Korte Cursus Gedichten Schrijven.pages

advertisement
Korte Cursus Gedichten Schrijven
1.
ASSOCIËREN & TAAL-SPELEN
Oefening 1
•
Schrijf vijf namen op van dieren (b.v. panda, neushoornvogel, kwikstaart, egel,
paard). Elke naam zet je in een aparte kolom.
•
Breng nu de naam van het eerste dier met iets in verband, iets wat dadelijk bij je
opkomt als je dat woord hoort of leest. Zoiets noemen we associëren.
b.v. bij panda (doet me denken aan) knuffelen, zacht, eerlijk, buurman, grote tuin,
populier, witte stam, paal, voetbal.
•
Maak zo'n kettingassociatie voor de andere vier dieren.
Oefening 2
•
Zoek nieuwe dierennamen die je gebruikt voor een klankassociatie. De oefening is
dezelfde als in 1 maar je zoekt nu naar woorden met dezelfde klank. Geleidelijk aan
mag je wel wat wijzigen.
b.v. haas - kaas - laars - baars - baas - snaar - blaar - raar - raad - daad.
Oefening 3
•
Vanuit associaties kan je gaan zoeken naar treffende vergelijkingen. Zo stel je een
dier gelijk met een ding waarmee het volgens jou op een of andere manier iets
gemeen heeft.b.v:
een olifant is net als een bunker
is net als een fanfare
is net als een slinger
...
Oefening 4
Gedichten moeten niet altijd rijmen. Op de vorige bladzijden las je al enkele voorbeelden.
Voor wie rijmen mooi vindt, een oefeningetje:
Geen A zonder B
geen C zonder D
B en D moeten rijmen en beide zinnetjes moeten over een dier handelen.b.v:
Geen arend zonder klauwen
geen kat zonder miauwen.
Oefening 5
Probeer uit het materiaal dat je geschreven hebt inspiratie te zoeken voor een heus gedicht.
1
2.
LIEGEN OM DE WAARHEID TE VERTELLEN...
Oefening 1.
•
Verzamel gevoelswoorden.
Zo verscheiden mogelijk: verward, vredevol, verveeld, bewust, verveeld, voorzichtig,
kwaad, kalm, opgewonden, verwachtingsvol, blij, depressief, ...
Oefening 2.
•
Kies een gevoel uit. Maak zinnen als "Ik voel me zo (gevoel) als .......... ."
Minimum 5 zinnen.
Oefening 3.
•
Ga uit de bol. Lieg. Blaas je gevoel op.
Schrijf vanuit hysterie, extase, zware verliefdheid, een paniekaanval. 'Vergroot' wat je
al op papier had gezet. Behoud de feitelijkheid, versterk alleen de emotionele
waarheid.
Zinnen die kunnen helpen:
Ik voel me zo verward als...
vredevol als...
verveeld als...
Minimum 5 zinnen.
3.
Dagboeken
Oefening 1.
•
Schrijf neer waar je aan denkt als je jezelf afvraagt:
o
Als ik een kleur was, welke kleur zou ik dan zijn ? (alle mogelijkheden)
o
Welke vorm/gedaante zou ik hebben ? (de vleugel van een vliegtuig, een
parallellogram, een diamant... alles is mogelijk)
o
Welke beweging ?
o
Welk geluid ?
o
Welk dier ?
o
Welk liedje ?
o
Welk cijfer ?
o
Welke auto ?
o
Welk meubelstuk ?
o
Welk voedsel ?
o
Welk muziekinstrument ?.
o
Welke plaats/plek ?
o
Welk natuurelement (stof, melkwegstelsel, waterval,...)
o
Welke boomsoort ?
o
Welke angst ?
o
Welk woord zit er verborgen achter mijn ogen ?
2
Oefening 2.
•
Verzamel actiewoorden (doe-woorden): dribbelen, spinnen, verkondigen, lummelen,
friemelen, wegstormen, uitvallen, slokken, verteren, balanceren, waarderen,
liefhebben, herhalen, overhellen, antwoorden...
