1.5 Protocol decubituspreventie Decubitus is de beschadiging van weefsel die tot stand komt onder invloed van hierop inwerkende druk- en/of schuifkrachten. Decubituspreventie is een taak van de thuiszorgmedewerker. Als vrijwilliger is het goed om onderstaande informatie door te nemen, om te begrijpen waarom de verpleegkundige bepaalde handelingen verricht. De vrijwilliger kan erop letten dat de gast niet voortdurend onderuit zakt. Ook is het van belang om een gast met (dreigende) decubitus altijd met twee personen te helpen zodat er kan worden getild in plaats van te moeten schuiven over de stoel of het bed. Probeer bij de verzorging te voorkomen dat de gast op plooien van het bedlaken of de pyjama komt te liggen. De thuiszorgmedewerker zal hiertoe instructies geven. ACHTERGRONDINFORMATIE DECUBITUS Verschijnselen Stadium 1 roodheid, cyanose (blauwverkleuring) niet wegdrukbaar. Stadium 2 blaarvorming, ontvelling Stadium 3 oppervlakkige wond Stadium 4 diepe wond Er kan pusvorming, necrose (weefsel versterf) en pijn optreden. Preventieve maatregelen Gast en familie informeren Goed matras Wisselen van houding, om de twee à drie uur Huidinspectie Gast niet onderuit laten zakken, ondersteun de houding in bed/stoel met kussens Til de gast op i.p.v. verslepen (slepen geeft wrijving) Dagelijks onderlaken en kleding verschonen, badstofsokken dragen. Goede huidverzorging, wassen met ongeparfumeerde vette zeep en verzorgen met ongeparfumeerde bodylotion. Bij incontinentie de huid beschermen met een barrièrecrème, kloppend aanbrengen. Drukplaatsen regelmatig palperen (opkloppen), eventueel met calendula emulsie. ONJUISTE MAATREGELEN Inpakken van hielen en ellebogen met vette watten, vette watten worden hard en er is onvoldoende huidinspectie. Wrijven, stevig wrijven kan slecht doorbloed weefsel beschadigen. Synthetische schapenvacht. IJzen en föhnen, maakt huid week. Celstofmatjes plooien en geeft wrijving, maken de huid warm, vochtig en week. Plastic luchtmatras, maakt de huid warm, vochtig en week. 1.5 Protocol decubituspreventie April 2014 Pagina 1.5.1 Handboek Hospices Drenthe