Opdrachtenmap vakdidactiek geschiedenis 1 Lector: Jan Van Schaftingen Sonny Coddens-Cornelis 1 OSO 12 Pagina 1 Groep: A. Inhoud Opdracht 1/1 4 Opdracht 1/2 5 Opdracht 1/3 6 Opdracht 1/4 7 Opdracht 1/5 8 Opdracht 1/6 9 Opdracht 1/7 10 Opdracht 2/1 11 Opdracht 2/2 12 Opdracht 2/3 13 Opdracht 2/4 14 Opdracht 2/5 15 Opdracht 2/7 16 Opdracht 2/8 17 Opdracht 2/9 18 Opdracht 2/10 19 Opdracht 2/13 20 Opdracht2/14. 21 Opdracht 2/16 22 Opdracht 2/17 23 Opdracht 2/19 27 Opdracht 2/21 28 Opdracht 2/22 29 Opdracht 2/23 30 Opdracht 2/24 31 Opdracht 2/25 32 Opdracht 1 33 Opdracht 2 34 Opdracht 3 35 Opdracht 4 35 Opdracht 5 36 Opdracht 6 36 Opdracht 7. 36 2 33 Pagina Internetopdracht. Internetopdracht, normantwoorden met de hand ingevuld. 37 Opdracht 1 37 Opdracht 2 38 Opdracht 3 39 Opdracht 4 39 Opdracht 5 40 Opdracht 6 40 Opdracht 7. 40 Opdracht2/26 41 Opdracht 2/28 42 Iets over Xenophon. 44 Iets over Solon. 46 Mijn brontekst. 47 Stap 1 47 Moeilijkheden 47 Leerinhouden 47 Kernvraag 47 Ordenen 47 Stap 2 47 Translatie 47 Interpretatie 48 Toepassen historische kritiek 48 De creatieve toer op: 48 Actualiteitsextra 49 Opdracht 2/29 52 Prent. 54 Stap 1. 54 Kernvraag: 54 Context: 54 Stap 2. 55 De creatieve toer op: 58 Opdracht 3/3 61 3 58 Opdracht 3/7 62 Pagina Naar verder in de les toe: Opdracht 1/1 Geef voor elk van de opgesomde rubrieken een paar voorbeelden en geef aan hoe je zelf in de voorbije manden met dergelijke vormen van geschiedenis in contact kwam. Verzamel in de loop van het jaar interessante aankondigingen van dergelijke nieuwe activiteiten. Historische computergames. o Age op Empire, Spore. Historische strips, tekenfilms. o Papyrus, Asterix Historische boeken en tijdschriften. o European history for dummies. Historische verenigingen en lezingen. 4 Historische roman, jeugd- en kinderboeken. o De stam van de holebeer. Historische films, series. o De serie Rome, de film der Untergang. Historische documentaires. o INFAMOUS ASSASSINATIONS op Canvas. Historische vragen in quizzen. o Vragen uit de canvascrack. Historische sites, open monumentendag, erfgoeddag. Pagina Opdracht 1/2 Illustreer elk van de vier definities met een eigen voorbeeld. Zoek ook telkens een voorbeeld in Historia 2. Pagina 5 Geschiedenis. 1. Wat gebeurd is => voorval, gebeurtenis, …. - Eigen voorbeeld: deze ochtend stond ik op. - Vb Historia 2: p14 Document 3: Troy is gebaseerd op de Ilias van Homerus. 2. Verhaal van iets dat gebeurd is. - Eigen voorbeeld: vorig jaar met kerst vertelde mijn oom over een voorval bij hem op het werk. - Vb Historia 2: p15 Document 9: de Grieken verspreiden de teelt via olijven en wijn over heel het Middellandse Zeegebied. 3. Het geheel van kennis en het geregeld verhaal van hetgeen in vroeger tijd is gebeurd. - Eigen voorbeeld: Walking met Caveman gaat over hoe de eerst mensachtigen zouden geleefd hebben. - Vb Historia 2: p69 document 5 4. Wetenschap die het verleden bestudeert aan de hand van geschreven bronnen => geschiedkunde. - Eigen voorbeeld: In “ An european history for dummies” geeft men een overzicht van alle belangrijke oorlogen in Europa. - Vb Historia 2: p68 document 2 Opdracht 1/3 Informatie over archeologische vondsten in Vlaanderen kan je opzoeken in de Centrale Archeologische Inventaris ( http://cai.erfgoed.net/; zie onder ‘Publiek’). Ga na welke archeologische vondsten er in de omgeving van jouw woonplaats gedaan zijn (VD1: prehistorie en oudheid). Specificeer de periode waaruit de vondsten stammen en de aard er van. Aard van de vondst. Urnenveld Crematiegraf Bewoning Grafheuvel Grafveld Muntschat 6 Periode. 1100 tot 800 v. Chr. 750 tot 475 v. Chr. 51 v. Chr. tot 476 n. Chr. 51 v. Chr. tot 476 n. Chr. 51 v. Chr. tot 476 n. Chr. 51 v. Chr. tot 476 n. Chr. Pagina Plaats. Destelbergen Destelbergen Destelbergen Destelbergen Destelbergen Destelbergen Opdracht 1/4 Zoek in Storia1/Historia 2 telkens enkele voorbeelden van elke bronnensoort. Geef ook aan welke bronnensoort je eventueel niet aantrof in de handboeken. 7 - Overblijfselen. o Archeologische resten. Historia 2, p68, document 1. o Monumentale resten. Historia 2, p69, document 4. o Landschappelijke resten. Storia 1, p56, document 3. o Iconografische bronnen. Historia 2, p69, document 6. Overleveringen. o Schriftelijke overleveringen. Bewust gecreëerde getuigenissen voor het nageslacht. Historia 2, p59, document 4. Literaire teksten. Historia 2, p14, document 3, de Ilias van Homerus. Religieuze teksten. Historia 2, p46, document 2. Juridische teksten. Niet gevonden. Administratieve teksten. Niet gevonden. o Mondelinge overleveringen. Volksverhalen en sagen van primitieve volkeren. Niet gevonden. Volksliederen. Niet gevonden. Interviews. Niet gevonden. Pagina - Opdracht 1/5 Bekijk in Historia 2 in minstens vijf hoofdstukken, gespreid over het hele boek, de aangeboden bronnen en noteer voor elke bron of het een primaire of secundaire bron is en leg uit waarom. Hoofdstuk 6. p20-21. 1. secundaire bron, gecreëerd na de periode waar we info over zoeken. 2. secundaire bron, gecreëerd na de periode waar we info over zoeken. 3. primaire bron, gecreëerd in de periode waar we info over zoeken. 4. primaire bron, gecreëerd in de periode waar we info over zoeken. 5. primaire bron, gecreëerd in de periode waar we info over zoeken. Hoofdstuk 11. p30-30. 1. secundaire bron, gecreëerd na de periode waar we info over zoeken. 2. secundaire bron, gecreëerd na de periode waar we info over zoeken. 3. primaire bron, gecreëerd in de periode waar we info over zoeken. 4. secundaire bron, gecreëerd na de periode waar we info over zoeken. 5. primaire bron, gecreëerd in de periode waar we info over zoeken. 6. secundaire bron, gecreëerd na de periode waar we info over zoeken. Hoofdstuk 19. p46-47. 1. primaire bron, gecreëerd in de periode waar we info over zoeken. 2. primaire bron, gecreëerd in de periode waar we info over zoeken. 3. primaire bron, gecreëerd in de periode waar we info over zoeken. 4. primaire bron, gecreëerd in de periode waar we info over zoeken. 5. secundaire bron, gecreëerd na de periode waar we info over zoeken. Hoofdstuk 22. p54-55. 1. primaire bron, gecreëerd in de periode waar we info over zoeken. 2. primaire bron, gecreëerd in de periode waar we info over zoeken. 3. primaire en secundaire bron, het gekleurde stuk is niet gecreëerd in de periode waar we info over zoeken. 4. secundaire bron, gecreëerd na de periode waar we info over zoeken. 5. primaire bron, gecreëerd in de periode war we info over zoeken. Pagina 8 Hoofdstuk 38. p90-91. 1. secundaire bron, gecreëerd na de periode waar we info over zoeken. 2. primaire bron, gecreëerd in de periode waar we info over zoeken. 3. secundaire bron, gecreëerd na de periode waar we info over zoeken. 4. secundaire bron, gecreëerd na de periode waar we info over zoeken. 5. secundaire bron, gecreëerd na de periode waar we info over zoeken. Opdracht 1/6 Ga in Storia 1 en Historia 2 na hoe de handboeken omgaan met de problematiek van de periodisering over de lange termijn. Storia 1. De tijd wordt opgedeeld in 7 tijden en in elke tijd worden er 3 domeinen behandeld. De 7 tijden zijn: Prehistorie, Stroomculturen, Klassieke Oudheid, Middeleeuwen, Nieuwe Tijd, Nieuwste Tijd en Eigen Tijd. De 3 domeinen zijn: politiek, socio-economisch en cultureel. Pagina 9 Historia 2. In Historia 2 wordt de periodisering over de lange termijn uitgedrukt in golven. De eerste golf ook wel de agrarische revolutie genoemd. De tweede golf ook wel de industriële revolutie genoemd. En de derde golf ook wel de postindustriële revolutie genoemd. Opdracht 1/7 Geef aan de hand van concrete voorbeelden uit Storia 1 en Historia 2 aan in welke mate de huidige handboeken voor het secundair onderwijs beantwoorden aan de hier gestelde eisen voor het geschiedenis onderwijs ‘nieuwe stijl’. Pagina 10 ook prehistorie + algemeen chronologisch kader De prehistorie wordt uitvoerig behandeld in Storia 1, er gaan meerdere hoofdstukken over. Historia 2, hier zit de prehistorie niet in de lesinhoud, maar ze wordt wel nog eens vermeld bij het kaderen van de tijd. Europees standpunt gerelativeerd; exemplarisch andere culturen In Storia 1, het aan geven van de parallelle stroomculturen. In Historia 2, vind ik dit eerder afwezig zijn. Het draait hier steeds weer over de Romeinen, de Grieken en de Kelten. vaderlandse geschiedenis slechts omwille van herkenbaarheid De link tussen de democratie in België en het ontstaan van de democratie in Griekenland in Historia 2. alle domeinen + materiële en mentale aspecten + niet elitair Storia 1, ook de gewone mens staat in de kijker bij de hoofdstukken over Egypte. Alle domeinen worden behandeld. Historia 2, ook de gewone romein komt voor in het handboek, het gaat niet enkel over de hogere elite maar ook over de gewone boer, handelaar. procedurele aspecten van geschiedenis + basisvaardigheden Storia 1 laat het indelen in domeinen goed inoefenen in hoofdstuk 3. Bij Historia 2 is volgens mij het hoofdstuk over het kritisch bekijken van de Asterix verhalen een heel goede methode om de leerlingen kritisch te leren omgaan met informatie die ze voorgeschoteld krijgen. meerzijdig perspectief; geschiedenis is nooit objectief In Storia 1 geeft men naast Egypte ook nog andere stroomculturen aan. Historia 2 vind ik eigenlijk nogal eenzijdig. Het verhaal komt naar mijn mening altijd vanaf de kant van de antieke culturen (Rome en Athene). Opdracht 2/1 Selecteer in een opgegeven hoofdstuk (Storia 1, Hoofdstuk 7) van Storia 1/ Historia 2 de in de lestekst en in de documenten vermelde feiten. Geef aan welke feiten volgens jou voor de leerlingen belangrijk zijn om te onthouden en welke niet. Geef bij de geselecteerde feiten aan of het om referentiekennis of om tijdelijke functionele kennis gaat. Gemaakt in de les. Pagina 11 Belangrijke feiten om te onthouden. - Ontstaan van de eerste mensachtige, 6 à 7 miljoen jaar geleden. - Gemeenschappelijke voorouders. - Australopithecus, 3.5 miljoen jaar geleden. - Homo habilis. - Homo erectus. - Homo sapiens. - Wieg van de mensheid ligt in Afrika. - Ontstaanstheorieën. Opdracht 2/2 Selecteer in een opgegeven hoofdstuk (Storia 1, Hoofdstuk 7) van Storia 1/ Historia 2 de in de lestekst en in de documenten vermelde begrippen. Geef aan welke begrippen volgens jou voor de leerlingen belangrijk zijn om te onthouden (referentiebegrippen) en welke niet (tijdelijke functionele begrippen). Geef bij de geselecteerde begrippen aan of het om historische of om structuurbegrippen gaat. Gemaakt in de les. Referentiebegrippen. - Prehistorie. - Materiële bronnen. - Homoniden. - Australopithecus. - Homo sapiens. - IJstijd - Eeuw, jaar - Klimaat. - Chronologisch. - Oerknal. - Jagers, aaseters. - Overblijfselen. - Evolutietheorie. Pagina 12 Tijdelijke functionele begrippen. - Darwin. - Geleidelijke evolutie. Opdracht 2/3 Selecteer in een opgegeven hoofdstuk (Storia 1, Hoofdstuk 7) van Storia 1/ Historia 2 de in de lestekst en in de documenten vermelde relaties. 13 Evolutie. Verspreiding van de mens, ijstijden. Pagina - Opdracht 2/4 Selecteer in Storia 1/ Historia 2 telkens twee hoofdstukken waarin historische structuren worden aangebracht. Licht toe. Storia 1. - Hoofdstuk 9; Een vaste verblijfplaats en de landbouw veranderen de samenleving grondig. P39. o Het type samenleving veranderd, de samenleving is nu afhankelijk van het klimaat en het land. - Hoofdstuk 14; Het ontstaan van de Stroomculturen. P64. o Irrigatie zorgt er voor dat de samenleving minder afhankelijk is van het klimaat. Er is nood aan organisatie, dus er ontstaan leiders met een bepaalde macht. Pagina 14 Historia 2. - Hoofdstuk 30; Rome koos voor de republiek. P70. o Ontstaan van een samenleving gebaseerd op het republikeins principe. - Hoofdstuk 50; Het verval van het uitgestrekte keizerrijk. P114. o Door de val van het keizerrijk verandert het bestuur in geheel Europa. Opdracht 2/5 Selecteer in Storia 1/ Historia 2 telkens twee hoofdstukken waarin historische processen worden aangebracht. Licht toe. Storia 1 Hoofdstuk 9, een vaste verblijfplaats en de landbouw veranderen de samenleving. Door het ontstaan van landbouw ontstaat er sedentairisme. Dit heeft invloed op alle 4 de domeinen van de samenleving. Hoofdstuk 23, de evolutie van het schrift. Het schrift heeft heel de maatschappij veranderd, men kan nu kennis opslaan en doorgeven aan de volgende generaties. Een wereldwijde handel is mogelijk. Het begin van geschiedschrijving ontstaat gelijk met het schrift. Pagina 15 Historia 2 Hoofdstuk 18, bloei van de Atheense democratie. Griekenland was de eerste democratie, zij waren een groot voorbeeld voor de rest van de wereld, ook nog vandaag de dag proberen landen democratie na te streven. Hoofdstuk 53, van polytheïsme naar monotheïsme. De Romeinen nemen het christendom onder de arm, dit wordt later een van de grootste godsdiensten in Europa en nood Amerika. Opdracht 2/7 Ga in Storia 1, Historia 1 en minimaal nog twee andere handboeken voor het eerste jaar secundair onderwijs na hoe de leerlingen geïnitieerd worden in het werken met de tijd. Wie doet het volgens jou het beste en waarom? Bekijk ook eens de aanpak van Chronometer1. Storia 1 De verschillende tijdsrekeningen worden aangehaald. Ook weer de basis begrippen zoals jaar, eeuw, decennium worden uitgelegd. Het feit dat men een tijdsband gebruikt om tijd visueel te maken. De klassieke indeling van de geschiedenis in de 7 perioden word naar voor geschoven. Anno 1 De verschillende tijdsrekeningen worden aangereikt, ook word er weer de klassieke indeling in perioden aangegeven. Begrippen zoals jaar, eeuw, decennium worden uitgelegd. Er wordt een mooi overzicht gegeven van vele verschillende invalshoeken. Memo 1 Tijd wordt hier aangebracht als een natuurverschijnsel,ook worden verschillende instrumenten om tijd te meten naar voor gebracht. Tijd kan men ook uitdrukken in termen van levenscycli en generaties. Er wordt verschil gemaakt tussen het individuele en het collectieve geheugen. Chronometer, werken met tijd Dit is heel simpel opgebouwd met veel oefeningen. De nadruk ligt meer op het juist gebruiken en minder op de theorie dan in de andere handboeken. Het is een goede aanpak voor het onder de knie krijgen van de vaardigheid omgaan met tijd. Pagina 16 Memo en chronometer hebben de beste aanpak vind ik. 1 Guy DELESPAUL, chronometer. Werkboek historische vaardigheden, averbode educatief, 2003. Opdracht 2/8 Bekijk grondig de tijdlijnen in Storia 1 en Historia 2 en ga na of ze beantwoorden aan de hiervoor opgegeven criteria. Pagina 17 Storia 1 Er is maar 1 horizontale tijdsbalk in Storia(p28). Er staat geen looprichting op en geen ijking. Historia 2 Hier staan meer tijdsbalken in, ondanks dat eigenlijk niet overal een tijdsbalk nodig was, voor sommige onderwerpen was een tijdslijn afdoende geweest. Dit is naar mijn veronderstelling gedaan om consequent te zijn in hun manier van situeren in de tijd. De tweede tijdsbalk op pagina 6-7 heeft geen ijking en geen epoche. Opdracht 2/9 Pagina 18 Maak voor een opgegeven onderwerp (De Myceense cultuur) (opgave op Dileahs) een tijdbalk die voldoet aan de opgegeven criteria. Zie ook tips onder c. Eerder al afgegeven. Taak in bijlage Opdracht 2/10 Ga in Storia 1 na hoe het algemene chronologische referentie kader (periodisering en golven) wordt aangebracht en vergelijk deze aanpak met die in Historia 1 (bekijk hierbij ook het werkboek) en minstens één ander handboek voor het eerste jaar. Welke aanpak lijkt jou de beste? Argumenteer bekijk in Historia 2 hoe het chronologische referentiekader in het tweede jaar herhaald wordt en vergelijk de aanpak ook met minstens twee andere handboeken voor het tweede jaar. Storia 1. In Storia 1 geven ze niet weer hoe het kader i.v.m. de golven in elkaar zit. Wel geven ze de klassieke 7 perioden van de geschiedenis aan. Aanpak Historia 1. Ze beginnen met uit te leggen dat tijd relatief is, hangt er van af hoe je de tijd indeelt. Alsook dat er naast de christelijke tijdrekening ook nog een islamitische tijdrekening is. Ook zeggen ze dat het mogelijk is om de geschiedenis van de mens op een tijdlijn te plaatsen en dat historici de lange geschiedenis van de mens hebben opgedeeld in “historische perioden”; oudste tijden, oude nabije oosten, klassieke oudheid, middeleeuwen, nieuwe tijd, nieuwste tijd, eigen tijd. Dit is echter in de oudere uitgave. De nieuwe versie heeft een veel uitgebreidere behandeling over periodisering en golven. Daar word het indelen in historische periodes naast het indelen in golven gelegd. Een ruimere visie wordt zo aangeboden. Anno 1. (handboek) p10-11 Hier beginnen ze met het aanhalen van (meerdere) verschillende tijdrekeningen; de christelijke, joodse, oud Griekse (eerste Olympische spelen), Romeinse (stichting Rome) en islamitische. Ook de verschillende indelingen worden aangehaald; one ‘klassieke indeling’ (tijdsperioden) en de Amerikaanse indeling volgens Alvin Toffler (drie belangrijke revoluties). Beide indelingsmethoden worden vergeleken op tijdsbalk. Ook word er uitgelegd uit hoeveel jaar een decennia, eeuw en millennium omvat. Ook het praktisch werken hiermee word behandeld. Historia 2. (handboek) p136-137 In de laatste hoofdstukken van Historia 2 word aandacht geschonken aan de verschillende golven van de beschaving. Dit werd in Historia 1 niet aangehaald in het oude handboek. Beide indelingsmethoden worden vergeleken op een tijdsbalk. Pagina Conclusie. De aanpak van Historia 1 lijkt mij het beste. Daar gaan ze er het diepste op in en geven ze de meeste alternatieven. 