Beschrijf het volgende begrip:

Beschrijf: AIDS
Beschrijf: Antistof
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Antilichaam, immunoglobuline , Bcellen, B-lymfocyten, plasmacellen
Beschrijf:
Commensaal
Bescrijf: Cellulaire immuniteit
Beschrijf:
Chemotaxis
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Fagocyt, signaalstoffen
Beschrijf:
Donorcodicil
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Bacterie, Darm, Huid
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
T-cellen, T-lymfocyten, Cytotoxische
T-cellen
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Organen, Transplantatie, Donor
Beschrijf: Auto-immuunziekte
Beschrijf: Celreceptoren
Beschrijf: Cytokinen
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Ziekte, suikerziekte, reuma,
antistoffen, cellen
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Celmembraan, herkenning, T-celreceptor
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Lymfocyten, signaalstoffen, B-cellen,
T-cellen
Beschrijf:
Epidemie
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Ziekte, Besmettelijk
Beschrijf: Fagocytose
Beschrijf: HLA
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
MHC, Cytotoxische T-cellen
Beschrijf:
Humorale immuniteit
Beschrijf:
Klonale selectie
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
B-cellen, B-lymfocyten
Beschrijf: Leukocyt
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Ziekteverwekkers, Virus, Bacterie,
Granulocyten, Macrofagen
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
B-cellen, B-lymfocyten, Antifstoffen
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Witte bloedcellen, macrofagen,
granulocyten, monocyten,
lymfocyten
Beschrijf: Geheugen-B-cellen
Beschrijf: Incubatietijd
Beschrijf: Mestcel
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
B-cellen, B-lymfocyten
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Ziekte, Tijd, Ziekteverschijselen,
Besmetting
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Allergie, allergenen, allergische
reactie, antistoffen, IgE
Beschrijf:
MHC-resctrictie
Beschrijf:
Opportunistische infectie
Beschrijf:
Resusnegatief
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
MHC, HLA
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Afweersysteem, Infectie, Ontsteking,
HIV/AIDS, Immuunsysteem
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Bloedcellen, Resus, Antistof
Beschrijf:
Monoklonale antistoffen
Beschrijf:
Permeabiliteit
Beschrijf:
Specifieke afweer
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
B-cellen, Antistof
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Bloedvat, Doorlaatbaarheid, Cel,
Witte Bloedlichaampjes
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Derde afweerlinie, Afweer, B-cellen,
T-cellen
Beschrijf:
Ontstekingsreactie
Beschrijf:
Primaire immuunreactie
Beschrijf:
Xenotransplantatie
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Fagocyten, Macrofagen,
Granulocyten, Beschadiging, Huid
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Eerste, Besmetting,
Ziekteverwekker, Virus, Bacterie
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Transplanteren, Transplantatie,
Orgaan, Dierlijk, Dieren
Beschrijf:
Helper-T-cel
Beschrijf:
Voedselvacuole
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
B-lymfocyten, T-lymfocyten,
Leukocyten, Witte bloedcellen,
Cellen
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Fagosoom, Fagocyt, Macrofaag,
Granulocyt
Beschrijf: Vaccin
Beschrijf: Enzymen
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Vaccinatie, Ziekteverwekker, Virus,
Bacterie, Infectie, Immuniteit,
Immuun
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Eiwit, Reactie, Versnellen
Beschrijf:
Hemolyse
Gebruik daarbij niet de volgende
woorden:
Rode bloedcellen, Kapot