Blok 1, les 1 Blok 1, les 5 Blok 1, les 9 Blok 2, les 1 Blok 2, les 5 Blok 2, les 9 de haas boos het bos waar de peen maar leeg de kip wat haar keek nam uitbreidingswoorden de neef de kus laat het mes de roos ik lig de mees de mat het jaar dun hoog dik de poes Gijs het huis zoek moet het voer hij niet de tuin de kier, doet de neus uitbreidingswoorden de ui de kuif ik roer de deuk jou ik bouw het lijf diep leuk toen de pijl de kuit de slak als voelt zegt niks naast maakt vaart haalt staat de kant zwem uitbreidingswoorden het stuur de mens het glas de buurt slim hij leest de brief hij liegt ik klap soms klaar de laars de staart vraagt brult knort de knots trekt de frons drumt, steekt prikt proest stopt uitbreidingswoorden de krans trots de broers hij zwijgt de plant hij gromt de prins hij klikt hij klapt de flits hij grijpt hij steunt de wolf erg warm de wolk de melk de berk help de slurf, de hoorn de jurk welk durf uitbreidingswoorden het park de valk ik hurk de worp de kerk ik zorg de palm elf het kalf de storm de harp de zwerm de struik eerst de worst straks de stroop de korst barst poetst, de borst strak werpt, de straat uitbreidingswoorden ik streel hij hurkt de strook hij poetst de spreuk laagst ik sprint de komst ik strek de koorts Blok 3, les 1 Blok 3, les 5 Blok 3, les 9 Blok 4, les 1 Blok 4, les 5 Blok 4, les 9 de schroef de schep de schat de schelp de scherf de schaal schrikt de schram, scherp schopt schrijf de schurk uitbreidingswoorden het schip ik schrijf de schuur schriel schuin het schroot ik schiet ik schroom de schoen hij schroeft ik schuil schril de slang klinkt langs de plank de ring het ding lang slank de tong bang, de bink spring de fiets sip het zand zwart stoer viel vuil de zeep de spons de zoen zegt fris het stripboek het tuinhek het schrijfschrift erbij de zeeman, de schatkist schatrijk de ooglap de zuurstok de lolbroek de grapjas, de pestkop de geit de prei het plein de kei de eik de reis de trein het zeil klein, zei de teil het ei de haai foei de kraai loeit kraait de boei waait gooit oei mooi, strooi knoei ik zing ik drink eng hij denkt jong het stinkt het kreng de bank hij springt de inkt ik vang de stank de fles slim het feest de smoes de fluit de stoel ik vang de zwaan de vlag zuur de verf de zon de rugzak de bloemknop de gangkast de leeslamp de koelkast de stoelpoot de spuitbus de deurmat de verfpot de buikpijn de fietspomp de knipoog de dweil de sneltrein het eiwit het eigeel de hei de zeis de sprei steil ik brei het peil de treinreis het sein de aai de fooi taai de zooi ik graai de bloei ik zaai ik roei hij stoeit hij sproeit de prooi de snoeischaar Blok 5, les 1 Blok 5, les 5 Blok 5, les 9 Blok 6, les 1 Blok 6, les 5 Blok 6, les 9 de beer de keer zeer eerst door de scheur speur het spoor de geur hoort, scheer weer uitbreidingswoorden de smeerpoets de oorpijn hij leert de spoortrein de weerman ik leur de deurmat het kleurboek doorgaan de zeurkous de hooikoorts de smeerkaas de eend vreemd de hand dood het brood de hond wild het zand goed altijd rood het hoofd het muisje de hapjes het uitje het staartje de oogjes het liedje het stukje de tandjes het beestje het feestje het blokje het raampje zwarte de mieren werken ieder het voedsel de ander kleine ruiken, proeven de voelsprieten zoete, de dingen het gebak de verjaardag het bezoek verveelt gewoon gemaakt, bedenkt bedien bedoel verrast begin gezond de meeuw de sneeuw ruw de duw schreeuwt uw nieuw het nieuws, de kieuw sluw de geeuw, de spreeuw het beeld de speld ik bind de tand ik braad de vriend de maand luid hard de wond glad het zaad het armpje het meertje het foutje het naaldje het hoedje het pootje het hoofdje het randje het kistje het schaaltje het klepje het zaadje de sleutel stiekem de spiegel de bliksem de winkel de bloesem de dokter enge honger mooie donker lange het geluk het verhaal het geweer hij versiert het geheim hij bedankt het gezin hij bekijkt ik verdien bezet ik verdwijn ik bewaar de leeuw de kieuwen de eeuw sneeuwen ik spuw de leeuwin hij spuwt het geschreeuw schuwe ik gruw sluwe het kluwen Blok 7, les 1 Blok 7, les 5 Blok 7, les 9 Blok 8, les 1 Blok 8, les 5 Blok 8, les 9 de specht de lucht pracht lacht echt de bocht de vlucht het licht recht, de vrucht de kracht zacht uitbreidingswoorden de rondvlucht ik mocht de aandacht het zwaailicht het zicht hij bracht de pracht de nicht de vracht hij kucht ik vlecht hij wacht de pauw gauw wauw blauw klautert de klauw benauwd flauw grauw, de saus het applaus de snauw de molen de vader de haven de ogen de boten eten grote de stenen, het koren lopen slapen dromen zich lachen de pech kuchen de richel juichen toch giechelen, de bochel de kachel de glimlach de lach de panda de opa de metro zodra hoera ja zo ga de foto nu de vla hierna het water de zee de schepen daarmee de foto de heimwee hele, de opa de vader de muziek leven mee ik kauw de auteur de dauw de fraude rauw herkauwen de kauw knauwen de knauw de laurier de paus grauw de muziek de tegel de egel de uren de paling de schaduw de stekel totaal het hotel de scholen de vogel de studie het jochie ik huichel ik poch de lachbui het chloor het archief de lachfilm de pechlamp ik goochel k rochel daarna de auto het tempo de demo ziezo de paraplu de vla de pasfoto de kano de papa de aula het drama de avond het humeur het moment de hobo de olie de zee enorm de trofee helaas het gala het lokaal de slee