19 Anno 2. (handboek) p4 Hier word niet veel aandacht besteed aan het herhalen van het chronologische referentie kader. er word enkel de klassieke oudheid gesitueerd in de tijd. Opdracht 2/13 Illustreer aan de hand van enkele voorbeelden de mondiale aanpak van de prehistorie in Storia 1. Doe ook een concreet voorstel om het regionale niveau hierbij te betrekken. Deel B van Storia gaat over de prehistorie overal op de wereld. Je kunt dit merken aan de situeringkaartjes bovenaan links bij elk nieuw hoofdstuk. Bij hoofdstuk 7, 8 en 10 is dit de wereldkaart. Deel C van Storia gaat over de prehistorie in Noordwest-Europa. Zelfs hier zijn bij hoofdstuk 12 en 13 de situeringkaartjes niet enkel Noordwest-Europa, men bekijkt het in een iets groter kader. Pagina 20 Men zou om het regionale niveau meer te betrekken bronnen kunnen aanbieden die bij ons gevonden zijn. Een concreet voorbeeld zijn de grotten van Spy, de goudschatten van de Kelten die gevonden zijn in Nederland. Opdracht2/14. Ga in Historia 2 na hoe het nationale/regionale niveau betrokken wordt. Doe zelf een suggestie om de geschiedenis van de klassieke oudheid in een breder continentaal of mondiaal perspectief te plaatsen. Ik vind dat het in Historia 2 vooral om het Romeinse rijk en Griekenland draait, de Kelten worden echter ook vermeld dus voor ons is dat het nationale/regionale niveau. Pagina 21 Om dit veel breder open te stellen zou het behandelen van andere gelijktijdige culturen het best zijn. De Zuid-Amerikaanse culturen die toch ook een groot hoogte punt hebben gekend mogen wel vermeld worden. Ook is de Aziatische (China/Japan) cultuur een interessant onderwerp van een thema les ter uitbreiding van het ruimtelijk kader. Opdracht 2/16 Zoek in Storia 1 en Historia 2 indien mogelijk van elk type kaart een voorbeeld. Historia 2 Niet gevonden P 12; document 1 Niet gevonden 22 Storia 1 P 26; bron 1 P 34; bron 5 P 27; randinfo Pagina Soort kaart Aardrijkskundige kaart Geschiedkundige kaart Historische kaart Opdracht 2/17 Zoek in een algemene atlas (gedrukt of digitaal) een landschapskaart van Egypte en een reliëfkaart van Griekenland. Zoek op Google Earth een satellietfoto die je bruikbaar acht voor de les over Egypte, Griekenland of Rome. Geef duidelijk aan bij welke les deze foto kan worden gebruikt en wat je leerlingen hiermee precies wil bijbrengen. Pagina 23 2 2 http://bbsnews.net/images/egypt.jpg 3 Kaart 1. Bij de les over de grenzen van Egypte. Je ziet duidelijk de woestijn en de gebergtes. Pagina 24 Kaart 2. De perfecte kaart om uit te leggen dat scheepvaart heel belangrijk was voor Griekenland. 3 http://www.lib.utexas.edu/maps/europe/greece_rel_1984.gif Pagina 25 Hier kun je duidelijk op zien dat de Nijldelta een groen, dicht begroeid gebied is, dit kan worden gebruikt bij een les over landbouw in Egypte. Pagina 26 Hier kun je zien dat de berghellingen vruchtbaar zijn, dit kan worden gebruikt bij een les over de landbouw in Griekenland. Opdracht 2/19 Zoek in Storia 1 en Historia 2 enkele voorbeelden van reconstructietekeningen en/of maquettes die toelaten om ruimtelijke aspecten van het verleden te verkennen. 27 Historia 2 P 79 P 114 Pagina Storia 1 P 53; bron 3 P 72 Opdracht gemaakt in de les. Opdracht 2/21 Beoordeel aan de hand van de hiervoor gegeven criteria de kaarten in Storia 1 en Historia 2. Vaste reeks kaarten Ja, men gebruikt hetzelfde kaartontwerp in een onderwerp. Oriëntering Titel Legende Detailkaarten en contextkaarten Normaal Ja Evenwicht aan gegevens in functie van duidelijkheid Projectie mogelijkheden Schaal Mogelijkheid tot inzichtelijke vragen Opdracht gemaakt in de les. Er is iedere keer bij het begin van het hoofdstuk een contextkaart aanwezig Staat niet te veel op de kaart Soms lastig om in te scannen wegens plooi in het boek. Zelden aanwezig Ja, de uitleg staat niet op de kaarten maar in de tekst. Historia 2 Ja, maar soms lijken de kleuren te veel op elkaar. Zoals bij P72 document 2 Hier gebruikt men een iets gevarieerder aanbod van kaart reeksen, maar op de verschillende schalen na stoort dit niet. Normaal Ja Ja, contextkaartje in de kader van de kaart Soms staat er te veel op een kaart. P98 document 1 is overgeladen met informatie. Soms lastig om in te scannen wegens plooi in het boek. Overwegend aanwezig Ja, als je sommige dingen weg wist. Bij kaart p 24 document 1 zou het handiger zijn geweest als de verhandelde producten een pictogram hadden gekregen zodat je de legend maar moest afdekken voor inzichtvragen over de handel. 28 Storia 1 Ja, kleuren zijn duidelijk Pagina Criteria Duidelijke en goed vormgegeven kaarten Opdracht 2/22 Ga na hoe in Storia 1 (handboek én werkboek) en minstens één ander handboek voor het eerste jaar secundair onderwijs de domeinen van de samenleving worden aangebracht. Gebeurt dit volgens jou voldoende duidelijk voor leerlingen van het eerste jaar secundair onderwijs? Boek Storia 1 Aanbrenging Er wordt in het boek maar gesproken over 3 domeinen, men voegt het economische en sociale domein samen. Er wordt echter niet zo veel over verteld. Er worden veel oefeningen in het handboek gegeven op het categoriseren in de 3 domeinen. Er wordt ook niet gesproken over de wisselwerking tussen de domeinen, althans niet voldoende. Er is een overzichtelijk schema aanwezig in het werkboek. Historia 1 In Historia spreekt men van 4 domeinen, wat het meest logische is. Er wordt ook op een iets theoretischere manier naar gekeken, er zijn minder oefeningen maar de oefeningen die er staan zijn wel iets moeilijker. Er is ook verschil in de nieuwe druk en de oude druk van het handboek. Oude versie (2002) Nieuwe versie (2005) Elk domein wordt apart uitgelegd en er De domeinen staan door elkaar, dit is worden iedere keer enkele voorbeelden nogal verwarrend, er is ook niet ieder bij gegeven. maal een voorbeeld voor elk domein. Conclusie: in de oude druk wordt er meer en beter aandacht geschonken aan de verschillende domeinen van de samenleving. Pagina 29 Ja het word voldoende duidelijk uitgelegd wat de verschillende domeinen zijn van de samenleving, maar ik denk dat het toch nog aan de leerkracht is om een eenduidige definitie voor elk domein aan te reiken. Opdracht 2/23 Pagina 30 Leerlingen vertrouwd maken met de vier domeinen van de samenleving kan het beste met voorbeelden uit de actualiteit. Verzamel in kranten en tijdschriften koppen en prenten die leerlingen moeten rangschikken volgens de domeinen van de samenleving. Let erop dat de voorbeelden voldoende duidelijk zijn. Voorzie per domein minimaal 4 (!) items en zorg ervoor dat er, ook binnen de domeinen, voldoende variatie is. Zoek daarnaast ook nog eens minimaal 4 (!) items die minstens tot twee domeinen behoren. Opdracht 2/24 Geef zelf telkens een voorbeeld van de wisselwerking tussen de domeinen van de samenleving uit de oudste tijden (!) voor volgende 5 (!) gevallen: de wisselwerking tussen het economische en het sociale domein de wisselwerking tussen het economische en het politieke domein de wisselwerking tussen het economische en het culturele domein de wisselwerking tussen het sociale en het politieke domein de wisselwerking tussen het sociale en het culturele domein Pagina 31 De wisselwerking tussen het economische en het sociale domein Door het economisch surplus ontstaat er een omgeving waar ambachten zich kunnen in ontwikkelen. De wisselwerking tussen het economische en het politieke domein Men gaat oorlog voeren om vruchtbare gronden. Men voert oorlog voor grondstoffen. De wisselwerking tussen het economische en het culturele domein In de ruilhandel worden goed gemaakte beeldjes ook als betaling van goederen aanvaard. De wisselwerking tussen het sociale en het politieke domein Door het ontstaan van gelaagdheid komen leiders naar voor. De groep is nu niet meer evenwaardig, de leider staat aan het hoofd van de groep. De wisselwerking tussen het sociale en het culturele domein Iemand de prachtige beeldjes kan maken zal respect krijgen van de anderen in de groep. Opdracht 2/25 Ontwerp voor de leerlingen van het 1ste jaar SO of het 2de jaar ASO een concrete internetzoekopdracht (met betrekking tot het jou toegewezen onderwerp voor de didactische documentatiemap). Besteed bij het geven van de opdracht voldoende aandacht aan de zoekstrategie. Laat de leerlingen hierover ook rapporteren. Besteed daarnaast ook aandacht aan de uitwerking (eventuele oplijsting) van de normantwoorden (de antwoorden die jij van de leerlingen verwacht). Pagina 32 TIP Om te kijken of de opbouw goed is kun je het best zelf eerst invullen met de hand. Internetopdracht. Opdracht 1 Pagina 33 Duid op de blinde kaart met geel het verspreidingsgebied van de neanderthaler aan. De te gebruiken bron hiervoor is: https://www.kuleuven.be/vesaliusonline/Decorte.pdf Opdracht 2 Vul in met cijfers/plaatsen of ja/nee/misschien, de grijze gebieden moet je niet invullen. Site 1 Site 2 Site 3 http://nl.wikipedia.or http://www.neander https://www.kuleuve g/wiki/Neanderthaler thalers.nl/ n.be/vesaliusonline/ Decorte.pdf Leefden van …tot … Kunst bij de neanderthaler? Herseninhoud Aanwezigheid van taal Vindplaatsen. Min 3 verschillende. Kannibalisme Wordt er vermeld of ze zijn uitgestorven? Vermeld hoe dit zou zijn gebeurd. Welke van deze sites vind jij persoonlijk de beste? Argumenteer dit. