Vierstappenplan bij het oplossen van een probleem over impuls In de opgave van het NTvN van februari 2011 (77-02) werd gesteld dat een stappenplan kan helpen bij het oplossen van een probleem over impuls of behoud van impuls. Hieronder volgt het stappenplan en een voorbeeldvraag met uitwerking. Om een probleem aan te pakken adviseren wij de volgende stappen te doen: 1) Maak een tekening van de situatie en laat alle impulsvectoren zien. Als het over een dynamisch proces gaat moeten er vectoren aan het begin en aan het eind van het proces getekend worden. Als er meerdere voorwerpen bij betrokken zijn, moeten deze tekeningen voor elke voorwerp gemaakt worden. 2) Laat, als het systeem van voorwerpen niet als een geïsoleerd systeem beschouwd kan worden, ook alle krachten zien die van buitenaf een effect op het systeem hebben. 3) Kies een handig rechthoekig coördinatensysteem en schrijf de wet van behoud van impulsmoment op voor elke as van dit coördinatensysteem. Doe dit voor elk voorwerp. Als het over botsingen gaat is het handig om een rechthoekig assenkruis in te voeren, zodat een as (x-as) loodrecht op het botsingsvlak staat en de andere (yas) parallel eraan 4) Los het systeem van vergelijkingen op. Voorbeeld: Een schaatser staat op een ijsbaan. Hij gooit een voorwerp met massa m=10 kg weg onder hoek α=30 graden. Het voorwerp valt op de ijsbaan op een afstand van l=2.2 m van de worpplek. Wat was de snelheid van de schaatser meteen nadat hij het voorwerp gegooid had? De massa van de schaatser is M= 64 kg. Bewegingen van de schaatser tijdens de worp zijn te verwaarlozen. Oplossing: Als wij de bewegingen van de schaatser tijdens de worp verwaarlozen kunnen wij aannemen dat er geen krachten zijn die van buitenaf op het systeem werken. Daarom kan het systeem voorwerp-schaatser-aarde als geïsoleerd beschouwd worden. Opschrijven van de wet van behoud van impuls per as geeft dan Voor x-as: 0=MV2x-mV1cos(α) Voor y-as: 0=mV1sin(α)-(M+Maarde)V2y (1) (2) We berekenen nu eerst V1 door de afstand l en valversnelling g te gebruiken. Dit geeft l=V12sin(2α)/g. Daarna vinden wij uit vergelijking (1)de snelheid V2x van de schaatser in horizontale richting. Vervolgens volgt uit vergelijking (2) de snelheid V2y. Het is interessant om op te merken dat de snelheid V2y ook een fysische betekenis heeft. Het is de snelheid die de aarde meteen na de worp krijgt. Omdat Maarde veel groter dan m is, wordt V2y heel klein.