HOOFDSTUK 5 Les 6: Markten Start met het nakijken van oefenopgave 13+14 uit het stencil. Doe dit netjes en nauwkeurig! Oefenopgave 13 Opgave 10 Opgave 11 Opgave 12 Qa = Qv 1,5p – 200 = -2,5p +700 4P = 900 P = 225 dollarcenten Qa = Qv 15p – 9 = –10p + 16 25P = 725 P = 1 euro Qa = Qv 2P – 4 = -2P + 20 4P = 24 P = 6 euro Evenwichtshoeveelheid: Qa = 1,5 * 180 – 20 = 250 Qv =-2,5 * 180 + 700 = 250 Dus 250.000 kg koffie Evenwichtshoeveelheid: Qa = 15 * 1 – 9 = 6 Qv = -10 * 1 + 16 = 6 Dus 6 miljoen pakken Evenwichtshoeveelheid: Qa = 2 * 6 – 4 = 8 Qv = -2 * 6 + 20 = 8 Dus 8.000 stuks Oefenopgave 14 QV: -15P + 6.000 P = 0 -> Q = 6.000 Q = 0 -> P = 6.000 / 15 = 400 Qa: 15P - 900 Q = 0 -> P = 900 / 15 = 60 P = 200 -> Q = 2.100 Prijselasticiteit Prijselasticiteit Als de prijs verandert, verandert ook vaak de vraag naar een product. Bij het ene product verandert de vraag meer dan bij het andere. De komende lessen gaan we kijken hoe erg de vraag verandert, als de prijs van een product verandert. Prijselasticiteit Wat gebeurt er met de vraag naar deze goederen als de prijs verlaagd wordt? Prijselasticiteit Hoe “elastisch” is de vraag als de prijs veranderd? Dus…hoeveel verandert de vraag als de prijs verandert. Als de prijs verandert, verandert de vraag mee. Hoe rekenen we procentuele verandering uit? (Nieuw-Oud) x 100% Oud Prijselasticiteit HARRY POTTER Formule om de prijselasticiteit uit te rekenen: Procentuele verandering Qv, vraag (Gevolg) Procentuele verandering P, prijs (Oorzaak) H (n – o) x 100% o P (n – o) x 100% o 𝚫%𝑸𝒗 𝚫%𝑷 TIP! Hoe onthoud ik wat ik door wat moet delen? - Harry Potter Harry / Potter Hoeveelheid / Prijs 𝚫 = 𝒅𝒆𝒍𝒕𝒂 = 𝒗𝒆𝒓𝒔𝒄𝒉𝒊𝒍 Maak oefenopgave 15 in het stencil Prijselasticiteit ∆% 𝐺𝑒𝑣𝑟𝑎𝑎𝑔𝑑𝑒 ℎ𝑜𝑒𝑣𝑒𝑒𝑙ℎ𝑒𝑖𝑑 (400 – 500) * 100% = -20% 500 ∆% 𝑃𝑟𝑖𝑗𝑠 (5 – 4) * 100% = +25% 4 Elasticiteit: Δ%𝑄𝑣 −20 Ev = Δ%𝑃 = +25 = -0,8 De prijs stijgt van €4,- naar €5,De vraag daalt van 500 naar 400. Bereken de prijselasticiteit. Wat betekent dit antwoord nu? Als de prijs met 1% stijgt, dan daalt de gevraagde hoeveelheid met 0,8% Bij een prijselasticiteit heb je altijd 1 positief getal en 1 negatief getal. Het antwoord is altijd negatief! Want: Prijs stijgt Vraag daalt Prijs daalt Vraag stijgt Prijselasticiteit Prijselasticiteit Betekenis Voorbeeldproduct 0 (Volkomen inelastisch) Als de prijs verandert, dan verandert er niets in de vraag. BESTAAT NIET Tussen de -1 en 0 (Inelastisch) Als de prijs verandert, dan verandert de vraag een beetje. Brood (Noodzakelijke goederen) Kleiner dan -1 Dus -2,-3 etc. (Elastisch) Als de prijs verandert, dan verandert de vraag heel veel. IPad (Luxe goederen) Maak: Opgave 6 (Blz. 109: € 200,- is oud, € 100,- is nieuw) Opgave R4 (blz. 126) Opgave H21(Blz. 124)