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… Pagina Tip. Ombepaalde woorden op een internet site te vinden kun je gebruik maken van de zoekfunctie. De sneltoets voor deze zoekfunctie is voor de breedverspreide browsers altijd: “Ctrl+F”. 34 ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… Opdracht 3 Bepaal aan de hand van de tijdlijn (http://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/6/6c/Hominin_species.png ) met welke andere menssoorten de neanderthaler samen heeft geleefd. Opdracht 4 Leid uit nevenstaande stamboom af wie de voorvaderen van de neanderthalers waren. Ga twee takken terug. ……………………………………………………… ……………………………………………………… Pagina 35 ………… Opdracht 5 Gebruik voor volgende 2 vragen deze pagina(http://www.neanderthal.de/nl/kidsco/feuer-machen/index.html) en de zich daarop bevindende links. Kende de neanderthaler het vuur? Wat zou de neanderthaler moeten hebben om een nieuw vuur te maken? Vermeld minstens 5 dingen. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………… Opdracht 6 Ga na of de informatie over de neanderthaler op wikipedia betrouwbaar is. Opdracht 7. Pagina 36 Maak een koptekst met jouw naam in, je klas en de datum. Internetopdracht, normantwoorden met de hand ingevuld. Opdracht 1 Pagina 37 Duid op de blinde kaart met geel het verspreidingsgebied van de neanderthaler aan. De te gebruiken bron hiervoor is: https://www.kuleuven.be/vesaliusonline/Decorte.pdf Opdracht 2 Vul in met cijfers/plaatsen of ja/nee/misschien, de grijze gebieden moet je niet invullen. Site 1 Site 2 Site 3 http://nl.wikipedia.or http://www.neander https://www.kuleuve g/wiki/Neanderthaler thalers.nl/ n.be/vesaliusonline/ Decorte.pdf Leefden van …tot … Kunst bij de neanderthaler? Herseninhoud Aanwezigheid van taal Vindplaatsen. Min 3 verschillende. Kannibalisme Wordt er vermeld of ze zijn uitgestorven? Vermeld hoe dit zou zijn gebeurd. Welke van deze sites vind jij persoonlijk de beste? Argumenteer dit. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… Pagina Tip. Ombepaalde woorden op een internet site te vinden kun je gebruik maken van de zoekfunctie. De sneltoets voor deze zoekfunctie is voor de breedverspreide browsers altijd: “Ctrl+F”. 38 ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… Opdracht 3 Bepaal aan de hand van de tijdlijn (http://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/6/6c/Hominin_species.png ) met welke andere menssoorten de neanderthaler samen heeft geleefd. Opdracht 4 Leid uit nevenstaande stamboom af wie de voorvaderen van de neanderthalers waren. Ga twee takken terug. ……………………………………………………… ……………………………………………………… Pagina 39 ………… Opdracht 5 Gebruik voor volgende 2 vragen deze pagina(http://www.neanderthal.de/nl/kidsco/feuer-machen/index.html) en de zich daarop bevindende links. Kende de neanderthaler het vuur? Wat zou de neanderthaler moeten hebben om een nieuw vuur te maken? Vermeld minstens 5 dingen. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………… Opdracht 6 Ga na of de informatie over de neanderthaler op wikipedia betrouwbaar is. Opdracht 7. Pagina 40 Maak een koptekst met jouw naam in, je klas en de datum. Opdracht2/26 Ontwerp voor één hoofdstuk uit Storia 1 een schema bij de lestekst. Herwerk dit schema vervolgens tot je een basis structuur hebt die de leerlingen zelf kunnen aanvullen. Geef aan hoe de leerlingen moeten te werk gaan. Schema uitgeschreven op papier. In bijlage. Basisstructuur. De werktuigen van de prehistorische mens. Pagina 41 Vuur. - Nut. o …………………………………………………………. o …………………………………………………………. o …………………………………………………………. o …………………………………………………………. - Hoe gemaakt/verkregen? o In den beginne, ……………………. Jaar geleden. Het was …………………… vuur, dat ontstaan was door………………. verschijnselen. o Een beetje later, ………………….. jaar geleden. Men maakt het vuur nu zelf. Met behulp van: Vonken gemaakt door……………………….. Wrijving gemaakt door ………………………….. Werktuigen. - In de steentijd gemaakt uit…….. o Bekendste was de vuistbijl. - In de kopertijd gemaakt uit………….. o Voordeel tenopzichte van steen: …………………….. - In de bronstijd gemaakt uit ……………. o Voordeel tenopzichte van het vorige materiaal: ……………………………. - In de ijzertijd gemaakt uit …………………… o Voordeel tenopzichte van het vorige materiaal: ………………………………. Opdracht 2/28 Werk voor een gegeven brontekst (Historia 2, les 9, bron 5) het volledige stappenplan uit. Duid bij de concrete vragen/opdrachten aan waar het om translatie (T) en waar het om interpretatie (I) gaat. Translatie van een tekst: standaardtypes • tekstpassages in eigen woorden laten navertellen Pagina stap 1 = voorbereiding door de leerkracht = eerste lectuur van de tekst • lees de tekst grondig • duid (eventuele) moeilijkheden aan • selecteer in de tekst de leerinhouden die belangrijk zijn • structureer die leerinhouden • zoek naar een kernvraag • stel deze kernvraag (inspelend op reeds verworven leerinhouden) • orden de inhoudelijke gegevens (inspelend op antwoord op de kernvraag) Wat halen we uit deze tekst? Kernvraag? Context? Hoe structureren we deze leerinhoud? • stap 2 = didactische verwerking voor de leerlingen • => hoe komen ook de leerlingen tot dezelfde inzichten ? • => hoe kunnen we hen daartoe brengen ? • opsplitsen in: • lectuur: niet evident ! (ook grondig voorbereiden) • translatie • = omzetten in de eigen taal van de leerlingen => bevattelijker maken • via vragen en opdrachten lezen de leerlingen de tekst grondiger en bevatten ze de inhoud ervan ! • standaardtypes (= voorbeeldtechnieken) • om te zetten in concrete vragen en opdrachten • met concrete werkvorm (zie later) voor ogen • interpretatie • = contextualisering en verankering • leerlingen moeten… • de essentie vatten • samenhangen kunnen verklaren (ook met elementen buiten de tekst) • voorbeelden kunnen geven van andere, gelijkaardige gebeurtenissen en samenhangen • actualiseren • standaardtypes (= voorbeeldtechnieken; evenwel niet zomaar toepasbaar) 42 • • • • • • moeilijke woorden of uitdrukkingen in eigen woorden laten omzetten informatie in een schema laten onderbrengen tussenkopjes laten maken elementen uit of situaties in een tekst laten tekenen bij een tekst vragen laten formuleren Translatie van een prent: tips bij het vragenstellen WEL • • voorbereiding: zorg voor een goed vragenlijstje noteer je vragen in logische en chronologische volgorde noteer ook het verwachte antwoord controleer vervolgens goed en zelfkritisch of de door jouw geformuleerde vragen de leerlingen effectief naar het antwoord voeren uitvoering: formuleer eerst de vraag, geef dan bedenktijd en duid dan een leerling aan om te antwoorden indien er geen of geen correct antwoord komt, herformuleer dan de vraag denk bij foute antwoorden steeds na waarom de leerling dit antwoord geeft (eventueel fout geformuleerde vraag?) en geef de leerling de kans om het antwoord te verklaren en eventueel bij te sturen laat leerlingen een antwoord van een medeleerling herhalen, aanvullen, herformuleren … • • • • • vermijd taalkundig onjuiste formuleringen 'van wat' i.p.v. 'waarvan' 'met wat' i.p.v. 'waarmee' vermijd te vage en te algemene vragen Wie kan mij eens zeggen waarover de tekst gaat? Wat kenmerkte de Grieken? vermijd vragen met ja/nee als antwoord Hadden de Grieken gemeenschappelijke heiligdommen? vermijd suggestieve vragen Zouden de Grieken en de Perzen dezelfde taal gesproken hebben? vermijd combinaties van meerdere vragen Wat hadden de Grieken gemeen op het vlak van afstamming, taal en religie? maak er geen quiz van (indien het (juiste) antwoord uitblijft) Ik zoek een antwoord dat begint met een … Interpretatie van een tekst: standaardtypes Pagina • 43 NIET • • • • • • leerlingen vragen naar de betekenis van wat ze lezen en naar wat ze daaruit concluderen leerlingen vragen van welk begrip of verschijnsel X of Y een goed voorbeeld is bij leerlingen informeren naar de afloop van een gebeurtenis of naar eventuele impact van het optreden daarbij van X of Y leerlingen vragen of een bepaald fenomeen meer voorkwam en hen polsen of wat ze lezen toen normaal was leerlingen tekstballonnetjes laten invullen (wanneer er uitspraken moeten worden bedacht en deze niet direct in de tekst te vinden zijn) … (zie de vragen van de historische kritiek (zie vroeger)) Iets over Xenophon. Dit is mee gestuurd in pfd. Pdf afprint in voor de leerling veel visueler dan een copy-paste van een site in Word. Xenophon - Wikipedia http://nl.wikipedia.org/wiki/Xenophon[13/12/2008 11:49:15] Nu doneren » Xenophon Dit artikel gaat over de schrijver