Hoofdstuk 6 6.2 De aarde en het heelal Indeling van de les: • • • • • • Herhaling vorige les Woordspin Behandelen paragraaf 6.2 Het huiswerk Extra filmpjes De afsluiting Kennen & kunnen • Aan het einde van de les ken en kun je: • De planeten • Ontstaan van de aarde • De beweging van de aarde • Het zonnestelsel Wat hebben we de vorige les behandeld? Woordspin ‘De aarde en het heelal’ Paragraaf 2 ‘De aarde en het heelal’ • In het heelal zijn veel zonnestelsels. • Het heelal: De ruimte, zonnestelsels, melkwegstelsel = een grote verzameling van sterren. Zonnestelsel: één centrale ster (=zon), eromheen draaiende planeten en manen. Welke twee bewegingen maakt de aarde? • De aarde draait: - in één jaar rond de zon; hierdoor ontstaan jaargetijden (seizoenen) - in 24 uur om haar eigen as; hierdoor ontstaat dag en nacht. • De maan draait in ongeveer vier weken om de aarde. Het ontstaan van de aarde • De aarde is ontstaan door een oerknal • ´Big bang´ • Ook is het heelal hierdoor ontstaan Binnenkant van de aarde Planeten Ezelsbruggetje planeten • • • • • • • • Maak Van Acht Meter Japanse Stof Uw Nachtjapon Mercurius Venus Aarde Mars Jupiter Saturnus Uranus Neptunus De opdracht Verhaal schrijven over het ontstaan van de aarde in je schrift. • Hoe is volgens jou de aarde ontstaan? • Waar geloof jij in? • Hoe is de eerste mens op de aarde gekomen? Maak ook een bijpassende tekening van jouw verhaal. De afsluiting • Vragen? • Opruimen