Dagkalender

advertisement
Dagkalender
Nodig om de blaascapaciteit van je kind te bepalen
Voorbeeld:
Dag 1: Dag: Maandag 02/05/13
Tijdstip
Hoeveelheid
gedronken
Soort drank
8u10
100 ml
Melk
8u40
9u10
Volume
urine
Drang
(ja /neen)
Ongelukje
(ja / neen)
140 ml
neen
neen
Stoelgang
Normaal (nr 3)
2
Dag 1 – Dag:
Tijdstip
Hoeveelheid
gedronken
Datum:
Soort drank
Volume
urine
Drang
(ja /neen)
/
/
Ongelukje
(ja / neen)
Stoelgang
3
Dag 2 – Dag:
Tijdstip
Hoeveelheid
gedronken
Datum:
Soort drank
Volume
urine
Drang
(ja /neen)
/
/
Ongelukje
(ja / neen)
Stoelgang
4
Dag 3 – Dag:
Tijdstip
Hoeveelheid
gedronken
Datum:
Soort drank
Volume
urine
Drang
(ja /neen)
/
/
Ongelukje
(ja / neen)
Stoelgang
5
Dag 4 – Dag:
Tijdstip
Hoeveelheid
gedronken
Datum:
Soort drank
Volume
urine
Drang
(ja /neen)
/
/
Ongelukje
(ja / neen)
Stoelgang
6
Nachtkalender
Nodig om de geproduceerde nachtelijke urine van je kind
te bepalen
VOORBEELD: Week 1 – Datum: van 02/05/13 tot 08/05/13
Maandag
Tijdstip slapen
19u15
Tijdstip opstaan
7u00
Droge nacht?
Neen
Natte nacht?
Ja
(A) ’s nachts opstaan
om te plassen?
(noteer volume in ml)
/
(B) Volume plas ’s morgens
in de luier (*)
(C) Volume van de
ochtendplas (ml)
Nachtelijke urineproductie
(A + B + C)
Stoelgang gemaakt?
(overdag of ’s nachts)
Veegje of hoop (stoelgang)
in de broek?
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
100 ml
140 ml
240 ml
Neen
Neen
(*) Volume plas ’s morgens in de luier = Gewicht van de natte luier – gewicht van de droge luier
8
Week 1 – Datum: van
Maandag
Dinsdag
/
/
Woensdag
tot
Donderdag
/
/
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
Tijdstip slapen
Tijdstip opstaan
Droge nacht?
Natte nacht?
(A) ’s nachts opstaan
om te plassen?
(noteer volume in ml)
(B) Volume plas ’s morgens
in de luier
(C) Volume van de
ochtendplas (ml)
Nachtelijke urineproductie
(A + B + C)
Stoelgang gemaakt?
(overdag of ’s nachts)
Veegje of hoop (stoelgang)
in de broek?
9
Week 2 – Datum: van
Maandag
Dinsdag
/
/
Woensdag
tot
Donderdag
/
/
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
Tijdstip slapen
Tijdstip opstaan
Droge nacht?
Natte nacht?
(A) ’s nachts opstaan
om te plassen?
(noteer volume in ml)
(B) Volume plas ’s morgens
in de luier
(C) Volume van de
ochtendplas (ml)
Nachtelijke urineproductie
(A + B + C)
Stoelgang gemaakt?
(overdag of ’s nachts)
Veegje of hoop (stoelgang)
in de broek?
10
Download