Xenophon van Athene. Voor een andere schrijver met dezelfde naam, zie Xenophon van Efese. Xenophon van Athene, Grieks: Ξενοφῶν (Erchia, ca. 430 v.Chr. Korinthe, 355 v.Chr.) was een Griekse schrijver en auteur van onder andere de Anabasis. Pagina Xenophon werd rond 430 v.Chr. (434? / 427?) geboren in de Attische deme Erchia, in de buurt van Athene. Omdat hij stamde uit een welgestelde aristocratische familie, werd zijn intellectuele vorming afgewerkt met onderricht bij de sofisten. Zijn afkomst leidde ertoe dat hij zich steeds onwennig heeft gevoeld in het democratische Athene, en er zich enigszins als dissident gedroeg. De twee gebeurtenissen die zijn schrijversleven hebben bepaald, zijn enerzijds het contact met de wijze Socrates, tot wiens vriendenkring hij toetrad en die hij levenslang bewonderde - via Xenophon kunnen we over Socrates heel wat informatie vergaren, omdat hij zelf nooit iets opschreef -, en anderzijds de Peloponnesische oorlog (431 tot 403 v.Chr.). In deze verscheurende oorlog stond de jonge Xenophon, omdat hij een aristocraat was en dus voorstander van een oligarchische staatsvorm, eerder aan de kant van de Spartaansgezinden. Toen er in 403 v.Chr. een einde kwam aan de Peloponnesische oorlog, en Athene na een vernederend vredesakkoord ingenomen en bezet werd door de Spartanen, kwam er een Spartaans gezinde oligarchie aan de macht, de "Dertig", die een antidemocratisch schrikbewind voerden. Xenophon kreeg een baan als administratief medewerker. Het was ook in deze periode dat hij terechtkwam in de filosofische vrienden-leerlingenkring rond Socrates. Rond de eeuwwisseling ondernam de Perzische prins Cyrus een poging tot staatsgreep om zijn broer koning Artaxerxes II van de troon te stoten. Tijdens de Peloponnesische oorlog had deze Cyrus de Spartanen financieel gesteund, en dus rekende hij voor zijn onderneming op een wederdienst vanwege Sparta. Ook een zekere Thebaan, Proxenus genaamd, nam deel aan deze Tocht van de tienduizend. Deze wist zijn vriend Xenophon er toe te overhalen om, na het herstel van de democratie, als "waarnemer" deel te nemen aan de expeditie. Dat gaf Xenophon de gelegenheid om voor enkele jaren uit Athene te verdwijnen en een reis te maken door het Perzische binnenland. De veldtocht is uiteindelijk op niets uitgedraaid. Nadat Cyrus in de strijd gesneuveld was, nam Xenophon op algemeen verzoek de leiding van de ver van huis aan hun lot overgelaten Griekse huurlingen op zich, en bracht hen na jarenlange omzwervingen behouden terug in Griekenland. De memoires van deze expeditie (401-399 v.Chr.) zou hij later neerschrijven in zijn beroemde boek "Anábasis". 44 Biografie In Athene had men Xenophons optreden met lede ogen aangezien: hij werd dan ook door een verbanningsdecreet getroffen. Maar dat bleek niets eens nodig: bij zijn terugkeer in Griekenland, besloot Xenophon, diep ontgoocheld door de gebeurtenissen tijdens zijn afwezigheid (o.a. het doodvonnis van Socrates en zijn eigen verbanning), voorgoed met zijn vaderstad te breken en liep over naar de Spartanen, die hem gastvrij onthaalden. Hij bracht het tot persoonlijke vriend en raadsman van koning Agesilaüs II, die hij op diens militaire campagnes begeleidde, en voor wie hij nog een lijkrede zou schrijven. Voor bewezen diensten kreeg hij van Sparta een landgoed te Scillus (Grieks Σκιλλούς, nu Σκιλλουντία, nabij Olympia, in de Xenophon van Athene artikel zoeken in andere talen Български Català Česky Cymraeg Dansk Deutsch Ελληνικά English Esperanto Español Eesti Suomi Français Gaeilge Galego עברית Magyar Íslenska Italiano 日本語 Latina Xenophon - Wikipedia http://nl.wikipedia.org/wiki/Xenophon[13/12/2008 11:49:15] [bewerk] [bewerk] landstreek Elis), waar hij zich in 390 v.Chr. terugtrok, en er leefde als herenboer en schrijver. Daar beleefde hij samen met zijn vrouw en zijn twee zonen de twintig gelukkigste jaren van zijn leven. Bijna al zijn boeken kwamen dáár tot stand. Maar het noodlot sloeg toe... Toen Sparta in 371 v.Chr. tegen de Thebanen een zware nederlaag leed in de slag bij Leuctra, werd Xenophon door de politieke gevolgen van de nederlaag gedwongen Scillus weer te ontruimen. Zijn oudste zoon Gryllos zou in dienst van Athene sneuvelen in de Slag bij Mantinea. Ondanks de amnestie die hij intussen in Athene had gekregen, wenste hij er nooit meer terug te keren. Hij vestigde zich te Korinthe waar hij in 355 v.Chr. ook overleed. Pagina Overzicht van Xenophons belangrijkste werken: de Anábasis (Grieks Ανάβασις, correcte uitspraak met klemtoon op de tweede –a-) In dit verslag van de Tocht der Tienduizend beschrijft hij uitvoerig alle avonturen, de "ups en downs", die hij zelf heeft beleefd samen met het huurlingenleger op tocht tot ver in het binnenland van Azië (de tocht leidde tot bij het huidige Bagdad!). Letterlijk betekent Anabasis Tocht naar het binnenland, maar in de 7 boeken van dit werk wordt ook de feitelijke katabasis (of terugkeer) verhaald. de Hellenica (Grieks Ελληνικά, correcte uitspraak met klemtoon op de -a-) Dit werk is de voortzetting van het (afgebroken!) historische werk van de schrijver Thucydides; het behandelt de gebeurtenissen in Griekenland tussen de jaren 411 en 362 v.Chr., dus voor Xenophon eigentijdse geschiedenis, uiteengezet in een aantal dramatische taferelen. de "Memorabilia of Herinneringen aan Socrates (Grieks Απομνημονεύματα Σωκρατούς) Uit deze herinneringen aan Socrates blijkt Xenophons verregaande bewondering voor de grote wijze. In een aantal fictieve dialogen confronteert de auteur Socrates met vrienden en tegenstanders. Op die manier kan hij Socrates eer bewijzen en hem postuum verdedigen, en tevens Socrates’ opvattingen in verband met politiek en openbaar leven uiteenzetten. de Cyropaedia (Grieks Κύρου Παιδεία) Deze "historische roman" beschrijft de opvoeding en het (grotendeels fictieve) levensverhaal van Cyrus de Oudere, de stichter van het Perzische Rijk en van de Perzische dynastie, die leefde in de 6e eeuw v.Chr. [Zie ook : Lijst van koningen van Perzië]. Xenophon typeert Cyrus (niet dezelfde persoon als de gelijknamige hoofdfiguur in de Anábasis!) als de ideale vorst, en gebruikt hem om zijn eigen opvattingen over opvoeding, politieke en militaire aangelegenheden aan de man te brengen. "Kleinere" werken van Xenophon: de Agesilaüs Dit werk schreef Xenophon naar aanleiding van het overlijden van zijn vriend koning Agesilaüs; het is een lofrede op de Spartaanse koning het Symposion In dit werk speelt, net zoals in de veel befaamdere gelijknamige dialoog van Plato, Socrates een hoofdrol. Het is een 45 Literaire betekenis weergave van gesprekken naar aanleiding van een in 422 gehouden feestje waarbij Socrates aanwezig was. de Oeconomicus of Leiding van het huishouden (Grieks Οικονομικός) In dit werk spreekt Socrates met een zekere Ischomachus over het beheer van diens bezit. dat Xenophon een verwoed paardenliefhebber was blijkt o.m. uit zijn theoretische werkjes de Hipparchicus (Grieks Ιππαρχικός), dat raadgevingen bevat voor een cavalerie-aanvoerder, en de Περί Ιππικής, een technisch werkje over het houden en verzorgen van paarden. de 'Poroi' Dit werk, over de Atheense staatsinkomsten, suggereert een hervorming van het Atheense belastingsstelsel. in de verhandeling Staat van de Spartanen (Grieks Λακεδαιμονίων Πολιτεία) wordt betoogd dat de wetgeving van Lycurgus de basis van de Spartaanse machtspositie uitmaakten. Momenteel zijn deskundigen van oordeel dat het werk wellicht niet van de hand van Xenophon is. Vaak wordt zijn literatuur - vooral de technische werken - als saai beschreven, maar desondanks is hij nu nog steeds even vermaard als in de Oudheid vanwege de elegantie van zijn dialogen en de levendige schildering van de gebeurtenissen in de Anabasis - voor vele generaties gymnasiasten de eerste introductie tot het Attische Grieks. Vertalingen De Spartaanse maatschappij vert. Gerard Janssen, Leeuwarden 2000 Lietuvių Norsk (bokmål) Polski Português Română Русский Srpskohrvatski / Српскохрватски Slovenčina Slovenščina Српски / Srpski Svenska Türkçe Українська 中文 Xenophon - Wikipedia http://nl.wikipedia.org/wiki/Xenophon[13/12/2008 11:49:15] Deze pagina is het laatst bewerkt op 14 nov 2008 om 17:37. De tekst op Wikipedia is zonder enige vorm van garantie beschikbaar onder de GNU Free Documentation License. Wikipedia® is een geregistreerd handelsmerk van de Wikimedia Foundation, Inc., een in de Verenigde Staten geregistreerde organisatie zonder winstoogmerk. Privacybeleid Over Wikipedia Voorbehoud Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina Xenophon op Wikimedia Commons. Bronnen die bij dit onderwerp horen, kan men vinden op de pagina Xenophon op Wikisource Iets over Solon. Pagina 46 Ook in bijlage in pdf. Mijn brontekst. “Een wijze leider De sterksten onder de arme Atheners verenigden zich om de ellende van de sociale ongelijkheid niet langer te dulden. Ze wilden een wijze man als leider kiezen om de schulden van de armen kwijt te schelden, het akkerland te herverdelen en het huidige politieke systeem grondig te veranderen. Daarom werd Solon als wetgever gekozen.” Stap 1 Moeilijkheden Er zijn geen moeilijkheden in deze tekst. Enkel sociale ongelijkheid kan worden uitgelegd; de arm – rijk situatie is hier van belang. Leerinhouden Het vindt plaats in Athene, Griekenland. De oorzaak is de sociale ongelijkheid. Voor Solon was er sociale ongelijkheid en ellende. Er werd gekozen voor Solon. Het doel was schulden kwijt voor de armen, akkerland herverdelen en politiek systeem veranderen. Solon werd gekozen (dit is het middel). Kernvraag Beschrijf de totstandkoming van Solon zijn bewind. Ordenen athene -> sociale ongelijkheid mensen wilden: kwijtschelden schulden, herverdelen akkers, nieuw politiek systeem. Middel van de mensen -> Kiezen voor Solon. Stap 2 Wie wordt als de oplossing beschouwd? Athene Sociale ongelijkheid Door kwijtschelden schulden, herverdelen akkers, nieuw politiek systeem Solon Pagina Waar vind het beschrevene plaats? Welk probleem wordt er aangehaald? Hoe willen ze tot een oplossing komen? 