Hoofdstuk1

Hoofdstuk1
Kennis maken
met
biologie
Kennis maken met
biologie
1.2
Een zelfportret
1.2
Een zelfportret
Waarnemen:
informatie
uit de omgeving
krijgen
Doe je met:
Ogen, neus, oren, tong huid
Ogen, neus, oren, tong
huid
Organen
Buitenkant
Ze
heten:
Zintuigen
van je lichaam
Waarnemingen
 Kun
je vastleggen
 Kun je doen door:
 beschrijven
 tekenen
natuurgetrouw
schematisch
Tekening
Natuurgetrouw
alle
details
verschil tussen
individuen
Tekening
Schematisch
belangrijkste
onderdelen
geen verschil tussen
individuen
Tekenregels
met potlood
2. grote tekening
3. teken wat je ziet
4. rechts ruimte voor namen
5. maak eerst schets
1.
Tekenregels





6. controleer vorm en grootte
7. dikke strakke lijnen
8. schrijf naam onderdelen
trek dikke lijn (horizontaal)
9. naam van de tekening
Tekenregels
10.Je
eigen naam
11.datum
12.eventueel vergroting
Eikenblad
bladsteel
bladrand
bladmoes
bladschijf
zijnerf
hoofdner
f
Indelen in groepen
Nodig zijn
eigenschappen
 Je let op
overeenkomsten
 En op verschillen

Verdieping
Gewervelde dieren
Dieren met een
ruggengraat:
Gewervelde dieren
1.
2.
3.
vissen
amfibieën
reptielen
4.
5.
vogels
Zoogdieren
Vis
huid met schubben
 ademt met kieuw
 koudbloedig
 jongen uit ei

Amfibie




huid met slijm
ademt met long en kieuw
koudbloedig
jongen uit ei
Reptiel
 huid met schubben
 ademt met longen
 koudbloedig
 jongen uit ei
Vogel
huid met veren
 ademt met longen
 warmbloedig
 jongen uit ei

Zoogdier
huid met haren
 ademt met longen
 warmbloedig
 levendbarend