Oefening 3.
•
Schrijf over jezelf vanuit Ik ben ...
Denk niet teveel na. Probeer beelden te zien. Dagdroom met woorden.
Als je Ik ben-zinnetjes moe bent, gebruik je:
o
Ik zal zijn ...
o
Ik wil zijn ...
o
Vroeger was ik ...
o
Ik ben vergeten ...
o
Ik herinner me ...
Geen schrik hebben om gek te zijn (schrijven), ernstig, wrokkig of overdramatisch
4.
GELIJKENISSEN
Een metafoor is een brug die dingen bijeen brengt.
In het Grieks betekent metaphor letterlijk dragen, overbrengen.
Oefening 1.
•
Neem een voorwerp en denk na waarop het gelijkt. Beschrijf exact wat je ziet.
Oefening 2.
•
Maak zinnen als:
o
Ik zie ...
o
Het gelijkt op ...
Oefening 3.
•
NOEMEN Per twee: Jij-je buur. Kies een goede eigenschap van elkaar en schrijf in
de volgende formule:
ik noem je :
(voorwerp)
omdat (goede
eigenschap)
ik noem je
ik noem je tandem
luchtballon
want je zweeft in de omdat ik goed met
wolken
jou op weg kan.
Werken met woordenlijsten (vervoermiddelen, kledingstukken, hoofddeksels, meubels,
beroepen,...) verkleint de kans op vanzelfsprekendheden (clichés).
Oefening 4.
•
JIJ = VOORWERP Verplaats je in een voorwerp, ding, dier...
3
5.
HET ACROSTICHON
De beginletters van de versregels vormen, van boven naar onder gelezen, de naam van de
auteur of geven het behandelde onderwerp aan.
Enkele voorbeelden verduidelijken allicht het procédé:
SALAMANDER
Aqualander
Levensproever
Als geen ander
Magisch wezen
Aan het water
Nu eens dromer
Dan weer sater
Eigenaardig, bijna mooi
Rappe jager, zachte prooi
6.
Raad
Eens
Inderdaad
Jouw
Naaste
Is
Erik
Reijniers
Saluut
(Erik Reijniers, 14 jaar)
HAIKU
De herfstzon is warm,
als legde mijn dode vriend
zijn hand op mijn rug.
'Gij moet blijven. Ik
moet gaan. Heden is tweemaal
de herfst begonnen.'
(N. Kusatao)
(Buson)
Hierboven vind je twee voorbeelden van een haiku, oorspronkelijk een Japanse dichtvorm.
Een volbloed haiku telt drie versregels van respectievelijk vijf, zeven en vijf lettergrepen,
waarin een afgeronde gedachte tot uitdrukking wordt gebracht. Eenvoudig, erg suggestief,
vaak speels.
De aandacht gaat altijd naar de gewone dingen in de natuur. Daardoor wordt plots een diepe
ervaring beleefd en doorgegeven. Haiku is Zen-poëzie.
In een haiku vinden we die eenheid vaak terug. Een kwetsbaar, uiterst fijngevoelig poëtisch
miniatuurtje verdraagt de schaduw van de eenduidige commentaar niet.
De lengte dwingt de schrijver tot soberheid, het verwoorden van het alleressentieelste.
7.
TAAL VINDT VOORTDUREND UIT
Oefening 1.
•
Ga in één van je schoolboeken op zoek naar moeilijke woorden (terminologie uit de biologie,
economie, wiskunde, muziek, spraakkunst, ...).
Leg een lijst aan. Je houdt je best aan het jargon van één vakgebied.
Oefening 2.
•
Tracht nu een tekst te schrijven met woorden uit de lijst. Kies voor een van de volgende
tekstsoorten: brief, radiomededeling, overlijdensbericht, reclamespot, liefdesbrief,
kattebelletje, mop, raadsel, voorstellingstekst, weerbericht, huwelijksadvertentie, zoekertje,
recept, gebed, proces-verbaal.
4
Download