47 Translatie Interpretatie In welk land heeft dit plaats? Hoe is het daar nu? Griekenland Democratie, maar momenteel opstandjes (link met actualiteit). Dit stukje tekst beschrijft het ontstaan van iets, als je weet dat men hier iemand tot leider kiest, hoe noem je dit dan? Tot stand komen van democratie. Toepassen historische kritiek Dit kunnen de leerlingen zelf doen. Na het lezen van de extra informatie over Xenophon en Solon zouden ze tot de volgende bevindingen moet komen. (leeg overzicht kan leerlingen helpen). Primaire/secundaire bron Leefde in? Afkomstig van Objectief/subjectief Betrouwbaar? Xenophon Secundair 430-355 v.C. Athene Hij wou objectief zijn maar is door zijn afkomst subjectief Zijn teksten zijn betrouwbaar, maar men moet ermee rekening houden dat hij geen objectieve neerslagen geeft. Solon 640-560 v. C. Athene De creatieve toer op: Je kan de leerlingen een rollenspel laat naar voorbrengen. Mogelijkheid 1 Enkele leerlingen zijn de armen, 1 leerling is Solon, de andere zijn het bestuur dat aan de macht was voordat Solon is verkozen. De leerlingen moet duidelijk maken aan het bestuur dat zij hen niet meer willen, dit behoort beargumenteerd te worden. Ook moeten zij Solon overtuigen om wetgever te worden. Pagina Een enkele leerling is Xenophon. De andere zijn gewone Atheners. Xenophon moet van de gewone Atheners objectieve informatie loskrijgen voor zijn boek. Je hebt echter tegen 1/3de Atheners opgedragen om Solon te verheerlijken, tegen 1/3de opgedragen om Solon helemaal af te breken, tegen 1/6de heb je gezegd om Solon te verwarren met een andere wetgever, en 1/6de moet de waarheid spreken. Dit is om aan te tonen dat het niet gemakkelijk is om objectiviteit te bereiken. 48 Mogelijkheid 2 Actualiteitsextra Als Athene brandt Hoe een inwoner van Athene de rellen meemaakt: Bruno Tersago blogt vanuit de Griekse hoofdstad Bruno Tersago (41), die vanuit Athene blogt voor De Standaard Online, wandelde vorige week zaterdag nietsvermoedend naar huis. En zag daarna Athene een hele week branden. ZONDAG 7 DECEMBER 2008 02.00 uur Op de terugweg van een bezoek aan een vriend zien we onderweg brandende vuilniscontainers vlakbij de Polytechnio, de polytechnische universiteit. In deze buurt gebeuren dit soort relletjes wel vaker. Op de radio hoorde ik dat er een vijftienjarige jongen was doodgeschoten door een politieagent in de wijk Exarchia. Dus geen gewone relletjes deze keer. Deze wijk is de uitvalsbasis van de Griekse anarchisten, de zenuwen van de politie staan daar altijd strak gespannen. MAANDAG 8 DECEMBER 2008 11.02 uur Athene was het afgelopen weekend een slagveld. De juiste toedracht van het schietincident is nog niet bekend. Feit is dat zowel de anarchisten als de politie zich meteen hebben gemobiliseerd. Meteen zat de vonk in het kruitvat en begonnen de rellen zich uit te breiden. Er volgde een kleine oorlog waarbij brand werd gesticht en werd geplunderd. Vanochtend was de volgende anekdote in het nieuws. Een handelaar die naar zijn uitgebrande zaak ging kijken - dit weekend durfde hij dat begrijpelijkerwijze niet - kreeg een parkeerboete van 360 euro. Dit zijn natuurlijk net het soort toestanden die voor frustratie zorgen. De overheid werkt niet, de politie slaagt er niet in om rellen onder controle te brengen, en terwijl iedereen zijn wonden aan het likken is, schrijft men parkeerboetes uit. De prioriteiten liggen duidelijk verkeerd. 14.58 uur De rellen zijn nog niet voorbij. Vanmiddag is de havenwijk Piraeus aan de beurt. Zonet hebben relschoppers tien politiewagens ondersteboven gekeerd en in brand gestoken. De brandweer durft niet uit te rukken, want ze vreest voor aanvallen. Scholieren en studenten zijn de straat op gekomen. De scholen blijven gesloten. 19.42 uur De rellen van het weekend maken vandaag plaats voor een ongelofelijk vandalisme. Een avondbetoging vertrekt aan de Atheense Kapodistrias universiteit. Al gauw ontaardt die in een enorme chaos in het hart van Athene. Relschoppers kunnen hun gang gaan, de politie komt gewoon niet tussenbeide. Grote handelszaken gaan in de vlammen op en worden leeggeroofd. Op het centrale Syntagma-plein zijn de kerstboom en het kerstdorp in brand gestoken. Het kantoorgebouw van Olympic Airlines staat in lichterlaaie, net als het ministerie van Buitenlandse Zaken. Ook het bekende hotel Titania staat in brand. 21.46 uur Het is om bang van te worden. Het hele handelscentrum van Athene staat in brand. Winkels zijn geplunderd. In de buurt van Omonoia is een wapenhandel leeggeroofd. De politie heeft bevel gekregen een verdedigende houding aan te nemen, om verdere dodelijke slachtoffers te vermijden. Het lijkt of een hele generatie van gedesillusioneerde jongeren de straat is opgekomen om zich af te reageren. Dit ontpopt zich tot een protest tegen een regering die niet in staat is om orde te scheppen, die verdrinkt in de schandalen, en die niet optreedt in momenten van grote nood. Er is nu een ministerraad aan de gang en morgen gaat premier Kostas Karamanlis de president en de andere politieke leiders informeren. DINSDAG 9 DECEMBER 2008 12.50 uur Deze namiddag wordt de gedode vijftienjarige Alexis Grigoropoulos begraven in de buitenwijk Paleo Faliro. Als teken van rouw blijven vandaag alle middelbare scholen en universiteiten in Griekenland gesloten. Uit protest volgt er een optocht door het centrum van Athene. Pagina Minister van Binnenlandse Zaken Prokopis Pavlopoulos komt een verklaring afleggen na de ministerraad. Hij heeft het over de politie die doet wat ze kan en daarbij het leven en de eigendom van de burgers voorop stelt. Morgen gaan de politici nog wat overleggen, maar voor vannacht is het blijkbaar goed geweest en gaan ze slapen. 49 23.15 uur De schade wordt opgemeten na de ongemeen zware rellen van maandagavond. De voorzitter van de Vereniging van Handelaars van Athene was zeer kritisch voor de overheid, die er niet in slaagde om het handelscentrum van de hoofdstad te beschermen. De rellen zullen een zware impact hebben op de lokale economie. De rector van de Nationale Metsovio Universiteit heeft ontslag genomen. Zogezegd omdat hij er niet in slaagde om de universiteit te beschermen, maar zijn ontslag is een onverhulde kritiek op de regering die weigert om politieke verantwoordelijkheid op te nemen voor de rellen die nu al drieëneenhalve dag aanhouden. 14.43 uur In het centrum van Athene is de sfeer zeer gespannen. Enkele jongeren proberen amok te maken en de politie reageert met traangas. Midden in die wolken komen enkele jongeren uit de massa naar voren, met hun handen in de lucht, en roepen: 'Stop, op dit ogenblik wordt Alexis begraven!' Op en rond het kerkhof in Paleo Faliro heerst stilte. Jongeren staan er met opgeheven vuist. 18.02 uur Na de begrafenis is het hek van de dam in de smalle straatjes van Paleo Faliro en Nea Smirni. Gemaskerde relschoppers gooien stenen en molotovcocktails naar de politie. Die reageert met massa's traangasgranaten. De zwaar getrainde Groep Z van de politie is aanwezig. Eén van de agenten schiet tien keer in de lucht. De bewoners zijn furieus. Ook bij Polytechnio zijn er weer rellen en is er weer brand gesticht. 19.54 uur De rellen zijn niet zo uitgebreid als gisteren, maar er lijkt echt wel geen eind aan te komen. Morgen is er een grote algemene staking, die al weken geleden is aangekondigd. De regering heeft opgeroepen om die niet te laten doorgaan. De vakbonden zijn daar niet op ingegaan. Met een bang hart kijkt men morgen de betogingen tegemoet. Relschoppers zullen zich zeker weer mengen tussen het volk. Hoe lang gaat de politie dit nog volhouden? Oververmoeidheid gaat een rol spelen en de zenuwen staan erg gespannen. En dan gaat de vinger veel sneller naar de trekker. Griekenland beeft en voelt zich totaal niet beschermd door de overheid. 