Natura 2000 - Kop van Schouwen

advertisement
Natura 2000 - Kop van Schouwen
Voor Mens en Natuur
De Kop van Schouwen maakt deel uit van het Europese netwerk van waardevolle natuurgebieden: Natura
2000. In Nederland zijn 162 gebieden aangewezen als Natura 2000-gebied. Daarvan liggen er 15 in
Zeeland. De Kop van Schouwen is rijk aan bijzondere natuur, waar jaarlijks duizenden recreërende mensen van genieten. Het duingebied krijgt al jarenlang bescherming. In 1978 is het gebied aangemerkt als
Beschermd Natuurmonument en in 1988 als Staatsnatuurmonument. Sindsdien valt het onder de
Natuurbeschermingswet.
In het kader van Natura 2000 stelt de Provincie Zeeland een beheerplan op voor de Kop van Schouwen op.
Samen met alle betrokken in en om het gebied bekijkt ze welke maatregelen nodig zijn om de unieke
natuurwaarden blijvend te beschermen.
Kenmerken van het gebied
De Kop van Schouwen is een groot en afwisselend duingebied bij Burgh-Haamstede aan de westkant van
Schouwen-Duiveland. Op korte afstand van elkaar komen meerdere landschappen voor: duinen, stranden,
(cultuur)graslanden, bossen en duinplassen. Deze landschappen zijn het resultaat van de natuurkrachten:
zee, wind en water en, in mindere mate, ook van inrichting en beheer door mensen.
Begrenzing van het Natura 2000-gebied
Meer informatie over de Natura 2000-beheerplannen is te vinden op www.zeeland.nl/natura2000
Natura 2000 - Kop van Schouwen
Het gebied is vooral bijzonder omdat er
‘wandelende’ duinen voorkomen. Dat
betekent dat de duinen zich nog steeds
ontwikkelen en de natuur hier in belangrijke bepaalt hoe het landschap eruit
ziet. De duinen vernieuwen zich onder
invloed van de wind als het ware steeds.
Hierdoor kunnen jonge en oude levensgemeenschappen naast elkaar voortbestaan.
De duinen worden in de Kop van
Schouwen afgewisseld met bijzondere
duingraslanden, vochtige duinvalleien en
duindoornstruwelen waar veel plantensoorten voorkomen. In het oosten liggen
vlakke ‘vroongronden’: soortenrijke
graslanden die de mens eeuwenlang
gebruikte om vee te weiden.
Het afwisselende landschap is een
belangrijk leefgebied voor veel beschermde soorten, zoals de rugstreeppad, de levendbarende hagedis en de
gevlekte witsnuitlibel, maar ook de blauwe zeedistel, de roodborsttapuit en de
havik. De natte duingedeelten vormen
het leefgebied voor de noordse woelmuis.
Doelstellingen
Voor de bescherming van het kenmerkende landschap en de natuurwaarden
van de Kop van Schouwen, heeft het
ministerie van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie in het ontwerpaanwijzingsbesluit van januari 2007 een
aantal doelen geformuleerd:
Het behoud van het oppervlak en de
De noordse woelmuis
De noordse woelmuis leeft in moerassige gebieden en drassige graslanden.
Zijn voedsel bestaat uit rietspruiten,
biezen en (schijn)grassen. In de winter
vult hij dat aan met schors, zaden en
wortels, in de zomer met kruiden.
Gedurende de wintermaanden, als het
natter wordt, zoeken de muizen de
drogere delen in de omgeving op. In de
loop van het voorjaar vertrekken ze
langzaamaan weer naar de nattere
gebieden. De noordse woelmuis ondervindt tijdens zijn verblijf in de
drogere gebieden zoals wegbermen en dijktaluds, veel concurrentie van
andere woelmuissoorten, zoals de veldmuis.
kwaliteit van de volgende leefgebieden
(habitattypen):
• jonge duinen bij het Verklikkerstrand,
• stuivende helmduinen (‘witte duinen’),
• vastgelegde kustduinen met kruidvegetatie (‘grijze duinen’),
• oude ontkalkte duinen met duinheiden (struikheide),
• duinen met duindoornstruwelen,
• duinen met kruipwilgstruwelen,
• vochtige en droge duinbossen, en de
stinzenbossen in de binnenduinrand,
• alle typen vochtige duinvalleien,
• blauwgraslanden in de vroonlanden.
Het behoud van de aantallen en de kwaliteit van het leefgebied van drie diersoorten:
• nauwe korfslak
• noordse woelmuis (voor deze soort
moet ook de kwaliteit van het leefgebied verbeterd worden)
• groenknolorchis
Het opstellen van het beheerplan
De Provincie Zeeland stelt voor zeven
Zeeuwse Natura 2000-gebieden een
beheerplan op. De andere gebieden vallen onder de verantwoordelijkheid van
Rijkswaterstaat. In een beheerplan komt
te staan welke doelen bereikt moeten
worden en op welke manier. Het is daarmee een handleiding voor het toekomstige beheer van het gebied.
Bij de bescherming van de natuur worden ook andere maatschappelijke en
economische belangen meegewogen.
