. MIJN FAMILIE EN IK De mannetjes vinden de vrouwtjes door hun geursporen te volgen. Een paar weken na de paring zoekt het vrouwtje een veilige, warme en vochtige plek om haar eieren te leggen. Na ongeveer 70 dagen kruipen de jonge slangen uit het ei. Ze zien er net zo uit als hun ouders, maar dan veel kleiner. Ze moeten zichzelf zien te redden, want vader en moeder kijken niet naar ze om. IN OUWEHANDS DIERENPARK In Ouwehands Dierenpark leeft de melkslang in Urucu, de Latijns-Amerikaanse Jungle. Urucu is de naam van de rode kleurstof die indianen van het Amazonegebied als verfstof gebruiken. In het terrarium van de melkslang liggen veel stenen waar hij zich tussen kan verstoppen. Veel klimmogelijkheden zijn er niet, een melkslang is niet zo’n klimmer. HELP! Slangen, maar vooral hun eieren, hebben veel vijanden. Roofvogels, ratten, vossen en krokodillen lusten graag een smakelijk eitje. Voor mensen moeten slangen ook uitkijken. Mensen eten slangenvlees en doden slangen om van hun huid schoenen en tassen te maken. Ook vernielen mensen de leefgebieden van slangen door bomen te kappen en wegen aan te leggen. WIST JE DAT… Wist je dat de ogen van slangen altijd open zijn? Slangen kunnen hun ogen niet sluiten. Ze slapen dus met hun ogen open! Wist je dat er in Nederland ook slangen leven? In Nederland leven drie soorten slangen. Dat zijn de gewone adder, de gladde slang en de ringslang. Kijk voor meer diereninformatie op www.ouwehand.nl