Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2008-I havovwo.nl Twee gelijkzijdige driehoeken 19. Gegeven: twee gelijkzijdige driehoeken met gemeenschappelijk punt B. Te bewijzen: AE = CD Bewijs: De hoeken van de driehoeken ABC en BDE zijn alle 60o (gelijkzijdige driehoeken) p ABE = p DBE + p ABD = 60o + p ABD p CBD = p ABC + p ABD = 60 + p ABD o p ABE = p CBD BE = BD (gelijkzijdige driehoek) AB = BC (gelijkzijdige driehoek) * * / * * * / * p ABE = p CBD ) ABE - ) CBD (ZHZ) Dus AE = CD 20. Gegeven: twee gelijkzijdige driehoeken ABC en BDE met hun omschreven cirkels die de punten B en S gemeenschappelijk hebben Te bewijzen: p ASE = 180o Bewijs: ASBC is een koordenvierhoek. (alle hoekpunten liggen op dezelfde cirkel) p ACB + p ASB = 180o (koordenvierhoekstelling) p ASB = 180o – 60o = 120o p BSE = p BDE = 60o (stelling van de constante hoek) p ASE = p ASB + p BSE = 120o + 60o = 180o Dus pASE is een gestrekte hoek. ▬ www.havovwo.nl www.examen-cd.nl ▬