VOORBEELDEN

nederlands
vertaling
verbeterd
De jongen * La garçon
Het meisje
Het huis
Blauw
Het boek
2e vertaling
Le garçon
La fille
*
La maizon
maison
La maison
Le
Le livre
bleu
* livre
3e vertaling
Weetwoorden:
 vertaal eerst het woord en dan:
 Mannen: le garçon (de jongen)
 Beroepen: le vendeur (de verkoper)
 Dieren: le chat (de kater)

Andere woorden uit je hoofd leren!
 Le livre (het boek) leerwoord

Weetwoorden:
 Vertaal:
 La femme (de vrouw)
 La vendeuse (de verkoopster)
 La chatte (de vrouwelijke kat)
 Leerwoord:
 La maison (het huis)
 La chaise (de stoel)

Voor alle mannelijke en vrouwelijke
woorden die beginnen met een stomme
h of een klinker!
 L’ami (de vriend) m
 L’amie (de vriendin) v
 L’homme (de man) spreekt de h niet uit
 L’article (het artikel) m

Alle la, le, l’-woorden worden les!
 L’homme wordt les hommes
 La femme wordt les femmes
 Le garçon wordt les garçons.

Der Mann
Die Frau
Der – woorden:
Regels:
 Man
 Beroep
 Dier
VOORBEELDEN:
• Der Mann, Der Vater, Der Sohn
• Der Lehrer, Der Arzt, Der Chef
• Der Stier, Der Hund, Der Kater
Das Haus
Persoon
 Beroep
 Dier

die Frau, die Tante
Die Lehrerin, Die Arztin
Die Katze, Die Kuh
Woorden eindingen op een E!
 Die Klasse, Die Schule
 die niet een man, mannelijk beroep of
dier (Der Junge, Der Russe).

Woorden in het Nederlands het voor
zetten.
 Das Haus, Das Glas, Das Wasser
 Verkleinwoorden (je) op chen en lein
 Das Mädchen, das Buchlein.
 Het meisje, het boekje