21.08 uur In twee andere Griekse steden, Thessaloniki en Patras, wordt er gevochten in de straten. In de buurt van de universiteit van Thessaloniki is de elektriciteit uitgevallen. Nu zie je niet meer vanwaar de stenen op je af komen. Handelaars nemen het recht in eigen handen en beschermen zelf hun winkels, want de politie doet het niet. WOENSDAG 10 DECEMBER 12.07 uur Algemene staking vandaag tegen de besparingspolitiek van de regering Karamanlis. Er zijn opvallend veel jongeren aanwezig, die samen met de gemaskerde relschoppers stenen gooien naar de politie, die eens te meer chemische spray gebruikt en traangasgranaten gooit. Het verkeer, voor zover het al door het centrum kon, zit volledig in de knoop. Aan het hotel Grande Bretagne wordt marmer losgemaakt en naar de ordediensten gegooid. Overal klinkt het: 'Flikken, varkens, moordenaars!' 13.21 uur We hebben weer rellen, in het hele centrum van Athene. De politie maakt weer rijkelijk gebruik van traangas en chemische spray. Tegen de gemaskerde relschoppers die met stenen en stukken marmer gooien, lijken ze niet opgewassen, dus arresteren ze jongeren van vijftien of zestien jaar die wat staan te roepen. Mensen die daartegen protesteren, krijgen chemische spray over zich heen. Blijkbaar wil of kan men de echte relschoppers niet aanpakken. De minister van Buitenlandse Zaken, Dora Bakoyiannis, verklaart misschien nog wel het belangrijkste: de regering draagt zeker de verantwoordelijkheid voor de hele toestand. Premier Karamanlis kondigt financiële maatregelen aan om de handelaars te helpen om de schade te boven te komen. Pagina De ministerraad is geëindigd. De minister van Binnenlandse Zaken verklaart weer hetzelfde: de burgers en hun eigendommen worden beschermd. Betogingen zijn toegestaan, maar blind geweld niet. Hij zegt ook dat de ordediensten zullen optreden. We zien dat voorlopig nog niet. 50 16.15 uur 17.48 uur De verklaring van de advocaat die de beide politieagenten verdedigt die werden opgepakt na de dood van Alexis Grigoropoulos, zorgt voor deining. Hij beweert dat het allemaal om een jammerlijk misverstand ging. De kogel is volgens hem afgeketst (we hebben nog geen officieel resultaat van het ballistisch onderzoek). Hij speelt ook een klassenverschil uit: het verwende rijkeluiszoontje dat in Exarcheia rel komt schoppen tegenover een agent uit een arme wijk. Een verontschuldiging tegenover de familie van Alexis Grigoropoulos krijgt hij niet uitgesproken. DONDERDAG 11 DECEMBER 10.03 uur De studenten en scholieren komen vandaag op straat en blokkeren de straten, overal in de stad. Scholieren geven aan waarom: ze zitten in schoolgebouwen van ondermaatse kwaliteit. Ze krijgen les van leraren die niet gemotiveerd zijn en ze leren eigenlijk niets, zodat ze tot laat in de avond nog naar de privé-scholen (de zogenaamde frontistiria) moeten om te leren wat ze eigenlijk op school hadden moeten leren. Nadien geraken ze, met wat geluk, op een Griekse universiteit binnen om daarna jaren te wachten tot ze een job met een wedde van 700 euro bruto per maand vinden. Als ze geluk hebben, kan een politieke connectie een plaatsje vinden in de openbare sector. Politici verrijken zich intussen op een obscene manier via corrupte praktijken. VRIJDAG 12 DECEMBER 12.48 uur Athene likt zijn wonden na de rellen van de voorbije dagen. Als de wonden niet goed worden verzorgd, zullen ze snel gaan zweren en weer openbarsten. Hoe is de situatie op dit ogenblik? De beide politieagenten die bij het dodelijke schietincident waren betrokken, zitten in voorlopige hechtenis. Ondertussen is bekend geworden dat de kogel die de jongeman doodde, sporen vertoonde van andere materialen, wat erop wijst dat hij is afgeketst. De advocaat van de agenten wordt vervolgd door de Vereniging van Atheense Advocaten om zijn gebrek aan respect (het is niet de eerste keer dat hij met die vereniging in aanvaring komt). De advocaat had gezegd dat 'God het leven van de jongeman heeft genomen'. Jongeren betogen vandaag weer in het centrum. De minister van Openbare Orde neemt maatregelen om de politie efficiënter te laten werken. Voortaan moeten de agenten jaarlijks een psychologische test ondergaan. 16.01 uur Hoe is het eigenlijk toch zo ver kunnen komen? De uitbarsting was niet geheel onverwacht. Ik heb zelf drie jaar in Exarcheia gewerkt, en heb er zeer regelmatig relletjes gezien. Anarchisten treiteren constant de permanente politiepatrouilles en maken misbruik van het asiel dat geldt op het grondgebied van de Polytechnio. Bewoners klagen steevast van overlast. Waar ik wel van geschrokken ben, is de brutaliteit waarmee dit keer wordt gevochten en vooral ook van de omvang van het protest. Het is duidelijk dat er in Griekenland een uiterst gedesillusioneerde jonge generatie rondloopt die geen hoop ziet op een toekomst. Het politieke systeem zelf is veeleer een 'familiecratie': het politiek leven wordt al decennia lang beheerst door drie families die er vooral op uit zijn om financieel voordeel voor hen en hun aanhangers te verzekeren. Zij zijn ervoor verantwoordelijk dat Griekenland economisch ter plaatse blijft trappelen, terwijl de veel armere buurlanden Griekenland voorbijracen in deze tijden van globalisering. De onbekwaamheid van de politici om krachtdadig op te treden, werd deze week blootgelegd voor de hele wereld. Pagina Bruno Tersago blogt op: www.standaard.be/elders 51 Premier Karamanlis verklaart vanavond dat hij vervroegde verkiezingen uitsluit. De rellen blijven intussen voortduren. Opdracht 2/29 Werk voor een gegeven iconografische bron (met betrekking tot het onderwerp van jullie didactische documentatiemap) het volledige stappenplan uit. Duid bij de concrete vragen/opdrachten aan waar het om translatie (T) en waar het om interpretatie (I) gaat. • stap 1 = voorbereiding door de leerkracht = eerste 'lectuur' van de prent • zorg voor een goed leesbare weergave van de afbeelding en verken ook de mogelijkheden van hedendaagse ICT-technieken • 'lees' en bekijk de prent grondig; als het ware met de ogen van de leerlingen • duid (eventuele) moeilijkheden aan • selecteer in de prent de leerinhouden die belangrijk zijn • structureer die leerinhouden • zoek naar een kernvraag • stel deze kernvraag (inspelend op reeds verworven leerinhouden) • orden de inhoudelijke gegevens (inspelend op antwoord op de kernvraag) stap 2 = didactische verwerking voor de leerlingen • => hoe komen ook de leerlingen tot dezelfde inzichten? • => hoe kunnen we hen daartoe brengen? • opsplitsen in: • lectuur: bij voorkeur zonder onderschrift of commentaartekst • translatie • = omzetten in de eigen taal van de leerlingen => bevattelijker maken • via vragen en opdrachten lezen de leerlingen de prent grondiger en bevatten ze de inhoud ervan! • standaardtypes (= voorbeeldtechnieken) • + 'zoek de verschillen' (bij voorkeur zo veel of zoveel mogelijk) • om te zetten in concrete vragen en opdrachten • met concrete werkvorm (zie later) voor ogen • interpretatie • = contextualisering en verankering • leerlingen moeten… • de essentie vatten • samenhangen kunnen verklaren (ook met elementen buiten de tekst) • voorbeelden kunnen geven van andere, gelijkaardige gebeurtenissen en samenhangen • actualiseren • standaardtypes (= voorbeeldtechnieken; evenwel niet zomaar toepasbaar) Pagina • 52 Stappenplan: Translatie van een prent: standaardtypes • laten beschrijven wat er gebeurt of wat er te zien is • onderdelen laten benoemen • de prent in stukken laten verdelen en deze stukken laten schrijven • met een raster werken • werken met contourtekeningen • tekst bij beeld laten zoeken • beeldelementen laten kleuren Translatie van een prent: tips bij het vragenstellen WEL • • voorbereiding: zorg voor een goed vragenlijstje noteer je vragen in logische en chronologische volgorde noteer ook het verwachte antwoord controleer vervolgens goed en zelfkritisch of de door jouw geformuleerde vragen de leerlingen effectief naar het antwoord voeren uitvoering: formuleer eerst de vraag, geef dan bedenktijd en duid dan een leerling aan om te antwoorden indien er geen of geen correct antwoord komt, herformuleer dan de vraag denk bij foute antwoorden steeds na waarom de leerling dit antwoord geeft (eventueel fout geformuleerde vraag?) en geef de leerling de kans om het antwoord te verklaren en eventueel bij te sturen laat leerlingen een antwoord van een medeleerling herhalen, aanvullen, herformuleren … • • • • • vermijd taalkundig onjuiste formuleringen 'van wat' i.p.v. 'waarvan' 'met wat' i.p.v. 