Om die goed in beeld te brengen raadpleegt de Provincie Zeeland alle belanghebbenden bij het opstellen van het
beheerplan. Dit gebeurt via een klankbordgroep en tijdens informatiebijeenkomsten voor omwonenden en andere
geïnteresseerden.
De basis van het beheerplan is het aanwijzingsbesluit. In dit besluit heeft het
ministerie van Economische Zaken,
Landbouw en Innovatie de grenzen van
het gebied vastgesteld en doelstellingen
geformuleerd voor het behoud en de
ontwikkeling van de natuur. In januari
2007 of januari 2008 kon op het ontwerp-
2
Voor Mens en Natuur
ren, Gemeente Schouwen-Duiveland
en waterschap Scheldestromen en de
wetenschap een belangrijke inhoudelijke bijdrage leveren.
De projectgroep overlegt regelmatig met
een klankbordgroep. Daarin zitten particuliere grondeigenaren, ondernemers
en organisaties op het gebied van landbouw, recreatie en toerisme en natuur
en milieu. De leden van de klankbordgroep leveren een inhoudelijke bijdrage
en bespreken de eerste versies van het
beheerplan.
Voor omwonenden en andere belangstellenden is er een informatieavond
geweest in de aanloop naar het conceptbeheerplan.
aanwijzingsbesluit worden ingesproken.
Alle reacties worden verwerkt in het definitieve aanwijzingsbesluit. Na het definitieve aanwijzingsbesluit wordt het beheerplan afgerond.
Organisatie
Een projectgroep stelt het beheerplan
op, waarbij de diverse beheerders
Staatsbosbeheer, Vereniging Natuurmonumenten, particuliere grondeigena-
Het bevoegd gezag legt de eindversie van
dit beheerplan als ontwer-beheerplan
ter inzage. Iedereen kan dan op het plan
inspreken. Daarvoor wordt een inspraakbijeenkomst georganiseerd.
De uitwerking van de doelstellingen in
een beheerplan gaat in een aantal stappen. Die komen in grote lijnen overeen
met de hoofdstukken van het uiteindelijke plan.
1. Inventarisatie van de huidige stand
van zaken
Waar liggen de genoemde leefgebieden (habitattypen)? Welke bodemtypen komen voor? Hoe zit de waterhuishouding in elkaar?
2. Vergelijking van de stand van zaken
met de doelstellingen
Welke plaatsen bieden de beste
omstandigheden voor behoud en
ontwikkeling van de gewenste
natuurwaarden?
3. Inventarisatie van het huidige gebruik
Welke partijen gebruiken het gebied
en op welke manier? Welk effect
heeft dit op de natuurwaarden?
4. Formuleren van maatregelen
Welke mogelijke maatregelen zijn er
om de doelen te halen? Welke kiezen we? Hoe stemmen we de verschillende maatregelen op elkaar
af?
Succesvolle herstelprojecten
In de natte lage delen van de vroongronden stonden in de eerste helft van
de 20ste eeuw nog heel veel soorten planten. Door de daling van de
grondwaterstand (door landbouw, drinkwatervoorziening en bewoning)
zijn de valleien echter sterk verdroogd en op veel plaatsen verruigd. De
laatste jaren zijn met succes enkele herstelprojecten uitgevoerd door
verdroogde duinvalleien uit te graven. Zeldzame soorten als oeverkruid,
stijve moerasweegbree, parnassia en dwergbloem hebben zich zo weer
sterk uit kunnen breiden.
Dit is een uitgave van Directie Infrastructuur en Vervoer
3
Natura 2000 - Kop van Schouwen
Samenstelling klankbordgroep
•
•
•
•
•
•
Provincie Zeeland
de gemeenten Schouwen-Duiveland
Waterschap Scheldestromen
Kamer van Koophandel
Recron
ANWB
•
•
•
•
•
•
Horeca Nederland
ZLTO
Stichting Het Zeeuwse Landschap
Vogelbescherming Nederland
Zeeuws Particulier Grondbezit
Stichting Duinbehoud
COLOFON
Uitgave
Provincie Zeeland
‘
Het Natura 2000-netwerk omvat alle Europese gebieden die bescherming krijgen in het kader
van de internationale Vogelrichtlijn en/of Habitatrichtlijn. Dat geldt ook voor de ‘Kop van
Schouwen’. De doelen van deze richtlijnen zijn opgenomen in de Natura 2000-doelstellingen.
Kop van Schouwen’ is sinds 1978 een Beschermd Natuurmonument en sinds 1988 een
Staatnatuurmonument. De doelen die daaraan verbonden waren blijven bestaan en worden in het
beheerplan nader uitgewerkt.
Tekst
Communicatiebureau
de Lynx
Fotografie
R. van Biesbergen,
Mugmedia
Sandra Dobbelaar
(Noordse woelmuis)
Meer informatie
Over het proces en planning van het beheerplan: www.zeeland.nl/natura2000.
Over Natura 2000: www.natura2000.nl
U kunt ook contact opnemen met projectleider van de Provincie M. Kuzee,
telefoon: 0118-631989, e-mail: [email protected]
Eindredactie
Provincie Zeeland,
Afdeling Communicatie
Prepress en Print
Provincie Zeeland,
Afdeling I&D
Februari 2011
4
Download