Behandeling van oudere patiënt met epilepsie

advertisement
Behandeling van oudere patiënt
met epilepsie
C.L.P. Deckers
SEIN Zwolle
Incidentie van epilepsie
160
140
120
nieuwe 100
gevallen per
80
100.000
inwoners 60
40
20
0
IJsland 1995-1999
0 10 20 30 40 50 60 70 80
leeftijd (jaren)
Olafsson et al., 2005
Etiologie van epilepsie bij ouderen



CVA (soms `stil´ infarct)
Verder:
 Arteriosclerose/small vessel disease
 Trauma
 Tumoren
 Ziekte van Alzheimer
Cryptogeen
Ramsay et al., 2004
Behandeling van epilepsie bij
oudere patiënten
 Veterans
affairs medicatie-studies 1985 en
1992
 Oudere patiënten reageren beter op
medicatie
 Oudere patiënten met epilepsie hebben
hogere kans op uitvallen wegens
bijwerkingen
Ramsay et al, 1994
VA Elderly trial
1 of meer aanvallen
in laatste 3 maanden
Carbamazepine
Lamotrigine
Gabapentine
200 mg/2 weken
opbouw
25-50 mg/2 weken
opbouw
300 mg/3 dagen
opbouw
600 mg/dag
150 mg/dag
1500 mg/dag
Rowan et al., 2005
VA elderly trial
Aantal
patiënten
Aanvalsvrij
na 12
maanden
Gestopt
wegens
bijwerkingen
Lost to
follow-up
Carbamazepine
198
25%
27%
28%
Gabapentine
195
29%
17%
25%
Lamotrigine
200
34%
10%
23%
Rowan et al., 2005
CBZ versus LTG bij ouderen
1 of meer aanvallen
in laatste 3 maanden
Carbamazepine
Lamotrigine
100 mg/2 weken
opbouw
25 mg/2 weken
opbouw
400 mg/dag
100 mg/dag
Brodie et al., 1999
CBZ versus LTG bij ouderen
Aantal
patiënten
Aanvalsvrij
laatste 4
maanden
Carbamazepine
48
21%
42%
17%
Lamotrigine
102
39%
18%
12%
Brodie et al., 1999
Gestopt
Niet
wegens
evalueerbaar
bijwerkingen
Effectiviteit topiramaat bij ouderen




Monotherapie met TPM 50 mg/dag of 200
mg/dag bij patiënten 60 jaar met partiële
aanvallen
Aanvalsfrequentie: 0.2-0.3 aanvallen per maand.
50% aanvalsvrij gedurende duur van 4 maanden
Geen verschil in percentage uitvallers vanwege
bijwerkingen
Ramsay et al., 2008
Effectiviteit bij oudere patiënt
Observationele data
Retentie over alle
categorieën patiënten
Lamotrigine
79%
Levetiracetam
73%
Valproaat
70%
Fenytoïne
59%
Gabapentine
59%
Topiramaat
56%
Carbamazepine
48%
Arif et al., 2010
Effectiviteit bij oudere patiënt
Observationele data
Retentie wanneer
gestart als 1e AED
Lamotrigine (n=74)
72%
Levetiracetam (n=49)
69%
Gabapentine (n=24)
63%
Carbamazepine (n=13)
62%
Arif et al., 2010
Verdere keuze-criteria



Comorbiditeit
Specifieke bijwerkingen
Farmacokinetiek
 Gewijzigde eliminatie
 Comedicatie
Co-morbiditeit





Hypertensie 60%
Symptomatische cardiale aandoening 25%
Diabetes Mellitus 30%
‘Mild cognitive impairment’ 35%
Depressie 20-30%
Ramsay 2004; Jacoby 2006; Haut
2009
Risico op CVA

Observationeel onderzoek:



Resultaat:



4709 patiënten met debuut van cryptogene epilepsie na 60e jaar
4709 gezonde `matched´ controlepersonen
In epilepsiegroep 10% CVA gedurende follow-up periode van
5,25 jaar;
In controlegroep 4,4% gedurende follow-up van 6,75 jaar
Relatieve risico op CVA was 2.9 hoger in groep met
epilepsie
Cleary et al., 2004
Metabole invloed van oude
antiepileptica



Cholesterol: verhoogd door CBZ en PB
Lipoproteïne A: verhoogd door CBZ, PB en VPA
Homocysteïne: verhoogd door CBZ, PB en PHT
Zaccara et al., 2009
Bijwerkingen die vaker optreden bij
ouderen





Sufheid
Coördinatieproblemen
Tremor
Huiduitslag
Osteopenie/osteoporose
Ramsay et al., 1994
Invloed van antiepileptica op
botdichtheid en fracturen


Botdichtheid verlaagd, m.n. van heup en wervels
Risico op fracturen groter bij patiënten met
epilepsie, m.n. heup en wervelfracturen
Vestergaard et al, 2004; Lee et al.
2010
AEDs en botparameters
Vitamine D
Botdichtheid
Fractuurrisico
?
Niet of licht
verhoogd?
Carbamazepine
Fenytoine
Fenobarbital
Valproaat
=
Nieuwe AEDs
=
Lee et al. 2010
Effecten van AED monotherapie op
botparameters


Monotherapie met carbamazepine, fenytoïne,
lamotrigine, valproaat in premenopausale
vrouwen
Na een jaar:
 Calcium verlaagd bij oudere middelen
 ‘Bone turnover’ verhoogd bij PHT t.o.v. LTG
 Geen verschillen in vitamine D
Pack et al., 2005
Farmacokinetische veranderingen
-
-
Albumine aanmaak blijft stabiel
Vermindering in afbraak van sommige
geneesmiddelen door verminderde doorstroming
en levermassa (hierdoor ook first pass effect
verminderd)
Nierfunctie neemt af (GFR vermindert)
Mangoni & Jackson, 2005
Verminderde eliminatie
Carbamazepine
25-40%
Fenobarbital
20%
Fenytoine
25%
Gabapentine
30-50%
Lamotrigine
35%
Levetiracetam
20-40%
Oxcarbazepine
25-35%
Topiramaat
20%
Valproaat
40%
Perucca et al, 2006
Meest gebruikte comedicatie bij oudere
patiënten met epilepsie



Statines ( 35%)
Calcium antagonisten ( 35%)
SSRI’s ( 35%)
Gidal et al., 2009
`Oude´ antiepileptica
Werkzaamheid
bij oudere
patiënten
Carbamazepine
Bijwerkingen bij
oudere patiënten
Interacties met
andere
medicijnen
Sufheid,
hyponatriëmie,
huiduitslag,
osteoporose
++
Fenytoïne
?
Sufheid,
coördinatieproblemen,
huiduitslag,
osteoporose
++
Valproaat
+?
Tremor,
osteoporose
+
`Nieuwe´ antiepileptica
Werkzaamheid bij
oudere patiënten
Gabapentine
Bijwerkingen bij
oudere patiënten
Interacties met
andere medicijnen
Moeheid,
gewichtstoename
-
Lamotrigine
+
Inslaapproblemen,
huiduitslag
+
Levetiracetam
+?
Depressie, moeheid
-
Oxcarbazepine
?
Sufheid, huiduitslag,
hyponatriëmie
+
Topiramaat
?
Cognitieve
bijwerkingen,
depressie
Conclusies



Vaak lagere doseringen gebruikt bij oudere
patiënten met epilepsie
Nieuwe antiepileptica kunnen meer effectief
zijn bij oudere patiënten met epilepsie
Bij behandeling ook rekening houden met
etiologie/comorbiditeit
Download