'waarmee' vermijd te vage en te algemene vragen Wie kan mij eens zeggen waarover de tekst gaat? Wat kenmerkte de Grieken? vermijd vragen met ja/nee als antwoord Hadden de Grieken gemeenschappelijke heiligdommen? vermijd suggestieve vragen Zouden de Grieken en de Perzen dezelfde taal gesproken hebben? vermijd combinaties van meerdere vragen Wat hadden de Grieken gemeen op het vlak van afstamming, taal en religie? maak er geen quiz van (indien het (juiste) antwoord uitblijft) Ik zoek een antwoord dat begint met een … Pagina • 53 NIET Interpretatie van een prent: standaardtypes • leerlingen vragen naar de betekenis van wat ze zien en naar wat ze daaruit concluderen • leerlingen vragen van welk begrip of verschijnsel X of Y een goed voorbeeld is • bij leerlingen informeren naar de afloop van een gebeurtenis of naar eventuele impact van het optreden daarbij van X of Y • leerlingen vragen of een bepaald fenomeen meer voorkwam en hen polsen of wat ze zien toen normaal was • leerlingen tekstballonnetjes laten invullen (om afgebeelde mensen te laten denken of zeggen, of iets te laten voelen) • … (zie de vragen van de historische kritiek (zie vroeger)) Prent. Kopie bij gevoegd. Het ontstaan der mensheid. De neanderthaler. TimeLife 1973 P 102-103 Stap 1. Te zien op de prent is: - Vuur - Begraven van doden, meegeven van grafgiften zoals bloemen - Het vindt plaats aan de ingang van een grot - Ze leven in groep, ongeveer 20 personen - Zijn behaard, fors gebouwd Moeilijkheid: prent is in zwart wit, beetje onduidelijk dus we kunnen geen extreem kleine details aanduiden. Opmerking: het is wenselijk om de commentaar tekst in de rechterbovenhoek af te dekken. Zoeken naar kernvraag: Welke aspecten van het leven van de neanderthaler komen hier allemaal aan bod? Zijn er veel aspecten van hoe de neanderthaler leefde die hier niet aanbod komen? Hoe leefde de neanderthaler? Kernvraag: Storia 1, hoofdstuk 7. Pagina Context: 54 Hoe leefde de neanderthaler volgens deze prent? Stap 2. Vragenlijst voor begeleiding leerlingen bij lezen van de prent. (Translatie) - - - De leerlingen herkennen de homo neanderthaler. Ze weten ook dat er nog ander voorouders zijn zoals de homo erectus, homo sapiens, etc Leerlingen bemerken dat het onderwerp van de prent de begraving is Leerlingen sommen de verschillende dagelijkse activiteiten op van de neanderthaler, op deze prent kunnen ze volgende activiteiten vinden: begraven, bloemen leggen, communicatie, voedsel verzamelen, sociaal contact rond vuurplaats. De leerlingen tellen, er zijn er 20 aanwezig. Laat vergelijken met de klas groep, link met eigensituatie is gelegd. Ze beschrijven; behaard, lelijk, naakt, langhaar, fors gebouwd. Bij de ingang van de grot. Ze doen tekens naar elkaar. Ander mogelijk antwoord van een leerling zou kunnen zijn: de drie meest linkse krijgen onder hun voeten door de vierde. 55 - Wat is er te zien op de prent? o Wat soort mensen zien we op de prent? o Welke voorouders van de mens kennen we nog? Wat valt er op? o Wat staat er centraal in de prent? Waar ligt het zwaartepunt van de prent? Wat zijn de personen aan het doen? o Is iedereen met hetzelfde bezig? Welke verschillende activiteiten vinden er plaats op de prent? Hoe groot is de groep? o Is dit kleiner of groter dan de klasgroep? Hoe zien de mensen eruit? o Hoe verschillen wij met hen? Waar situeer je het vuur? Kijk eens naar het groepje links op de prent, wat zie je? Pagina - Vragenlijst voor begeleiding leerlingen bij het verstaan van de prent. (Interpretatie) - Waar kan het begraven op duiden? o Wat doen ze ook nog behalve hem begraven? Van wat is dit een voorbeeld? Waar kunnen grafgiften op duiden? Welke problemen kan de grootte van de groep met zich mee brengen? o Moest deze klas nu samen moeten wonen in zo een omgeving in een grot wat zou dan na enkele generaties het probleem zijn? Kan het fenomeen incest tot lichamelijke problemen leiden? Welke? Hoe noemen we bloedarmoede nog? Waarom is het vuur aan de ingang van de grot? Waarom is het niet achterin, dat zou toch veel warmer zijn? o Waar kan dit vuur voor dienen? Wat is het belang van vuur? Welke functies kan dit vuur hebben? Welke functies heeft vuur in het algemeen? Waarom zouden ze in een grot leven? Wat zijn daar de voordelen van ten opzichte van tijdelijke kampen? Wat zouden de nadelen kunnen zijn? Het groepje links op de prent maakt gebaren naar elkaar, waar kan dit op duiden? o Waarvoor kan deze communicatie essentieel zijn? Wanneer hangt hun leven van de communicatie af? Bij welke - - - - Leerlingen geven verschillende sterfteoorzaken van de neanderthaler aan: jachtongeluk, verkeerde bessen gegeten, vertrappelt door een beer, ziek geworden. Begraven kan duiden op een geloof in het hiernamaals. Ze geven bloemen mee. Grafgiften Hiernamaals, religie Inteelt is het beoogde antwoord. Leerlingen gaat dit echter niet meteen weten. Bloedarmoede Blauwbloed, de adelziekte. Voor de rook. Verwarmen,beschermen, koken. Verwarmen, beschermen, koken, werktuigen maken, plaats van sociale bijeenkomst. Grot is beter beschermd tegen weer, dieren Grot is stevig Grot is frisjes in de winter, weinig licht, vochtig Ze kunnen aan het communiceren zijn. Jacht, maar hier is doorvragen waarschijnlijk nodig. 56 Wat denk je dat er gebeurd is? Pagina - Pagina 57 groepsactiviteit is communicatie belangrijk voor het volbrengen van de taak en voor de veiligheid van de groepsleden? Wat is het gevaarlijkste dat de neanderthaler moet doen? Waarom is het belangrijk dat hij Voor de tactiek, voor goede samenwerking in de hierbij kan communiceren? groep. Naar verder in de les toe: Je zou kunnen vragen om alle aspecten die je op de prent ziet te ordenen in de 4 domeinen van de samenleving. Zo kun je aantonen dat dit een redelijk simpele manier van samenleven was. (aangezien dat de domeinen niet ver gaan kunnen worden uitgewerkt) De creatieve toer op: Pagina 58 Verdeel de leerlingen in 5 groepen. Elke groep mag het leven van een persoon op die prent proberen te schetsen. Groep 1 van de persoon die begraven word. Groep 2 van het kindje dat op de schouders zit. Groep 3 van de persoon die het kindje op zijn schouders heeft. Groep 4 van de vrouw die bloemen in het graf legt. En groep 5 van de persoon links in de prent die de handgebaren aan het doen is. Later mogen ze dit dan vertellen aan de klas. Deze opdracht geeft hen inzicht in hoe de neanderthalers leefden, hun levens-schets moet geloofwaardig zijn. Dit is ook een evaluatie of de leerlingen wel mee zijn met de les. Beoogd inzicht (Interpretatie) Dodencultus Men begraaft de doden, men geeft grafgiften mee.(t) Mogelijkheid tot vermoeden van religie.(i) Vuur Verwarmen (t) Koken, bescherming, vervaardigen van werktuigen, sociale functie,… (i) De verschillende functies van vuur kennen en kunnen opsommen. (i) Het belang van vuur in die tijd kunnen aantonen. (i) Lichaamsbouw Behaard, fors gebouwd. (t) Groot voorhoofd, zware wenkbrauw bogen. Vertoont nog veel kenmerken van aapachtige. (i) Woning Ze wonen in een grot (t) Ze begraven hun doden in de grot. (t) Waarom grot? Is veiliger, minder last van het weer. (i) Groep Ze leven in groep. (t) Het is een redelijk kleine groep (t) Genetische problemen door inteelt. (i) Communicatie Handgebaren. (t) De neanderthaler communiceerde, dit was goed voor de jacht. (i) 59 Translatie, bespreking Pagina Kernwoord leerinhoud Pagina 60 Opdracht 3/3 Pagina 61 Uitgeschreven, in bijlage. Opdracht 3/7 Vertel in de les van volgende week aan vier medestudenten een Griekse mythe of een Romeins verhaal (Io en Zeus). Bereid je verhaal grondig voor (zie vuistregels) en breng het met het nodige enthousiasme. Mik op minimaal 5 en maximaal 10 minuten verteltijd. Zorg voor minimaal één afbeelding bij jouw verhaal. Jouw medestudenten zijn aandachtige luisteraars en bespreken jouw optreden (aan de hand van evaluatiefiche). Maak, na afloop van deze vertelles, op basis van de reacties van je klasgenoten en je eigen ervaringen, een korte zelfevaluatie. Noteer je sterke punten en je werkpunten. Je kunt hiermee later rekening houden bij de voorbereiding van je praktijkoefeningen. Evaluatiefiche verhaal Inhoud Opbouw verhaal Taal ++ + - -- Dosering ++ + - -- Animatie ++ + - -- Taalzuiverheid ++ + - -- Woordkeuze ++ + - -- Intonatie ++ + - -- Spreekritme ++ + - -- Mimiek en lichaamstaal ++ + - -- Ik moet vooral opletten dat ik geen namen vergeet van personages in het verhaal. Ook is het voor mij belangrijk dat ik een chronologisch overzicht maken van welke personages wanneer verschijnen in het verhaal want dit is een moeilijk iets voor mij. Moet ook letten op dialect klanken, als ik vlot op gang ben gekomen met vertellen vergeet ik dit soms. Pagina 62 Bijgevoegd is mijn voorbereiding en evaluaties. 4 5 http://www.westmifflinmoritz.com/Greece_Folder/Web_Pictures_Greece_files/zeus.jpg http://www.westmifflinmoritz.com/Greece_Folder/Web_Pictures_Greece_files/hera.jpg Pagina 5 63 4